De opkomst en neergang van Quin Dokters BV heeft het afgelopen jaar veel publiciteit opgeleverd. De ambitievan Quin om de komende twee jaren door te groeien naar 50 Quin Dokters praktijken kon niet worden gerealiseerd. Inbreng van Quin, inclusief het gebruik van hun app, zou, aldus de CEO van Quin, kunnen leiden tot 12% minder huisartsbezoeken en het aantal doorverwijzingen zou zelfs met 26% kunnen dalen. Dit zou bereikt worden door in de huisartsenzorg het hele zorgpad, van klacht tot diagnose en van indicatiestelling tot behandeling en follow-up, binnen één platform met data gedreven tools af te dekken.

Het liep allemaal anders. Op deze website is via artikelen het Quin-project vanaf eind mei 2021 nog na te lezen:  ABC, DEFG, H.

In deze blog ga ik opnieuw in op het belang van eigenaarschap van praktijken en de opstelling van de overheid daarbij.

05.11.2020: Bij huisartsenzorg blijkt eigenaarschap praktijk van secundair belang (Quin ACM NZa)

In deze eerdere blog was al vastgesteld dat zolang de zorg en verantwoordelijkheden goed geborgd zijn, aanbieders van huisartsenzorg vrij zijn de organisatievorm hierachter te kiezen. De praktijkeigenaar hoeft dus niet zelf huisarts te zijn. Dit door de overheid gesteunde marktmechanisme is al volop in gebruik bij apotheken, veeartsenij en tandheelkunde. In het blad “de Eerstelijns” verschenen aangaande de huisartsenzorg hier al twee leesbare artikelen over (juni2021 en juli2021).

De vraag is wat de beroepsgroep zelf wil? De LHV heeft in mei 2021 een afwegingskader geformuleerd voor huisartsen zodat zij de voor- en nadelen van in zee gaan met dergelijke in ketens werkzame partijen zelf kunnen afwegen.

De rol van de overheid

De NZa heeft laten weten de ontwikkelingen bij de Quin huisartsenpraktijken nauwlettend in de gaten te houden. Zij kijken hierbij met name of de toegankelijkheid van zorg niet in geding is en of de preferente zorgverzekeraar in de regio zijn zorgplicht nakomt. De NZa heeft ook benadrukt (persoonlijke mail) na onderzoek dat eerder zorgverzekeraars niet hebben geïnvesteerd in het medio 2019 opgerichte Quin B.V. Wel zouden verzekeraars hebben geïnvesteerd in een pilot van een initiatief (QuoMD), dat later is opgegaan in Quin B.V.

Vanuit het ministerie (Kamervragen, 2 september 2021) komt de mededeling dat de gebruikte app van Quin Dokters is voorzien van een CE Klasse I certificering. Waarbij, zo meldt het ministerie, dat “met een CE-certificering niet de klinische relevantie is aangetoond en het daadwerkelijke geven van kwalitatief goede zorg uiteraard de verantwoordelijkheid blijft van de zorgaanbieder zelf.”

Het ministerie meldt n.a.v. Quin Dokters BV verder dat een zorgaanbieder niet zomaar zorg mag verlenen, maar moet voldoen aan allerlei eisen zoals is opgenomen in onder meer de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz), de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg, de Geneesmiddelenwet en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst. De zorgaanbieder is vervolgens zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van zorg en de IGJ ziet daarop toe. Na inwerkingtreding van de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) per 1 januari 2022 moeten zorgaanbieders voorafgaand aan toetreding op de markt melden en nagaan of ze aan de wettelijke voorwaarden voldoen (blog).

Over de ontstane situatie (Amsterdam, Ridderkerk, Twente) zijn voor een oplossing gesprekken gevoerdtussen de preferente zorgverzekeraar, Quin Dokters, de IGJ, de NZa en huisartsen. In Amsterdam zijn bij overname van patiënten uit een Quin-praktijk afspraken gemaakt over de financiële vergoeding in het derde kwartaal 2021. De kwartaal gelden voor het derde kwartaal 2021 gaan volledig naar de nieuwe praktijk van de patiënt en worden door Quin Dokters aan de ontvangende huisartsenpraktijk uitbetaald.

Of IGJ op dit moment nog ‘verder onderzoek naar de situatie’ (citaat Medisch Contact, 6 september 2021), is mij niet bekend. Quin gaat zich nu (Zorgvisie, 20 augustus 2021) richten op de doorontwikkeling van hun digitale platform en het aanbieden van het platform in licentie aan huisartsenpraktijken.

 

Dat het eigenaarschap van een praktijk wordt ingevuld door een huisarts, is niet van secundair, maar van primair belang voor praktijkvoering bij de op de werkvloer te leveren beste integrale persoonlijke zorg.

Beschouwing

De digitale zorgaanbieder Quin ging van start met ondersteuning van fysieke huisartspraktijken door integratie van digitale zorginnovaties. Hiervoor was een groeikapitaal beschikbaar van 36 miljoen euro. Met digitale zorginnovaties in de huisartsenzorg moest het Quinproject leiden tot meer zelfregie, beslissingsondersteunende informatie voor patiënten, efficiëntie en een betere toegankelijkheid.

De genoemde percentages over minder verwijzen en consulten zijn uiteraard voor rekening van Quin. Met het Quin-standpunt dat huisartsen behoefte hebben aan ondersteuning, aan een servicegerichte organisatie, met zo nodig inzet van digitale innovaties, is weinig mis. Maar laat de invulling (governance, aanbod, financiering) daarvan dan wel over aan de professionals zelf, hier de huisartsen. En niet aan de beste stuurlui aan wal.

Daarnaast gelden de regels van de zorgplicht. Als een burger voor zorg uit de basisverzekering, hier huisartsenzorg, verplicht is premie te betalen aan de zorgverzekeraar, dan is de zorgverzekeraar als inkoper ook verplicht deze zorg beschikbaar te stellen. Dat is niet het standpunt van deze blogger, maar van de toezichthouder.

02.12.2020: Passende zorg zoekt passende bekostiging (1) (NZa ZiN rapport zorginhoud)

04.12.2020: Passende zorg zoekt passende bekostiging (2) (NZa ZiN rapport bekostiging/organisatie)

14.12.2020: Zorgplicht zorgverzekeraar is primair een resultaatverplichting (NZa met plichten ZV)

29.03.2021: Handhaving inkoopplicht zorgverzekeraars moet na 15 jaar nog beginnen (NZa)

De rol van de huisartsen is de praktijk- en bedrijfsvoering af te stemmen op wat nodig is. Zo zegt nota bene deze bankier het: “Een betrokken huisarts, midden in de samenleving en met oog voor zijn patiënten in een lokale omgeving: die combinatie lijkt altijd nog het beste geborgd in de traditionele praktijk.” Meer tijd voor de patiënt in diens lokale omgeving impliceert praktijkverkleining (2018-I/2018-II).

Wie mijn blogs leest, kent mijn standpunt: voor huisartsenzorg uit de basisverzekering is nodig een landelijk dekkend netwerk van praktijkhoudende huisartsen met een toekomstbestendige huisvesting (blog), die zelf én gezamenlijk vormgeven aan de gewenste organisatie van hun ondersteuning. Dat kán een RHO of zorggroep zijn, mits de aansturing maar voortkomt vanuit de noden van de werkvloer.

Trendbreuk

De financiering van deze ondersteuningsorganisatie zou daarom om dezelfde reden rechtstreeks moeten lopen via de praktijkhouders, als aanvulling op het inschrijftarief. De ondersteuningsorganisatie maakt vervolgens jaarlijks met inbreng van de leden voor het komend jaar een plan van aanpak op gebied van ICT, ondersteuning, reductie administratieve lasten, het vangen van paarse krokodillen, personeelszaken etc. Stemmen de leden in met het voorstel van het plan van aanpak, dan gaat een deel van de aan het inschrijftarief gekoppelde O&I-geld in tweede instantie naar de uitvoering door de ondersteuningsorganisatie. Zo is de organisatie gericht op het werk van de professionals en niet gericht op zichzelf en/of erger, op de preferente zorgverzekeraar. Daarnaast betaalt de huisarts zo zelf de eigen organisatie.

Stemmen de leden niet in met het voorstel van de ondersteuningsorganisatie dan wordt alsnog gepoogd het aanbod passend te maken aan de ondersteuningsvraag van huisartsen. Lukt ook dat niet, dan blijft het O&I budget bij de praktijkhoudende huisarts en regelt deze zelf de ondersteuning.

Voor alle duidelijkheid: dit is niet de huidige wijze van financieren!

Om bovenstaande te realiseren, daar zal een heuse trendbreuk voor nodig zijn en zal vele bestuurders onrustig maken. Een nieuw bekostigingsmodel voor reguliere huisartsenzorg schijnt op landelijk niveau (via 5 stappen?) al onderwerp van gesprek te zijn. Wordt financiering van het ondersteuningsvraagstuk daarbij meegenomen in de plannen?

De moeilijkere praktijk overstijgende mangamentvragen kunnen mogelijk beter worden opgelost via de ondersteuningsorganisatie, maar in mijn model is de praktijkeigenaar een huisarts, die hulp heeft van een praktijkmanager. Een huisarts die ook openstaat voor innovatieve oplossingen, soms zijn deze digitaal, hetgeen lokaal, regionaal en landelijk makkelijker is te realiseren met één HIS en ZIS.

Uniforme digitalisering biedt kans op betere communicatie, tussen professionals onderling en bij de zorg voor burgers. Ook dit is niet de gangbare situatie (blog). Niet bij gebruikersverenigingen, niet in gezamenlijkheid bij de RHO’s, evenmin bij de overheid.

In het marktmodel van de overheid (zie boven), mag eenieder een praktijk runnen. Echter, bij mij is de professional in the lead als het gaat om samenwerking, ontzorging, flexibiliteit, innovatie, ondersteuning en doelmatige (effectief/efficiënt) praktijkvoering. Waarbij een efficiënte bedrijfsvoering niet het primaat hoeft te worden/zijn, zoals blijkt, van een externe commerciële ketenpartij. 

Tot slot: anders gezegd

Als beroepsgroep is het beter zelf de handen aan het stuur van de bedrijfsvoering te houden, alsmede de koers van de ondersteuningsorganisatie zelf te bepalen. Steeds weer: het goede behouden, wat beter kan, verbeteren en wat anders moet, veranderen (blog). Maar dan moet er in tegenstelling tot de laatste 10 jaar wel in het praktijkhouderschap geïnvesteerd worden (blog), financieel en qua kennis over bedrijfsvoering (artikel MC, 23 augustus 2021).

Dat het eigenaarschap van een praktijk wordt ingevuld door een huisarts, is niet van secundair, maar van primair belang voor praktijkvoering bij de op de werkvloer te leveren beste integrale persoonlijke zorg.

Eerdere blogs over het praktijkhouderschap van huisartsen

14.07.2017: Praktijkkostenonderzoek huisartsen 2015 door NZa: 20 kanttekeningen

21.07.2017: Vragen/antwoorden over het praktijkkostenonderzoek (maar hoe dan wél?)

28.07.2017: De financiële toekomst van de huisartsenzorg (huisarts- en economiefactoren)

21.08.2017: Afscheid bekostiging segment S3 is beste optie (en naar segment S1)

26.08.2017: Behoud gemengde bekostiging dient de huisartsenzorg (financiering basiszorg)

29.08.2017: De kostprijs van de praktijkondersteuner (het 3-trapsmodel)

04.09.2017: Het contract bij zorginkoop (discutabele inkoopmethodieken)

14.09.2017: Hoofdlijnakkoord en macrobudget vier vragen aan verzekeraars (DEL + investering)

19.09.2017: Tariefprincipes en drempels van invloed op voortgang bekostiging (huisartsenzorg)

20.09.2017: De financiële staat van de huisartsenzorg (versie 26) (exploitatie- en begrotingscijfers)

19.01.2018: Hoeveel huisartsen zijn er nodig?  (voor de toekomst)

05.02.2018: Praktijkondersteuning huisarts is onmisbaar (een groter aandeel in zorg)

08.02.2018: Praktijkhouder huisarts: spagaat tussen zorg en centen (tekort praktijkhouders)

05.03.2018: Praktijkverkleining bij huisartsen: de noodzaak (1) (Afferden praktijk 1800)

08.03.2018: Praktijkverkleining bij huisartsen: de randvoorwaarden (2) (559 miljoen nodig)

01.07.2018: Het onderhandelaarsakkoord huisartsenzorg 2019 t/m 2022: een analyse

03.10.2018: De uitwerking van de hoofdlijnenakkoorden start nu (geen woorden, maar daden)

24.10.2018: Stringente sturing basiszorgtarief huisarts biedt beperkte financiële ruimte

10.11.2018: Alleen met interventies problemen in achterstandswijken oplosbaar (actie/WRR)

14.11.2018: De financiële staat van de huisartsenzorg (versie 27) (exploitatie- en begrotingscijfers)

23.11.2018: De financiële staat van de huisartsenzorg (27): vraag/antwoord

03.01.2019: Toekomstvisie huisartsenzorg uitwerken met beleid (geen woorden, maar daden)

22.01.2019: Variabelen bij capaciteit huisartsenzorg bijtijds agenderen (over huisartsentekort)

04.03.2019: Contracteerproces huisartsenzorg heeft reanimatie nodig (1) (Newcom onderzoek)

05.05.2019: De vijf ringen van het praktijkhouderschap (waarde, contract, positie, tarief, financiën)

29.06.2019: Reactie op: “(G)een huis voor de huisarts” (vergoeding vastgoed/huisvesting)

01.07.2019: Contracteerproces huisartsenzorg heeft reanimatie nodig (2) (Monitor NZa)

03.07.2019: Praktijkmanagement in de huisartsenpraktijk (3) (de input voor cursist en docent)

04.07.2019: Samenhang is ZINVOL: zorgwetten + inhoud + nastreven + voorwaarden + organisatie + logistiek

11.07.2019: Wordt onvrijwillige zorg (Wzd) straks wel vrijwillig gegeven?? (bij uitvoering wet)

20.07.2019: Méér tijd voor de patiënt: van incidenteel naar structureel (voor huisarts beschikbaar)

24.10.2019: Toelichting bij artikel Medisch Contact: Geld voor de huisarts ligt op de plank

08.11.2019: Gezocht: een bed voor verblijf, onderzoek of herstel (ELV, Wlz, respijtzorg + wachten)

26.11.2019: HRMO: een stil drama voltrekt zich (geen juiste plek beschikbaar voor zorg kwetsbaren)

29.11.2019: De financiële staat van de huisartsenzorg (28-slot) (exploitatie- en begrotingscijfers)

02.12.2019: Over zorgalarmisme en betrouwbare zorgcijfers (HRMO JZOJP cijfers over alarm)

13.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (01) (macro gemiddelde kostenstijging, inkomens CBS)

16.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (02) (Tariefformule, normeringen, spelregels beloning)

17.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (03) (aandeel kosten ketenzorg/ANW, ‘subsititutie’)

19.12.2019: “Ik had de minister willen vragen waar staan jullie nu eigenlijk” (HRMO Kerstpakket VWS)

20.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (06) (consequenties macrokorting, structureel, heralloceren)

23.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (07) (contracten 2019 niet conform HLA, borging HLA NZa?)

02.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (12) (ELV-bed, oorzaken tekort, wachten verpleeghuis)

03.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (13) (contouren nieuw stelsel, rol HA en MSZ daarin)

06.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (14) (tip HA, kosten, inkomen, arbeidstijd onder vergrootglas)

07.01.2020: Richting een toekomstbestendige bekostiging huisartsenzorg (Het 5-stappen model)

27.01.2020: De praktijkkostenvergoeding van de huisarts (de 5 stappen van PKO naar dagtarief)

19.03.2020: Maak het praktijkhouderschap huisarts aantrekkelijker (aantal, bekostiging, spreiding)

25.04.2020: Huisarts schrijft indringende brief over zorgcontractering 2021(CZ en opgelegde O&I)

02.05.2020: Vergoeding huisvestingskosten in zorgtarieven eerste lijn is te laag (als deelkostenpost)

24.09.2020: Bekostiging passende zorg in beweging: de huisartsenzorg (5) (5-stappenmodel)

05.11.2020: Bij huisartsenzorg blijkt eigenaarschap praktijk van secundair belang (Quin ACM NZa)

11.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: de aanpak (1) (tekort fte huisarts)

13.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: de aanpak nader beschouwd (2)

15.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: zorgplicht onder toezicht (3) (NZa)

02.04.2021: NZa-evaluatie over contractering huisartsenzorg heeft weinig diepgang (monitor)

06.05.2021: Tussenevaluatie bestuurlijk akkoord huisartsenzorg benoemt niet alle knelpunten

01.07.2021: Praktijkmanagement in de huisartsenpraktijk (5) (de input voor cursist en docent)

13.07.2021: Koppeling verantwoordingsplicht aan toetreding anders insteken (WTza met plichten)

01.09.2021: Over wenseninventarisatie bij huisartsen en beleidsmatige vervolgstappen (LHV)

 

 

 

Vragen of opmerkingen?