Vandaag overhandigt actiecomité “Het Roer Moet Om” (HRMO) de Tweede Kamer een boekje met het resultaat van een recent onder huisartsen gehouden enquête met een bundeling van schrijnende verhalen uit de dagelijkse praktijk. Het boekwerk kreeg de titel: ‘Patiënt tussen wal en schip’. Een “stil drama”, zo noemt het HRMO de gemankeerde zorg. Het stil drama krijgt (vandaag) aandacht: Persbericht, Volkskrant, Volkskrant(2), Parool, radio, Medisch Contact en NOS.

Vervolg na vandaag

Woordvoerder HRMO: “De politieke discussie moet op gang komen. De politiek moet de eigen verantwoordelijkheid nemen”. HRMO wil na een pamflet deze zomer over het gebrek aan samenhang in de zorg (blog) en de aanbieding van het boekje vandaag, straks op 14 december 2019 a.s. in Den Haag een publiek debat voeren over drie zorgthema’s. Thema’s die het comité van belang acht voor verandering: personeelsschaarste, de overconsumptie van medische zorg en het gebrek aan regie en samenhang. Op basis daarvan wil het comité nadien opnieuw naar de ministers en de Tweede Kamer stappen, met aanbevelingen om ‘ingrijpende keuzes te kunnen maken die kunnen leiden tot een passend zorgaanbod in een sterk verbeterd zorgstelsel’.

Wat is hier het onderwerp? Enkele citaten van het HRMO (vandaag, 26 november 2019)

  • Huisartsen krijgen kwetsbare patiënten als dementerende ouderen, psychiatrische patiënten, chronisch zieken en jongeren met psychische problemen steeds moeilijker doorverwezen naar de juiste zorg
  • Bijna 80% van de ondervraagden liep tegen verwijsproblemen aan bij ziekenhuizen en GGZ-instellingen, de helft bij thuiszorg-en verpleeghuisinstellingen en tussen een derde en een kwart bij jeugdzorg, het sociaal domein en verslavingszorg
  • 6 patiënten per week in een gemiddelde huisartsenpraktijk waarvoor niet de juiste zorg en ook niet op de juiste plek kan worden geleverd
  • Het kost wekelijks uren extra tijd, aan veelal vruchteloos contact met andere zorginstanties, stuitend op onderbezetting, competentie-en verantwoordelijkheidsdiscussies, afhouden en bureaucratie
  • Juist de patiënten die zorg het hardste nodig hebben zijn de dupe,
  • Huisartsen spreken van een ‘stille ramp’
  • De extra tijd die huisartsen er in een week tijd mee kwijt zijn bedraagt gemiddeld 3 uur; bij één op de zes huisartsen zelfs meer dan 5 uur
  • Citaat huisarts: “Wat me enorm frustreert is dat zelfs voor mij als hoogopgeleide arts dit bureaucratisch systeem niet is te doorbreken. Juist de mensen die onze zorg het hardst nodig hebben, worden als uitschot behandeld
  • Citaat huisarts: “Dat is helemaal niet mijn persoonlijkheid, maar het systeem drijft je richting noodkreten en dreigementen. Ik word er hoorndol van, vooral omdat het zo schrijnend is je patiënten zo te zien
  • Een zware last voor huisartsen, ‘omdat je ook na drie afwijzingen verantwoordelijk blijft voor de patiënt’.
  • Citaat: “Een patiënt past vaak niet binnen alle regels en vakjes. Het systeem is toegerust op diagnoses en ziektes, maar niet op mensen.”
  • Casus: ‘De vliegen krioelen in haar blinde oog’
  • Citaat huisarts: ”Wat me enorm frustreert is dat zelfs voor mij als hoogopgeleide arts dit bureaucratisch systeem niet is te doorbreken. Juist de mensen die onze zorg het hardst nodig hebben, worden als uitschot behandeld
  • Citaat huisarts: “Ik heb vier slimme dochters, maar tegen hen zeg ik: ik zou maar geen dokter worden

 Politiek en burgers, wat nu?

Eerste reactie kabinet (citaat, Volkskrant, 26 november 2019): “de ministers De Jonge (Volksgezondheid), Bruins (Medische Zorg en staatssecretaris Blokhuis (onder andere de ggz) laten in een gezamenlijke reactie weten dat de zorgen van de huisartsen ‘voor een belangrijk deel ook onze zorgen [zijn]‘. “Daarom is het ook belangrijk dat huisartsen, gemeenten, wijkteams, zorgaanbieders en zorgverzekeraars in de regio als team met elkaar (gaan) samenwerken om de juiste zorg op de juiste plek te organiseren.” Voor de zomer komt het kabinet met nieuwe voorstellen om de zorg ‘betaalbaar en organiseerbaar te houden.  

Maar…

Dat de door het HRMO genoemde problemen door het kabinet worden (h)erkend, is natuurlijk een goede eerste stap. Maar het woord “burger”, “cliënt” en “patiënt” ontbreekt in hun reactie. Het probleem wordt echter niet opgelost als burgers en patiënten geen actieve inbreng (gaan) krijgen bij deze betaalbaarheid en organiseerbaarheid.  Geen Sinterklaaslijstjes van hen, maar hun hulp bij te maken belangrijke toekomstige keuzes. Bijvoorbeeld, wat kan qua zorg en opvang wél, wat kan niet in een collectieve verzekering of voorziening? Wat kan eenieder zelf bijdragen om het “stille drama” te verhelpen? Altijd wijzen naar een ander, lost niets op. Wat kan maatschappelijk worden geaccepteerd als wachttijd, wat niet? Wat wordt de capaciteit van GGZ, verpleeghuizen, ziekenhuizen, jeugdzorg? Wat is de rol hierbij van zorgplicht bij inkoop en toezicht en handhaving hierbij? Met eindelijk eens maximale transparantie over de kostprijzen. En als iets niet betaald of georganiseerd kan worden, beste minister vraag zendtijd op TV om het uit te leggen. Te makkelijk wordt maar steeds als oplossing “in de regio als team” genoemd. Overigens niet alleen de politiek. Alsof dat ook niet destijds werd gepresenteerd als aanpak bij de jeugdzorg en het sociale domein. En met dit nu als recent bekend gemaakt resultaat (hier/hier). Leren we wel? Regionalisering gaat alleen maar met een heldere context, maximale openheid en centrale aansturing wat betreft de regelgeving. En bedenk dat de zorg van de toekomst daarentegen veelal juist wijkgebonden zal zijn (blog/blog/blog).

Want….

Moet straks de organisatie & infrastructuur (O&I) van de zorg met een team/netwerk van professionals worden georganiseerd in de huisartsengroep, in de wijk of in de regio? Of in alle drie? Met ontschotting? Dit is bij een aanstaande transformatie een belangrijk thema. Zowel in het hoofdlijnenakkoord van de medisch-specialisten als van de huisartsen staat de opdracht aan partijen een beeld te maken van de sociale en gezondheidssituatie en opgave in een regio, gemeente of wijk. Maar in beide akkoorden staat op dezelfde pagina dat zorgaanbieders en zorgverzekeraars aan het leveren van de juiste zorg op de juiste plek hier vervolgens regionaal (bij huisartsenzorg) en regionaal/lokaal (bij ziekenhuiszorg) invulling aan geven. Dat voorsorteren op de regio als O&I-markering wordt vervolgens in alle nieuwsberichten herhaald. Wordt zorginhoudelijk vooral het belang van lokale zorg (blog), kleinschaligheid en wijk (artikel/artikel/artikel/artikel/filmpje) benoemd, daarentegen zetten verzekeraars, InEen en de huisartsenvereniging LHV in met name op het organiseren van zorg in de regio. Citaat de Dokter, februari 2019 (LHV): “het is belangrijk dat de samenwerking beter gaat aansluiten op de manier waarop de zorg daarbuiten is georganiseerd. Ook omdat gemeenten en zorgverzekeraars op zoek zijn naar overlegpartners en aanspreekpunten die het mandaat hebben om afspraken te maken op de juiste schaal. Overal in het land schalen huisartsenorganisaties op” (regio/regio/regio/regio/regio/regio). Is dat de route? Het opschalen van de organisatie om aan te kunnen sluiten bij partijen bij het niveau van de regio om zorg te verplaatsen, te vervangen en duurdere zorg te voorkomen is goed te begrijpen vanuit de positie van ziekenhuizen en verzekeraars. Maar vanuit de positie van de burger? Zo kan de gevraagde transitie van ziekenhuiszorg ook alleen maar plaatsvinden op het organisatieniveau van de regio (regio/regio), dat begrijp ik.  Maar is positie (en macht) van zorgverzekeraars daarmee doorslaggevend om de knopen door te hakken? Als bij een zorgtransitie er een rol is weggelegd voor de eerste lijn, en deze rol is er (huisarts, wijkverpleging, paramedici en ELV), dán is de eerstelijns organisatie volgend op het gewenste uitvoeringsniveau. Als vanuit de beschreven netwerkgedachte het gaat “om zorg dichtbij en rondom de patiënt” met nu “als team met elkaar (gaan) samenwerken” (citaat minister vandaag) dan kon de behoefte aan de O&I-invulling ten behoeve van cure en care lokaal wel eens anders komen te liggen. Er is dus zeker wat te kiezen, ook nu weer.

Tot slot

Iedereen met compassie voor de zorg, moet vandaag toch schrikken van de bundeling van de verhalen van huisartsen. En van de consequenties die deze gemankeerde zorg heeft voor veel van onze kwetsbare burgers. Nu maar hopen dat op de politieke agenda van de vooruitgang ten behoeve van de juiste zorg op de juiste plek vanaf ook nu de juiste punten worden besproken en deze op de juiste wijze worden opgelost. Hoop doet leven.