Nadat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) signalen had gekregen (ACM, 20 december 2022) dat brancheorganisaties van zorgaanbieders sturende informatie aan hun leden gaven, zijn zij een onderzoek gestart naar beïnvloeding per branche van de jaarlijkse individuele onderhandelingen tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Zoals het signaal dat brancheorganisaties van zorgaanbieders ‘adviseren’ om een bepaald prijsstijgingspercentage in de onderhandelingen met de zorgverzekeraars te hanteren. Of meer generiek, een signaal van mogelijke overtreding van de concurrentieregels door brancheorganisaties.

23.12.2022: Toezichthouder ACM scant zorgmarkt eenzijdig (alleen bracheorganisatie-zorgverleners)

Dit onderzoek heeft nu geleid naar het recent uitbrengen van een “Concept ACM Leidraad Brancheorganisaties en zorgcontractering”, (ACM, 14 juli 2023).

De ACM herhaalt bij aankondiging van dit bericht nog maar eens dat sturend gedrag van branchevereniging richting leden op onderdelen verboden is. Als dat gedrag bijvoorbeeld gaat over hoogte van prijzen, prijsbijstellingen, minimaal te hanteren indexaties, volumes (incl. groei) en contractvorm (bijvoorbeeld omzetplafonds, aanneemsommen of P*Q-afspraken).

In deze recente Leidraad wordt meermalen verwezen naar afspraken aangaande contractering in het Integraal Zorgakkoord (IZA, 16 september 2022, hfst.3.8 en onderdeel J). Maar ook wordt verwezen naar het tegelijkertijd verschenen nieuwe NZa-document over contractering, namelijk “Handvatten Contractering en Transparantie gecontracteerde zorg” (NZa, 11 juli 2023).

Nieuwe instructie, maar wat is eigenlijk nieuw?

Beide documenten lezend, kan ik me niet aan indruk onttrekken dat veel informatie al eerder is gedeeld met brancheorganisaties van zorgverleners. Zeker na de inval van de Nederlandse Mededingingsautoriteit bij de huisartsenvereniging in 2010, zijn alle verenigingen met belangenbehartiging destijds gewaarschuwd waar de grenzen liggen van regelgeving ten aanzien van concurrentie (hier/hier/hier etc.).

De Leidraad van de ACM nu is dan ook een reguliere update. Destijds zijn daarover, zeker gezien de torenhoge boetedreiging, ook blogs geschreven:

08.09.2013: Eis LHV: het akkoord moet volledig ACM-proof zijn (inval NMa in 2010, 7,7 mln. boete)

10.02.2014: De ACM-boete voor LHV blijft buitenproportioneel hoog (van 7,7 naar €5,9 mln.)

07.08.2018: Wanneer is marktoezicht in de zorg pervers? (over de rol van NZa en NMa/ACM)

30.05.2022: Huisartsenzorg: via de Mededingingswet naar een toekomstige DAEB (HS-artikel)

Bij het document van de Zorgautoriteit lees ik nu vooral het doel dat op 12 november, als het overstapseizoenvoor burgers begint eventueel een andere verzekeraar te kiezen, feitelijk de contractering/inkoop voor het komend jaar rond moet zijn, zodat er ook wat te kiezen valt.

Zowel de ACM als de NZa verwijzen in beide documenten vaak naar hun eigen eerdere bouwstenen.

Een selectie e.a.:

**ACM: hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier

**NZa: hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier + IZA + hier + hier + hier + hier + hier + hier + hier

Kortom, voldoende rapporten, toelichting, regelingen en informatie bij het toezicht van deze twee zelfstandige bestuursorganen, vallend onder de Kaderwet. Toch presenteert de Zorgautoriteit als nieuw toe te voegen regels deze maand 13(!) nieuwe richtsnoeren. Feitelijk als proefballon, want ze zijn, zo meldt de NZa, “vooralsnog juridisch niet door de NZa handhaafbaar.”

Wat gaan de brancheorganisaties de komende weken hierop antwoorden?

De nieuwe 13 richtsnoeren zijn…

Handvatten Contractering en Transparantie gecontracteerde Zorg (NZa, 11 juli 2023)

Citaat: “De nieuwe richtsnoeren zijn op dit moment niet in de regelgeving opgenomen en zijn vooralsnog juridisch niet door de NZa handhaafbaar. De NZa betrekt vanaf het najaar van 2023 deze nieuwe richtsnoeren situationeel en risicogericht in haar toezicht. In haar prioritering richt de NZa zich hierbij allereerst op de onderhandelrelaties tussen partijen die dusdanig belangrijk zijn voor elkaar om de regionale transitieopgave samen vorm te geven.” 

Richtsnoer 1: NIEUW – Uiterlijk 1 juni deelt de zorgaanbieder, indien door de zorgverzekeraar gevraagd, haar strategisch beleid met de betreffende zorgverzekeraar, of verwijst naar de plek waar deze informatie te vinden is.

Richtsnoer 2: NIEUW – Zorgaanbieders leveren op verzoek van de zorgverzekeraar hun volumeprognoses aan bij de zorgverzekeraar.

Richtsnoer 3: NIEUW – Zorgaanbieders en zorgverzekeraars die face-to-face contracteren maken vóór 1 september afspraken over de techniek en/of methodiek van zaken als benchmarking of volumeprognoses.

Richtsnoer 4: NIEUW – Wanneer bij digitale contractering gebruik wordt gemaakt van zaken als benchmarking of volumeprognoses, licht de zorgverzekeraar de toegepast techniek en/of methodiek toe. Dit doet hij in ieder geval niet later dan het moment waarop het contract wordt aangeboden.

Richtsnoer 5: NIEUW – Zorgaanbieders die face-to-face contracteren bieden uiterlijk 1 september de eerste offerte aan, inclusief een inhoudelijke toelichting. Tenzij zorgaanbieder en zorgverzekeraar anders hebben afgesproken.

Richtsnoer 6: NIEUW – Bij digitale contractering biedt de zorgverzekeraar het contract, inclusief een inhoudelijke toelichting, uiterlijk aan op 1 oktober. Dit nieuwe richtsnoer zorgt ervoor dat sommige stappen in het contracteerproces eerder plaatsvinden dan nu gebruikelijk is.

Richtsnoer 7: NIEUW – Als startpunt van de onderhandeling hanteren de zorgverzekeraar en zorgaanbieder als index voor loonstijgingen de OVA.

Richtsnoer 8: NIEUW – De zorgverzekeraar en zorgaanbieder zijn beide in hun contractvoorstel en offerte transparant over welke basis en indexaties zij hebben gehanteerd. Indien de gehanteerde indexaties afwijken van de landelijke beschikbare sectorale indexaties, inclusief nacalculaties, wordt toegelicht hoe zij hiertoe gekomen zijn.

Richtsnoer 9: NIEUW – De zorgverzekeraar en zorgaanbieder zijn beide in hun contractvoorstel en offerte transparant over welke op- en/of afslagen i.r.t. tarieven zij toepassen en lichten toe waarom op- en afslagen worden genomen.

Richtsnoer 10: NIEUW – Zowel de zorgaanbieder als de zorgverzekeraar spant zich maximaal in om binnen twee weken een duidelijke inhoudelijk toegelichte reactie op vragen en opmerkingen van de andere partij te geven. Indien dit onmogelijk is wordt aangegeven waarom dit niet lukt en op welke termijn wel een inhoudelijke reactie zal worden gegeven.

Richtsnoer 11: NIEUW – Zorgverzekeraars maken inzichtelijk hoe de maatschappelijke opgaven worden vertaald in het zorginkoopbeleid en in het contractvoorstel aan zorgaanbieders.

Richtsnoer 12: NIEUW – Zorgaanbieders maken inzichtelijk hoe de maatschappelijke opgaven worden vertaald in het strategisch beleid en in de offerte.

Richtsnoer 13: NIEUW – Zorgaanbieder en zorgverzekeraar bespreken de bijdrage van beide partijen aan de transitie naar passende zorg en een toekomstbestendig zorglandschap, zodat zij dit kunnen gebruiken als uitgangspunt bij hun contractvoorstellen. Als dit gesprek nog niet gevoerd kan worden, concretiseren zij wanneer zij dit uiterlijk willen bespreken.

Aan regelgeving, oud en nieuw, dus geen gebrek. Nu nog vertrouwen tanken (Zorgvisie, 18 juli 2023), “het effectiefste en goedkoopste (beleids)medicijn.”

Evengoed waren er de laatste jaren weinig onderwerpen die zo vaak beschouwd zijn als juist de contractering.

Een greep uit eigen arsenaal…

04.03.2019: Contracteerproces huisartsenzorg heeft reanimatie nodig (1) (Newcom onderzoek)

01.07.2019: Contracteerproces huisartsenzorg heeft reanimatie nodig (2) (Monitor NZa)

20.07.2019: Méér tijd voor de patiënt: van incidenteel naar structureel (voor huisarts beschikbaar)

31.07.2019: Dat geschillencommissie geen werk heeft, wat zegt dat? (HRMO en arbitragerecht)

20.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (06) (consequenties macrokorting, structureel, heralloceren)

23.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (07) (contracten 2019 niet conform HLA, borging HLA NZa?)

07.01.2020: Richting een toekomstbestendige bekostiging huisartsenzorg (Het 5-stappen model)

27.01.2020: De praktijkkostenvergoeding van de huisarts (de 5 stappen van PKO naar dagtarief)

07.04.2020: Contractafspraken: andere context, ander contract? (monitor + anders in  COVID-19 tijd?)

25.04.2020: Huisarts schrijft indringende brief over zorgcontractering 2021(CZ en opgelegde O&I)

02.05.2020: Vergoeding huisvestingskosten in zorgtarieven eerste lijn is te laag (als deelkostenpost)

24.09.2020: Bekostiging passende zorg in beweging: de huisartsenzorg (5) (5-stappenmodel)

05.11.2020: Bij huisartsenzorg blijkt eigenaarschap praktijk van secundair belang (1) (Quin ACM NZa)

15.01.2021: Disbalans vraag en aanbod huisartsenzorg: zorgplicht onder toezicht (3) (NZa)

02.04.2021: NZa-evaluatie over contractering huisartsenzorg heeft weinig diepgang (monitor)

07.09.2021: Bij huisartsenzorg (b)lijkt eigenaarschap van secundair belang (2) (fout: van primair belang)

24.11.2021: Stagnatie bij financiering MTVDP blokkeert een landelijke uitrol (HLA versus praktijk)

01.12.2021: Oplopende inflatie vraagt tariefaanpassing (inflatie>2,5% dus CEP en OVA ook aanpassen)

01.02.2022: Ruimtegebrek bij huisartspraktijken is opnieuw een actueel thema (Newcom enquête)

03.08.2022: Meekijkconsultatie: mistig bij uitvoering, bekostiging en contractering (S3+MSZ)

15.08.2022: Conceptversie Integraal Zorgakkoord is te ingewikkeld (geen 5W1H-SMART bij ZINVOL)

25.08.2022: Bij budgetdiscussie huisartsenzorg worden 2 kernpunten gemeden (1) (belang/inkoop)

30.08.2022: Bij budgetdiscussie huisartsenzorg worden 2 kernpunten gemeden (2) (ZV-insteek)

26.09.2022: Financiële staat: vraag/antwoord (15) (Tarief-index aanpassing 2023 o.b.v. kostencrisis)

27.09.2022: Financiële staat: vraag/antwoord (16) (Contract 2023, onderhandel CPI/23% omzet)

29.09.2022: Financiële staat: vraag/antwoord (17) (5-stap bekostiging bijdrage instroom praktijkhouders)

11.10.2022: Niet-gecontracteerde zorg verdient meer waardering (werk + contractbespreking + IZA)

08.11.2022: Financiële staat: vraag/antwoord (18) (Tarieven 2023 + CL + PKO2025 + IZA-bijdrage)

22.02.2023: Kostenvergoeding huisvesting huisartspraktijk vraagt nieuwe berekening (IZA/PKO)

02.03.2023: Leiden afspraken integraal zorgakkoord tot beter resultaat? (transitie/govern./prev.)

21.03.2023: Staan huisartsen op scherp richting hun nieuwe bekostiging? (PKO22, IZA, contract)

04.04.2023: Zélf richting geven aan sturing zorgaanbod en bedrijfsvoering (Commercie,PKO,IZA etc.)

16.05.2023: Proactief toezicht budgetkader huisartsenzorg niet onmogelijk (-154 mln.in 2022)

27.05.2023: Huisartsen stellen beroep in bij hoogste rechter economisch bestuursrecht (CBb)

05.06.2023: LHV beroept zich bij MTVP-bekostiging op ‘afspraak = afspraak’ (IZA tekenvoorw.)

13.06.2023: Zorgcontractering is complex gemaakt (1) (IZA, transformatie, beoordelingskader, ongelijkwaardig)

15.06.2023: Zorgcontractering is complex gemaakt (2) (minister spoorboek, nieuwe Handreiking contract)

19.06.2023: Zorgcontractering is complex gemaakt (3) (bijdragen advocaatkantoren contract)

22.06.2023: Zorgcontractering is complex gemaakt (4) (NZa monitor contractering 2022)

08.07.2023: Ontknoping MTVP-bekostiging huisartsenbasiszorg doet geen recht aan urgentie

De rode draad bij al deze blogverhalen is dat er binnen de Zorgverzekeringswet weliswaar een mooie driehoek met drie markten wordt beschreven, maar dat de onderhandelingspositie van zorgverleners op de inkoopmarkt, zeker in de eerste lijn, zwak is (zie ook deze actuele petitie).

Deze zwakke onderhandelingspositie, gekoppeld aan het gebruik van de verkeerde methode door NZa bij kostprijsberekening en het kostenbeheersingsinstrument (hier), maakt dat Nederland bij de uitgaven voor eerstelijnsgezondheidszorg als aandeel van de totale zorguitgaven 2020 vrijwel onderaan de Europese ranglijst bungelt (OECD-rapport, figuur 5-11, pg.137). Mede ontstaan dankzij input, aangedragen door deze beide namens de overheid optredende toezichthouders. Off the record alvast een waarschuwing: het zwakker maken van de positie van brancheorganisaties zal de zorgcrisis zeker niet doen oplossen.

 

     

 

Terug naar de ACM-(concept)Leidraad

In deze Leidraad komt de ACM met 20 voorbeelden van toegestane of verboden acties van brancheorganisaties (zie ook Zorgvisie, 14 juli 2023). In onderstaande tekst een aantal citaten van de ACM-tekst met aansluitend mijn opmerking. Let wel, de tekst is primair gericht aan brancheorganisaties, niet direct aan zorgverleners.

 

Kostprijsberekeningen zonder verdere duiding, zijn niet in strijd met de Mededingingswet. En zijn dat ook nooit geweest

Citaat ACM:” Zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten zijn op basis van respectievelijk de zorgverzekeringswet (Zvw), de Wet langdurige Zorg (Wlz) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verplicht om voor hun verzekerden c.q. inwoners voldoende zorg en/of ondersteuning in te kopen. Dit gebeurt door middel van het onderhandelen en het sluiten van privaatrechtelijke contracten met zorgaanbieders.”

*Reactie AM: De algemene kritiek is juist dat de verzekeraars wat betreft hun zorgplicht deze taak niet goed oppakken. Ik verwijs naar mijn blogs met bijdragen advocaatkantoren en specifiek naar deze bijdrage (5 april 2023 + 30 augustus 2022). Of naar een recente column.

29.03.2021: Handhaving inkoopplicht zorgverzekeraars moet na 15 jaar nog beginnen (NZa)

14.02.2022: Zorgplicht impliceert juiste inkoop van voldoende zorg (1) (tijdig, wet, ZV, rol IGJ, NZa)

16.02.2022: Zorgplicht impliceert juiste inkoop van voldoende zorg (2) (tijdig, wet, ZV, rol IGJ, NZa)

18.08.2022: Zorgplicht zorgverzekeraars blijft een (te) vaag omschreven begrip (plicht à “samen”)

23.12.2022: Toezichthouder ACM scant zorgmarkt eenzijdig (alleen bracheorganisatie-zorgverleners)

Citaat ACM: “Het Integraal Zorgakkoord (IZA) onderschrijft het uitgangspunt dat het grootste deel van de zorg concurrentieel wordt ingekocht en op individuele basis wordt onderhandeld en gecontracteerd.”

*Reactie AM: De kritiek is dat er niet/nooit op individuele basis/schaal wordt onderhandeld, maar vervolgens wel op dat niveau moet worden gecontracteerd om de tuchtrechtelijke en privaatrechtelijke aansprakelijkheid ‘duidelijk’ te houden en ‘veilig’ te stellen. Ook bij regionale organisaties hoor ik kritiek op het niet willen agenderen van onderwerpen. Vervolgens wijzen alle partijen, als het spannend wordt, inclusief de minister (structurele MTVP-S1-bekostiging in IZA), naar het gladde platform van de inkoopmarkt. Een platform waar de marktmacht van de verzekeraars regeert. Er is dus helemaal geen “individueel onderhandelingsproces”, om deze 2 woorden van de ACM nog maar eens te citeren.  

De marktposities liggen vast en hangen een op een samen met de (bij?) werkingen van de Wet marktordening gezondheidszorg en de Zorgverzekeringswet. De laatste wet die aaneensluitende kabinetten, vaak met steun van de opinie leidende zorgeconomen (hier), wat betreft de concurrentiële inkoop weigeren te transformeren.

22.10.2022: Zorgverzekeringswet: de aanloop en de macht van werkgevers (1) (80->50%+markt)

25.10.2022: Zorgverzekeringswet: de aanloop en politieke besluitvorming (2) (VNO/CDA/VVD)

27.10.2022: Zorgverzekeringswet: het resultaat, met nu nog 7 bespreekpunten (3) (politieke inzet)

Citaat ACM: “Het mededingingstoezicht beschermt de doelen van passende en integrale zorg in de regio door de burger (patiënt/cliënt/verzekerde) te beschermen tegen eventueel schadelijke effecten van gedrag van zorgaanbieders en zorginkopers.”

*Reactie AM: Dit is selectief wensdenken. Dat kan, maar het tegenovergestelde kan ook. Onvoldoende zorginkoop en knijpen in kostentarieven kan de burger ook schaden: direct en indirect. Bijvoorbeeld als de vergoeding van huisvesting te laag is en/of er geen compensatie is van gestegen praktijkkosten, kunnen zorgverleners niet hun noodzakelijke praktijkvoering organiseren. Met alleen maar verliezers.

22.02.2023: Kostenvergoeding huisvesting huisartspraktijk vraagt nieuwe berekening (IZA/PKO)

Citaat ACM: “Toegestaan is om leden in relatie tot de contractonderhandelingen te informeren over of te wijzen op openbare informatie. Brancheorganisaties mogen hier echter geen adviezen of aanbevelingen aan koppelen.”

*Reactie AM: De tussenstap is dus dat de brancheorganisatie de kostprijzen zelf moet berekenen van uitvoering van noodzakelijke zorg en deze vervolgens niet achter een betaalmuur moet houden, maar deze toegankelijk voor zorgverleners én burgers met transparantie gaat publiceren. En er meteen bijzeggen dat dit uiteraard geen advies of aanbeveling inhoudt. Spottend gesteld, stel je voor zeg dat de werkelijke kosten in beeld komen. Of nog erger: moeten worden betaald!

Citaat ACM: “Contractering, IZA. Het belang van een volledige weergave wordt onder andere geïllustreerd door de zinsnede “… spreken partijen af dat zorgverzekeraars de OVA volledig – en zonder korting – doorvertalen in de prijzen en contracten.” Op verschillende vragen van individuele (IZA-)partijen heeft de ACM geantwoord dat deze afspraak, in isolatie gelezen, strijdig is met het kartelverbod. In combinatie met de andere passages en in het bijzonder de zin “In de lokale onderhandelingen vormt de prijsontwikkeling (op basis van de CPB-ramingen) het vertrekpunt in samenhang met aspecten als productiviteits- en doelmatigheidswinst, effecten van passende zorg, volumeontwikkeling, historische prijsverschillen, specifieke lokale omstandigheden en de mogelijkheden om hier gezamenlijk verbetering op te boeken.” ziet de ACM evenwel voldoende mogelijkheden om hier in de praktijk feitelijk invulling aan te geven op een manier die verenigbaar is met de mededingingsregels.

*Reactie AM: Dit lees ik als, de indexen (OVA/CEP) mogen worden toegepast, want er zijn qua prijsontwikkeling bij inkoop nog voldoende alternatieve mogelijkheden voor (neerwaartse) aanpassing. Lees ik dat goed?

Citaat ACM: “Verboden is het voor brancheorganisaties een interpretatie te geven van (informatie over) concurrentieparameters. Een eigen interpretatie kan, vanwege het niet-objectieve karakter ervan, uitwerken als een (indirect) advies en resulteren in afgestemd gedrag onder haar leden.”

*Reactie AM: Waarom zou een brancheorganisatie niet zelf een interpretatie mogen geven over consequenties voor praktijken van de eigen leden? Terwijl de ACM kort daarna stelt dat het wél is toegestaan als de brancheorganisatie “een onderzoek uitvoert of laat uitvoeren door een onderzoeksbureau naar algemene externe factoren en ontwikkelingen”. Weten die externe bureaus het dan beter? Eerlijk, die weten het niet beter en zo worden daarnaast ook kosten voor de brancheorganisaties onnodig opgeblazen.

Citaat ACM: “Toegestaan is het bij leden opvragen van concurrentiegevoelige informatie, ook tijdens de contracteerperiode, zoals gevraagde, geboden en resulterende prijsindexaties en volumes. Een brancheorganisatie moet daarbij aandacht hebben voor de risico’s bij het opvragen en verwerken van deze informatie, aangezien dergelijke informatie niet bij leden terecht mag komen.”

*Reactie AM: Dit schept toch vreemde verhoudingen binnen een brancheorganisatie. Medewerkers/bestuurders weten van de hoed en de rand maar degenen die hen betalen, mogen het niet weten. Dit is binnen een vereniging niet acceptabel. Ook hier geldt m.i.: maak er passend gebruik van en geen misbruik.

Citaat ACM: “Verboden zijn vragen in een leden-enquête van een brancheorganisatie gedurende de onderhandelingen die zo zijn geformuleerd dat ze kunnen worden opgevat als een advies, aanbeveling of norm over commerciële aspecten.”

*Reactie AM: Gaat de ACM nu ook al over vragen in een leden-enquête? Zie verder, het vorige antwoord.  

Citaat ACM: “de terugkoppeling van een brancheorganisatie aan haar leden over het door haar leden daadwerkelijk overeengekomen prijsindexatiecijfer, de volumegroei of (vergoedingen van) productieplafonds is concurrentiegevoelige informatie. Deze informatie kan als ijkpunt in de onderhandelingen gebruikt worden voor leden die nog in onderhandeling zijn. Door de terugkoppeling van de resultaten verstoort de brancheorganisatie de onderhandelingen, omdat een zorgaanbieder zijn eigen situatie niet langer als uitgangspunt zal nemen, maar het teruggekoppelde percentage, in het bijzonder als die voor hem gunstiger is. Het delen van deze informatie kan daarmee tot op een opwaartse druk op prijzen en volumes leiden. Het kan daarnaast leiden tot minder op maat gesneden afspraken of minder kwaliteit dan zonder het ijkpunt tot stand zou zijn gekomen.”

*Reactie AM: Er zijn voor leden en medewerkers vele wegen om indexcijfers (OVA, CEP, inflatie, levensonderhoud/NIBUD, CBS, CPB, energie, eigen administratie, Nieuwsuur, FTM, FD etc.) te weten te komen. Waarom zou een toezichthouder hier pleiten om zorgprijzen niet standaard ‘gewoon’ te indexeren als elke inwoner, dus ook de zorgverlener zelf, ziet dat alles om hem heen ook duurder wordt? Naast het eerdergenoemde punt dat verzekeraars overigens, met steun van de toezichthouder, weigerachtig zijn individuele gesprekken over contractering te voeren.

Citaat ACM: “Leden worden beïnvloed bij het maken van hun zelfstandige keuzes en kunnen geneigd zijn zich op dit punt in het onderhandelingsproces op vergelijkbare wijze te gaan gedragen. Naast de concrete cijfers kunnen ook toelichtingen van brancheorganisaties en informatie over eigen berekeningen al snel geassocieerd worden met een (impliciet) advies. Dit doet afbreuk aan de prikkels voor leden om maatwerk af te spreken. Een brancheorganisatie dient zich van dergelijke adviezen en aanbevelingen te onthouden, ook als leden hier om vragen of toe oproepen. Het maakt daarbij niet uit of de onderhandelingsuitkomsten waarop de aanbeveling of het advies ziet, uiteindelijk hoger, gelijk of lager zijn dan zonder aanbeveling of advies. Ook als een brancheorganisatie ‘enkel’ een maximumprijs adviseert, kan dit negatieve gevolgen hebben, omdat een geadviseerde maximumprijs al snel een richtprijs wordt. Verboden is het advies of de aanbeveling aan leden om te wachten met het sluiten van contracten.”

*Reactie AM: Een contract op maat en schaal van het individu heb ik nog nooit gezien! Een berekening sec is geen impliciet advies. Dat maakt de ACM ervan, een kwalijke interpretatie. Kostprijsberekeningen zonder verdere duiding, zijn niet in strijd met de Mededingingswet. En zijn dat ook nooit geweest. Dat leden kunnen worden beïnvloed heeft ook een gunstig aspect: men is leerbaar.

Citaat ACM: “Verboden is dat een brancheorganisatie voor 12 november het percentage afgesloten contracten voor het komende kalenderjaar aan haar leden terugkoppelt.”

*Reactie AM: Dat hoort een verzekeraar verplicht te melden op 12 november, naast de hoogte van de nominale premie. Zodat de burger en/of overstapper weet dat de zorg voor komend jaar is geregeld. En niet zoals dit jaar dat er in februari nog onderhandeld wordt. Het is inderdaad ook helemaal niet de taak van een brancheorganisatie, dat klopt. Het is wel de taak van NZa en ACM om toezicht te houden of beloften qua zorgplicht, gedaan op website van verzekeraar en/of in een polis vastgelegd, worden nagekomen.

Tot slot

Toezichthouders zijn actief om een nieuw hoofdstuk te schrijven in de uitdijende bijbel van contractering. De ACM stelt dat het de ontwikkelingen in de zorg blijft volgen en staat, zo melden ze, “nadrukkelijk open voor vragen, reacties of suggesties naar aanleiding van deze leidraad.”

Betrokken brancheorganisaties en anderen kunnen dan ook schriftelijk reageren op de concept Leidraad: tot en met vrijdag 25 augustus via Consultatie-BO@acm.nl

De ACM organiseert specifiek voor de brancheorganisaties een informatiebijeenkomst op 29 augustus 2023. Zij kunnen zich via Bijeenkomst-BO@acm.nl aanmelden.

Na de bijeenkomst wordt een definitieve versie gemaakt van de Leidraad, die gebruikt kan worden tijdens al de onderhandelingen en contractering dit najaar.

(NB: deze bijdrage werd op 19 juli 2023 naar de ACM verstuurd).

 

 

Vragen of opmerkingen?