De disbalans tussen vraag en aanbod van huisartsenzorg is in november 2018 door NIVEL/Prismant beschreven in hun document “Balans in vraag en aanbod huisartsenzorg. Een dergelijke kloof tussen vraag en aanbod is een bron van onrust. Bij een disbalans kan er voor balansherstel altijd aan 2 knoppen worden gedraaid, zowel aan de vraagkant (aanpassing takenpakket) als aan de aanbodzijde (beschikbaarheid huisartsenteam).

Voor een goede balans zijn telkens sector breed afspraken te maken en maatregelen te nemen voor een betere afstemming ter overbrugging van de zorgkloof. Dan gaat het om taakherschrijving aan de vraagkant met aan de aanbodkant voldoende instroom van jonge artsen, een beperking van uitstroom, voldoende werkzame FTE’s ondersteuning, een landelijk spreidings- en vestigingsbeleid en dat alles met een efficiënte organisatie en logistiek in wijk, regio en land.

Al 5 keer eerder was het probleem van de disbalans onderwerp van een blog.

Eerdere blogs over disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg

19.01.2018: Hoeveel huisartsen zijn er nodig?  (voor de toekomst)

05.02.2018: Praktijkondersteuning huisarts is onmisbaar (een groter aandeel in zorg)

11.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: de aanpak (1) (tekort fte huisarts)

13.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: de aanpak nader beschouwd (2)

15.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: zorgplicht onder toezicht (3) (NZa)

Tussen de minister en huisartsenvereniging LHV zijn na het verschijnen van dit Nivel-rapportmaatregelen afgesproken (17 april 2019), gemeld in een 10-puntenplan met als simpele doch duidelijke titel “Plan van aanpak”.

Vanaf mei 2020 is onderzoeksbureau Rebel bij deze materie betrokken omdat er signalen kwamen uit diverse regio’s dat méér nodig is om de gemelde balans te herstellen. De LHV herkent zich in de conclusie van onderzoeksbureau Rebel (blog) dat wat betreft het bestuurlijk akkoord “van echte harde, meetbare effecten nog geen sprake is” en stelt vast: ‘er moet een tandje bij’.

Er volgden in het derde jaar van het bestuurlijke akkoord drie intensiveringen die moesten zorgen voor het slagen van het bestuurlijk akkoord (2019 t/m 2022) met herstel van de disbalans (LHV, 29 april 2021):

  1. O&I: Versterking van de organisatiekracht in ongeveer 10 regio’s met een gerichte, landelijk georganiseerde ondersteuning in de regio.
  2. Digitalisering en e-health: In max 25 regio’s opstellen van een gedragen digitaliseringsplan en starten met de uitvoering.
  3. Meer tijd voor en met de patiënt: MTDVP-projecten resulterend in een advies voor het bekostigen en uitrollen van MTVDP-projecten in de rest van Nederland.

Opnieuw actueel: Kamerbrieven en de route naar een nieuw (integraal) zorgakkoord

Dan is er een nieuw kabinet Rutte IV en schrijven we inmiddels het slotjaar 2022 van het laatste akkoord. De minister treft voorbereidingen om samen met partijen (LHV, ZN, InEen, Patiëntenfederatie en de NZa) voor de komende periode 2023-2026 een integraal zorgakkoord af te sluiten (Kabinetsbeleid, speerpunt 14).

In antwoord op recente Kamervragen geeft het ministerie nog eens precies antwoord hoe in hun ogen de situatie in huisartsenland nu is en wat de nabije plannen zijn ter versterking van de basiszorg. In het coalitieakkoord (15 december 2021) van kabinet Rutte IV zijn middelen opgenomen voor het versterken van de organisatiegraad van deze basiszorg.

Vanwege de actualiteit van de antwoorden van de minister wordt in onderstaand kader daarom nog eens ruim aandacht besteed aan de problemen in de sector en hoe de minister denkt de basiszorg te gaan versterken.

Citaten tekort huisartsenzorg: Kamerbrief, 21 maart 2022  en Kamerbrief, 24 maart 2022

“NIVEL heeft in opdracht van VWS en de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) eind 2020 een rapport opgesteld om inzicht te geven in de arbeidsmarkt van de huisartsenzorg per Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (AZW-)regio. Deze opdracht heeft geleid tot een serie van in totaal 28 factsheets. Deze factsheets maken inzichtelijk in welke regio’s het nu al knelt als gevolg van het arbeidsmarktvraagstuk en welke regio’s in de nabije toekomst tekorten verwachten. Het rapport geeft dus inzicht in de vraagstukken per regio en biedt daarmee handvatten om tekorten in de toekomst te voorkomen. Recent heb ik uw Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van de nieuwe arbeidsmarktprognose die op 13 december 2021 door ABF is opgeleverd. In deze brief informeer ik u over de prognoses op landelijk niveau per branche en per beroepsgroep in 2022 en in 2031. In alle regio’s zal het grootste tekort zich voordoenbij de verzorgenden en verpleegkundigen. Daarnaast wordt in veel regio’s ook een tekort verwacht aan helpenden, doktersassistenten en maatschappelijk werkers. De gegevens uit het prognosemodel vindt u op www.prognosemodelzw.nl. Op de websites https://vzinfo.nl/eerstelijnszorg/aanbod/huisartsenzorg en https://vzinfo.nl/eerstelijnszorg/regionaal/huisartsenzorg kunt u de meest recente versies van deze infographics vinden. Deze geven reeds een beeld per regio.”

——————————————————————————————————————

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) hebben gesprekken gevoerd over de knelpunten die er in de regio’s zijn en welke acties ondernomen worden om huisartsenzorg toegankelijk te houden. In situaties van (dreigende) tekorten van personeel in de huisartsenzorg, wordt op lokaal of regionaal niveau met de betreffende partijen gekeken wat de best passende oplossing is voor de situatie die daar van toepassing is. In de Beleidsregel toezichtkader zorgplicht zorgverzekeraars Zvw van de NZa is een verdere uitwerking opgenomen. Hierin staat dat een zorgverzekeraar zorg moet (laten) leveren aan zijn verzekerden. En dat als een zorgverzekeraar ondanks maximale inspanning zijn zorgplicht niet kan nakomen en hij zich beroept op overmacht, hij de aanwezigheid van overmacht moet aantonen. In artikel 11 van de zorgverzekeringswet is de zorgplicht geregeld. Ook moet een zorgverzekeraar proactief de beschikbaarheid van voldoende zorg voor zijn verzekerden organiseren. De NZa heeft daarnaast nog nadere handvatten over de invulling van de zorgplicht gepubliceerd. Hierin is onder andere opgenomen dat een zorgverzekeraar mogelijke knelpunten oplost of voorkomt in de aansluiting tussen de zorgbehoefte en het zorgaanbod op de (middel)lange termijn. Ik vind het belangrijk dat de huisartsenzorg toegankelijk en bereikbaar is, zowel in steden als op het platteland en in grotere als kleinere gemeenten. Voor de huisartsenzorg bestaan verschillende bereikbaarheidsnormen die gericht zijn op huisartsenzorg. Zo is in de genoemde Beleidsregel de norm opgenomen dat op huisartsen bij spoed (ook overdag) de inspanningsverplichting rust om binnen 15 minuten bij de patiënt te zijn.  Op deze manier kunnen patiënten binnen afzienbare tijd gebruik maken van de huisartsenzorg binnen het werkgebied van de huisartsenpraktijken en huisartsenposten in het leefgebied. Basiszorg, waar de huisartsenzorg onderdeel van is, moet voor iedere Nederlander goed toegankelijk zijn. Voor de huisartsenzorg bestaan bereikbaarheidsnormen die gericht zijn op huisartsenzorg bij spoed. In de uitvoeringsregeling van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) is opgenomen: “ten minste 90% van de inwoners in het verzorgingsgebied van een huisartsenpost kan in de avond, nacht- en weekenduren binnen 30 minuten per auto een huisartsenpost of dienstdoende huisarts bereiken, of een dienstdoende huisarts kan in de avond, nacht- en weekenduren 90% van de inwoners in het verzorgingsgebied binnen 30 minuten met de auto bereiken”. Zorgverzekeraars moeten dus huisartsenzorg inkopen. De aanspraak huisartsenzorg hoeft echter niet altijd door een huisarts zelf geleverd te worden, de aanspraak is immers functioneel omschreven. De bekostiging biedt ook alle ruimte om dit in te vullen met verschillende professionals, zoals praktijkondersteuners of verpleegkundig specialisten. Het is aan de verzekeraar en aanbieders van huisartsenzorg samen om dit in de inkoop goed te organiseren, zodat er voldoende zorgaanbod beschikbaar is. Daar waar huisvestingsproblematiek een rol speelt bij huisartsen(praktijken) is het belangrijk dat de gemeente een gesprekspartner is van de huisartsen en zorgverzekeraars om te bezien of knelpunten kunnen worden opgelost.”

——————————————————————————————————————

“Ook in de huisartsenzorg is er sprake van een tekort aan professionals. We zetten in op een verhoogde opleidingscapaciteit, echter ook dit loopt tegen de grenzen aan door het beperkt aantal opleidingsplekken en opleiders. Voor de huisartsenopleidingzijn voor 2022 landelijk in totaal 850 opleidingsplaatsen beschikbaar. Het is aan de Huisartsopleiding Nederland (HON) om de opleidingsplaatsen te verdelen over Nederland. Via de subsidieregeling opleiding tot advanced nurse practitioner en opleiding tot physician assistant zijn voor deze twee opleidingen in totaal 700 plaatsen beschikbaar. De subsidieregeling kent geen regionale component voor de verdeling van de plaatsen. Naast het inzetten op extra opleidingsplekken, wordt er breder gekeken om de werkdruk te verlagen en meer tijd te creëren. Enkele voorbeelden hiervan zijn taakherschikking, het versterken van de organisatie & infrastructuur, het gebruik van thuisarts.nl en inzet van digitale toepassingen in de praktijk. Voor het regionale niveau heb ik samen met de LHV een arbeidsmarktaanpak opgesteld. Hierin worden negen regio’s ondersteund om concreet aan de slag te gaan met onder andere deze voorbeelden. Uw Kamer wordt voor de zomer van 2022 geïnformeerd over de uitkomsten van dit traject. Daarnaast is het van belang de basiszorg – waarvan de huisarts een belangrijk onderdeel vormt – nog slimmer te organiseren. In het coalitieakkoord zijn middelen opgenomen voor het versterken van de organisatiegraad van de basiszorg. Samen met veldpartijen zal ik hiervoor een aanpak uitwerken. Ik ga hier snel mee aan de slag. Ik vind het van groot belang dat de basiszorg in de regio zo wordt vormgegeven dat de spaarzame menskracht optimaal wordt benut. Dat betekent dat goede samenwerking tussen onder meer de huisarts, de wijkverpleging en paramedici de standaard moet worden. Het versterken van de organisatiegraad van de basiszorg is nodig om ook in de toekomst, waarin de capaciteit van zorgverleners schaars blijft, een toegankelijke basiszorg te kunnen garanderen.”

——————————————————————————————————————-

Nieuwe of innovatieve werkwijzen kunnen bijdragen aan het beschikbaar houden van de huisartsenzorg. Het is daarbij van belang dat innovatieve vormen van huisartsenzorg voldoen aan de eisen op het gebied van kwaliteit en toegankelijkheid. Deze innovatieve werkwijzen dienen te passen binnen de (lokale) setting waar deze worden doorgevoerd, zoals de wijze van praktijkvoering, regionale samenwerkingsafspraken of geschiktheid van de innovatie voor de zorg aan patiënten.  Iedereen in Nederland mag een zorgonderneming starten, zolang zij voldoen aan de Nederlandse wet- en regelgeving, waaronder de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) en de Wet Kwaliteit Klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Daarnaast dienen zorgverleners die een geregistreerd gezondheidsberoep willen uitoefenen te beschikken over een BIG-registratie, hiermee wordt de patiëntveiligheid gewaarborgd. De eisen voor uitoefening van deze beroepen zijn vastgelegd in de Wet op de Beroepen in de Individuele gezondheidszorg (Wet BIG). De Wkkgz schrijft onder meer voor dat goede zorg geleverd moet worden conform de professionele standaarden, dat die huisarts over een klachtenregeling moet beschikken en cliënten toegang moet bieden tot een klachtenfunctionaris, dat die praktijk aangesloten moet zijn bij een geschilleninstantie en dat daarop toezicht wordt gehouden door de IGJ. Indien de huisartsenpraktijk bestaat uit meer dan 10 zorgverleners, moet bovendieneen toelatingsvergunning aangevraagd worden bij het CIBG. Hier wordt onder meer getoetst of aan de voorwaarden voor het verlenen van goede zorg wordt voldaan en of er sprake is van een transparante financiële bedrijfsvoering.”

—————————————————————————————————————–

VWS zet zich in voor zorg in Nederland die kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar is. Op regionaal niveau werken zorgaanbieders en –inkopers samen aan een passend zorg- en welzijnsaanbod dat aansluit bij de behoeften van inwoners, keten- en netwerkzorg ondersteunt (met specifieke aandacht voor gezondheidsbevordering en het voorkomen, vervangen en verplaatsen van zorg) en waarbij rekening wordt gehouden met regio specifieke uitdagingen. VWS ondersteunt deze beweging naar de Juiste Zorg op de Juiste Plek (JZOJP) met onder andere subsidies, een evaluatie en kennisplatform. Wat betreft de huisartsenzorg zijn er verschillende afspraken gemaakt in het Hoofdlijnenakkoord Huisartsenzorg, waar ik samen met de LHV, ZN, InEen, Patiëntenfederatie en de NZa voortdurend aan werk. Voor de periode 2023-2026 wordt een integraal zorgakkoord afgesloten.  Voor de huisartsenzorg en basiszorg, vind ik het van groot belang dat de zorg in de regio zo wordt vormgegeven dat de spaarzame menskracht optimaal wordt benut. Dat betekent dat goede samenwerking tussen onder meer de huisarts, de wijkverpleging en paramedici de standaard moet worden. Een sterk georganiseerde basiszorg helpt ook om innovaties – zoals digitale zorg – te implementeren en op te schalen. Tot slot helpt een hogere organisatiegraad om in de regio goede afspraken te maken tussen de basiszorg, de zorgverzekeraar, gemeenten en andere zorgaanbieders om zo de zorg toekomstbestendig in te richten. De komende maanden ga ik met partijen aan de slag om de afspraak uit het coalitieakkoord rondom versterking van de organisatiegraad van de basiszorg tot uitvoering te brengen en een integraal zorgakkoord af te sluiten.”

 

 

Overeenkomst met hernieuwde afspraken tussen koepels over het oplossen van de kloof tussen vraag en aanbod in een nieuw bestuurlijk akkoord betekent nog niet dat deze afspraken automatisch een op een ook terecht komen in het contract tussen een individuele praktijkhoudende huisarts en een individuele zorgverzekeraar. Dat is het leerpunt geweest van de vorige bestuurlijke akkoorden. Koepelafspraken bieden een kompas, maar geen rechtszekerheid. En blijkbaar ook geen trekkingsrecht.

Beschouwing

Bewust spreek ik niet van een tekort aan huisartsen, omdat ik niet weet of er, met 13.710 geregistreerde huisartsen, náást taakherschikkingsmogelijkheden, naast de mogelijkheid tot taakheroriëntatie van de beroepsgroep met zo nodig taakreductie, naast te organiseren horizontale verwijsmogelijkheden én met voor burgers een functionele aanspraak op huisartsenzorg,  zónder huisarts in persoon, ook daadwerkelijk een tekort is.

Van alle huisartsen zijn er nu 12.700 (93%) werkzaam voor gemiddeld 0,74 FTE (ongeveer 45 uur per week), waarbij 1 FTE staat voor 60 uur per week.

Er is wél sprake van een disbalans, van een spreidingsprobleem qua vestiging en van onvoldoende instroom met vestiging tot praktijkhouder. Want er is (wel) een tekort aan praktijkhouders, zeker bij gewenste praktijkverkleining, mede reden een eerder pleidooi te houden juist dit praktijkhouderschap aantrekkelijker te maken (blog).

Er zijn náást de inhoud van eerdere blogs (onderaan deze blog) genoeg actuele signalen dat er spanning aanwezig is bij het organiseren en uitvoeren van huisartsenzorg. Signalen die dít jaar, in overeenstemming met het voorstel van de nieuwe minister, moeten leiden tot een oplossing door met relevante partijen nieuwe bestuurlijke afspraken te maken binnen een integraal zorgakkoord voor de periode 2023 tot 2026.

In onderstaande punten signalen van spanning zoals deze in de actualiteit her en der (28 maart) zijn te lezen

Zoals in bovenstaand ministerieel kader is te lezen, wordt veel verwacht van digitalisering bij de implementatie van innovaties en als middel om afspraken uit het bestuurlijk akkoord te realiseren. Huisarts en columnist Joost Zaat geeft in de aanloop naar het komend NHG-congres over digitalisering een winstwaarschuwing.

Citaten van Joost Zaat: “E-health: zet de huisarts niet op afstand” (H&W, 24 maart 2022)

Vraag H&W: je schreef onlangs in je column in de Volkskrant dat patiënten geen data zijn, maar mensen met verhalen. Wat bedoel je daarmee?

Joost Zaat: “Huisartsen vormen de kern van het zorgsysteem. Trek je ze er tussenuit, dan loopt de zorg op veel plekken vast. Het kenmerk van huisartsen is dat we onze patiënten kennen en dus goed kunnen selecteren voor diagnostiek of een verwijzing. Als je de zorg te veel digitaliseert en de huisartsen op afstand zet, dan raak je dit voordeel kwijt. Je kunt wel redeneren dat je net zo goed via een commerciële app een huisarts op afstand kunt bellen, zoals Quin, maar daarmee leg je de bijl aan de wortel van een belangrijk diagnostisch hulpmiddel: de kennis van de dokter over deze patiënt. Als huisartsen moeten we het enthousiasme voor zorg op afstand bij commerciële partijen en verzekeraars remmen.

Vraag H&W: Welke rol past de huisartsen bij de toenemende digitalisering?

Joost Zaat: “Huisartsen mogen zichtbaarder en harder op de trom slaan om te laten weten hoe belangrijk de huisartsenzorg is. Ik mis de stem van de huisarts als het over de inrichting van de zorg gaat. Koester de huisarts, want als die verdwijnt dan blijft alleen saaie en dure eerstelijnszorg op afstand over.”

Afspraken maken in een nieuw bestuurlijk akkoord dit jaar is zo’n moment én mogelijkheid het belang van huisartsenzorg en inrichting van zorg vorm en inhoud te geven.

Tot slot

Overeenkomst met hernieuwde afspraken tussen koepels over het oplossen van de kloof tussen vraag en aanbod in een nieuw bestuurlijk akkoord betekent nog niet dat deze afspraken automatisch een op een ook terecht komen in het contract tussen een individuele praktijkhoudende huisarts en een individuele zorgverzekeraar. Dat is het leerpunt geweest van de vorige bestuurlijke akkoorden. Koepelafspraken bieden een kompas, maar geen rechtszekerheid. En blijkbaar ook geen trekkingsrecht.

Aan contractafspraken tussen individuele huisartsen en verzekeraars zijn daarentegen wel juridisch toetsbare rechten en plichten verbonden. De verplichting juist als individuele huisarts het contract te tekenen,  impliceert (dan) wel dat er dan ook daadwerkelijk op elk niveau elk jaar vanaf 1 april contractbesprekingen dienen plaats te vinden (hier).

Ofwel, voor 2023 kunnen de contractbesprekingen starten vanaf… vandaag!

Eerdere blogs over toekomstbestendigheid van huisartsenzorg

14.07.2017: Praktijkkostenonderzoek huisartsen 2015 door NZa: 20 kanttekeningen

21.07.2017: Vragen/antwoorden over het praktijkkostenonderzoek (maar hoe dan wél?)

26.08.2017: Behoud gemengde bekostiging dient de huisartsenzorg (basiszorg + SUED bij 85+ IT)

29.08.2017: De kostprijs van de praktijkondersteuner (het 3-trapsmodel)

19.09.2017: Tariefprincipes en drempels van invloed op voortgang bekostiging (huisartsenzorg)

06.12.2017: Mate van beschikbaarheid zorgverleners kleurt uitvoering van zorg (fte tekort)

27.12.2017: Arbeidstijd (over werktijden van artsen en het toezicht)

15.01.2018: Substitutie (over potentieel verplaatsbaar zorgvolume en voorwaarden)

19.01.2018: Hoeveel huisartsen zijn er nodig?  (voor de toekomst)

05.02.2018: Praktijkondersteuning huisarts is onmisbaar (een groter aandeel in zorg)

05.03.2018: Praktijkverkleining bij huisartsen: de noodzaak (1) (Afferden praktijk 1800)

08.03.2018: Praktijkverkleining bij huisartsen: de randvoorwaarden (2) (559 miljoen nodig)

24.08.2018: Toekomstvisie belangrijk, de plannen erna belangrijker (geen woorden, maar daden)

03.10.2018: De uitwerking van de hoofdlijnenakkoorden start nu (geen woorden, maar daden)

24.10.2018: Stringente sturing basiszorgtarief huisarts biedt beperkte financiële ruimte

03.01.2019: Toekomstvisie huisartsenzorg uitwerken met beleid (geen woorden, maar daden)

22.01.2019: Variabelen bij capaciteit huisartsenzorg bijtijds agenderen (over huisartsentekort)

01.02.2019: Schaarste personeel bedreigt zorg (over verpleging en verzorgenden)

11.04.2019: Ketenzorg, hoe nu verder?  (inkoopbeleid en terug naar de basiszorg)

05.05.2019: De vijf ringen van het praktijkhouderschap (waarde, contract, positie, tarief, financiën)

29.06.2019: Reactie op: “(G)een huis voor de huisarts” (vergoeding vastgoed/huisvesting)

01.07.2019: Contracteerproces huisartsenzorg heeft reanimatie nodig (2) (Monitor NZa)

09.07.2019: Slechts deel huisartsenposten beloont huisarts voor extra werk ANW-werk in Wlz

20.07.2019: Méér tijd voor de patiënt: van incidenteel naar structureel (voor huisarts beschikbaar)

02.08.2019: Inschrijftarief dagzorg huisarts heeft niets te maken met de ANW-zorg (NZa/LHV)

01.10.2019: Acute zorg door huisartsen in ANW-tijd: 10 niet uitstelbare spoedzaken (urgentie)

24.10.2019: Toelichting bij artikel Medisch Contact: Geld voor de huisarts ligt op de plank

08.11.2019: Gezocht: een bed voor verblijf, onderzoek of herstel (ELV, Wlz, respijtzorg + wachten)

18.11.2019: Na wet DBA komt een nieuwe wet voor zzp’ers: het uitgangspunt (1)

20.11.2019: Na wet DBA komt een nieuwe wet voor zzp’ers: de consequenties (2)

22.11.2019: Na wet DBA komt een nieuwe wet voor zzp’ers: belang voor huisartsenzorg (3)

26.11.2019: HRMO: een stil drama voltrekt zich (geen juiste plek beschikbaar voor zorg kwetsbaren)

29.11.2019: De financiële staat van de huisartsenzorg (28-slot) (exploitatie- en begrotingscijfers)

02.12.2019: Over zorgalarmisme en betrouwbare zorgcijfers (HRMO JZOJP cijfers over alarm)

31.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (11) (ANW-toekomst, 15/7, veilige werktijd, keten)

07.01.2020: Richting een toekomstbestendige bekostiging huisartsenzorg (Het 5-stappen model)

27.01.2020: De praktijkkostenvergoeding van de huisarts (de 5 stappen van PKO naar dagtarief)

19.03.2020: Maak het praktijkhouderschap huisarts aantrekkelijker (aantal, bekostiging, spreiding)

07.04.2020: Contractafspraken: andere context, ander contract? (monitor + anders in  COVID-19 tijd?)

17.04.2020: Het wel en wee van de waarnemend huisarts (1) (tijdpad carrière, DBA, kwetsbaar COVID-tijd)

20.04.2020: Het wel en wee van de waarnemend huisarts (2) (het vrije uurtarief beschouwd)

25.04.2020: Huisarts schrijft indringende brief over zorgcontractering 2021(CZ en opgelegde O&I)

02.05.2020: Vergoeding huisvestingskosten in zorgtarieven eerste lijn is te laag (als deelkostenpost)

22.07.2020: Nog drempels genoeg bij nieuwe inrichting en bekostiging spoedzorg (houtskoolschets)

24.09.2020: Bekostiging passende zorg in beweging: de huisartsenzorg (5) (5-stappenmodel)

05.11.2020: Bij huisartsenzorg blijkt eigenaarschap praktijk van secundair belang (Quin ACM NZa)

18.11.2020: Herziening arbeidsrelatie praktijkhouder en waarnemend huisarts (over wet DBA)

27.11.2020: Wet toetreding zorgaanbieders stelt eerste lijn onmogelijke eisen (administratie/financieel)

21.12.2020: Spannend jaar toekomstig (POH-)GGZ-werk in huisartsenpraktijk (register/Wlz/kosten)

11.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: de aanpak (1) (tekort fte huisarts)

13.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: de aanpak nader beschouwd (2)

15.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: zorgplicht onder toezicht (3) (NZa)

02.04.2021: NZa-evaluatie over contractering huisartsenzorg heeft weinig diepgang (monitor)

06.05.2021: Tussenevaluatie bestuurlijk akkoord huisartsenzorg benoemt niet alle knelpunten

02.06.2021: Betere onderhandelingspositie praktijkhouders nodig bij werk op HAP (randvwrden)

01.07.2021: Praktijkmanagement in de huisartsenpraktijk (5) (de input voor cursist en docent)

13.07.2021: Koppeling verantwoordingsplicht aan toetreding anders insteken (WTza met plichten)

01.09.2021: Over wenseninventarisatie bij huisartsen en beleidsmatige vervolgstappen (LHV)

07.09.2021: Bij huisartsenzorg (b)lijkt eigenaarschap van secundair belang (2) (fout: van primair belang)

30.09.2021: Deze plicht van openbare verantwoording gaat veel te ver (Wtza-plichten)

08.10.2021: Het hebben van een vaste huisarts leidt tot betere zorguitkomsten (3 indicatoren)

18.10.2021: De financiering van werk op de huisartsenpost tussen 17.00 en 18.00 uur (mismatch)

05.11.2021: Geen verband MVTP en (nieuw) tarief 15-minutenconsult (personeel + budget)

10.11.2021: Stijging van psyche meldingen bij arbeidsongeschiktheid van huisartsen (AOG/AOV)

16.11.2021: Medisch generalistische basiszorg is bij Wlz niet automatisch huisartsenzorg

24.11.2021: Stagnatie bij financiering MTVDP blokkeert een landelijke uitrol (HLA versus praktijk)

01.12.2021: Oplopende inflatie vraagt tariefaanpassing (inflatie>2,5% dus CEP en OVA ook  aanpassen)

17.12.2021: Coalitieakkoord wijst naar nieuw af te sluiten integraal zorgakkoord (zorg in Rutte IV)

19.01.2022: Wat gaat radicale verandering van ouderenzorg eigenlijk inhouden? (start Rutte IV)

25.01.2022: Huisartsenzaken duidelijk geagendeerd bij aanvang 2022 (prioriteiten + PO + enquête)

14.02.2022: Zorgplicht impliceert juiste inkoop van voldoende zorg (1) (tijdig, wet, ZV, rol IGJ, NZa)

16.02.2022: Zorgplicht impliceert juiste inkoop van voldoende zorg (2) (tijdig, wet, ZV, rol IGJ, NZa)

01.02.2022: Ruimtegebrek bij huisartspraktijken is opnieuw een actueel thema (Newcom enquête)

24.02.2022: ANW-spoedzorg op huisartsenpost zo niet meer toekomstbestendig (dysbalans/wet)

02.03.2022: Uitgangspunten herinrichting landschap acute zorg bekend…en nu? (pilots/VWS/NZa)

13.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (1) (Speerpunt 3 = ouderenzorg)

15.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (2) (Speerpunt 8 = personeelstekort)

15.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (2) (Speerpunt 6 = acute zorg)

17.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (3) (Speerpunt 12 = GGZ)

17.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (3) (Speerpunt 9 = jeugd)

17.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (3) (Speerpunt 13 = zorgICT))

17.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (3) (Speerpunt 14 = akkoord)

 

 

Vragen of opmerkingen?