Na het presenteren van het Integrale Zorgakkoord (IZA, 16 september 2022), vooralsnog niet ondertekend door de huisartsenvereniging, kreeg ik van de redactie van nieuwswebsite Huisarts Vandaag (HV) via hoofdredacteur en huisarts Jan Huizinga 3 vragen voorgelegd. Vandaag bespreek ik de eerste.

Vraag HV (15): “Er is een Integraal Zorgakkoord (IZA) dat niet door huisartsen is ondertekend. De tarieven voor 2023 zijn bekend. Overal een paar cent bij op. Dit terwijl de kosten ook voor de huisartsen fors oplopen zoals huisvesting en energiekosten. Loopt dit niet erg scheef? Verwacht jij nog verdere indexering voor de tarieven in 2023, of is het dit gewoon voor 2023?”

AM: De vraag gaat over de tarieven 2023 op basis van de juliberekening en over indexering. Tarieven 2023 hebben als basis het praktijkkostenonderzoek (PKO) over het jaar 2015. Toen bleek bij dat onderzoek dat de tarieven opgesteld door de NZa via de Tariefformule samen 77% van de jaaromzet 2015 vormen. Als maatstaf werd destijds uitgegaan van het feit dat dan ook 77% van het arbeidskostenbestanddeel (‘inkomen’) via NZa-tarieven tot stand komt. Alle tarieven voor de basiszorg (segment 1) komen nu nog steeds van de NZa. Per saldo betekent dit dat tariefonderhandelingen voor 2023 met zorgverzekeraars sinds 2018, het startjaar van het PKO-resultaat 2015, de resterende 23% inkomen en kosten moeten opbrengen.

De vergoeding voor huisvesting, verstopt in de NZa-post “overige kosten”, is al jarenlang een probleem en was ook al regelmatig onderwerp in een blog:

29.06.2019: Reactie op: “(G)een huis voor de huisarts” (vergoeding vastgoed/huisvesting)

02.05.2020: Vergoeding huisvestingskosten in zorgtarieven eerste lijn is te laag (als deelkostenpost)

06.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (14) (tip HA, kosten, inkomen, arbeidstijd onder vergrootglas)

01.02.2022: Ruimtegebrek bij huisartspraktijken is opnieuw een actueel thema (Newcom enquête)

Ik hoef niet steeds in herhaling te vallen, maar de oorsprong van het kostenprobleem huisvesting zit voornamelijk in het postPKO-tijdperk 2015, toen de kostenvergoeding voor “overige kosten” per 2018, ondanks een hogere gehanteerde rekennorm consulten, is verlaagd. Dat is dus geen passende bekostiging van huisvesting.

Het PKO 2022, met, zoals aangekondigd, blijkbaar een rechtsgeldigheid en doorrekening per 2025, zal de oplossing niet zijn. Wat betreft een PKO, dat kan niet alleen sneller, maar vooral de systematiek moet anders. Dat betekent in 1 zin het transformeren van verzamelen van gemaakte kosten uit het verleden naar een toekomstbestendige inventarisatie van praktijkkosten van noodzakelijke zorg in het hier en nu. Over het PKO is vaak geblogd, nog recent rondom de IZA-perikelen met beschrijving van een alternatief voor huisvestingsvergoeding.

14.07.2017: Praktijkkostenonderzoek huisartsen 2015 door NZa: 20 kanttekeningen

21.07.2017: Vragen/antwoorden over het praktijkkostenonderzoek (maar hoe dan wél?)

05.09.2022: Besluitvorming Integrale Zorgakkoord lijkt haastklus (LR-raadpleging in 4 dagen…)

Wat betreft de indexering, de tweede vraag, de indexering van het inkomen loopt sinds 2018 in de pas met de overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling van personeel (OVA-index). Deze is in juli 2022 voor 2023 op basis van cijfers van het Centraal Planbureau (CPB) geraamd op 3,72%. Naast deze personele index is er een prijsindex materiële kosten uit het Centraal Economisch Plan (CEP-index) van het Centraal Planbureau. De in juli 2022 gehanteerde CEP-index bedroeg 2,52%.

Citaat LHV over reguliere tariefstelling: “Omdat de benodigde percentages pas in de loop van het betreffende jaar bekend worden, werkt de NZa met een voor- en een nacalculatie. De tarieven worden aan het begin van het jaar verhoogd met een voorlopig percentage (de voorcalculatie) en worden aan het einde van het jaar, wanneer alle relevante gegevens voorhanden zijn, definitief vastgesteld (de nacalculatie). Verschillen tussen de voor- en de nacalculatie worden in de tarieven van het volgende jaar verwerkt.”

Elk jaar maakt in juli de Zorgautoriteit (NZa) een tariefberekening met wat dan op dat moment de bekende OVA/CEP-indexen (zie boven) zijn. Dit jaar werden deze tarieven 2023 relatief laat gepubliceerd, te weten op 21 juli 2022: TB/REG-23617-02

TB: Tariefbeschikking

23: wijst op het jaar 2023

02: wijst op het versienummer (d.i. dan dus al de tweede NZa-versie voor 2023).

NB: voor het jaar 2022 geldt nu vanaf het 2e kwartaal al de vierde versie (TB/REG-22622-04)!

Ligt de te lage vergoeding voor huisvesting van huisartspraktijken ten grondslag aan de gedateerde en verkeerde PKO-systematiek, de geringe tariefstijging voor de basiszorgtarieven 2023 van de juliberekening komt door de lage indexen, zoals CPB/overheid op dat moment voorstaan. Dit is ook terug te zien in de vermelde tariefstijging:

-inschrijftarief basis (<65 jaar): stijgt van 17,66 (2022) naar 18,41 (2023) per kwartaal: d.i. +4,25%

-het basisconsult (5min<consult<20min) stijgt van 10,83 (2022) naar 11,30: d.i. +4,34%

 

     

 

Minister na Prinsjesdag aan NZa: “Bij de aanpassing van gereguleerde budgetten, vergoedingsbedragen en tarieven verzoek ik u om zowel voor het ova-percentage als voor het prijspercentage particuliere consumptie uit te gaan van de laatste raming van het CPB (MEV-raming) in plaats van de CEP-ramingen van het CPB (die bij de reguliere systematiek worden gebruikt).”

 

Aanpassing na Prinsjesdag:

Om reden van inflatie, stijging energiekosten etc. heeft de minister kort na Prinsjesdag dit jaar de NZa gevraagd de tarieven 2023 nu, met ook de kennis van nu, verder opwaarts aan te passen (informatiekaart).

Citaat uit VWS-brief aan NZa (20 september 2022): “Om ervoor te zorgen dat de (maximum)tarieven geen belemmering vormen dat de vergoeding voor hogere prijzen en de hogere ova reeds in 2023 bij aanbieders terecht kan komen, dienen alle tarieven, budgetten en vergoedingsbedragen in de Zvw en de Wlz voor 2023 te worden aangepast. Bij de aanpassing van gereguleerde budgetten, vergoedingsbedragen en tarieven verzoek ik u om zowel voor het ova-percentage als voor het prijspercentage particuliere consumptie uit te gaan van de laatste raming van het CPB (MEV-raming) in plaats van de CEP-ramingen van het CPB (die bij de reguliere systematiek worden gebruikt) Einde citaat.”

De bron voor deze afgekondigde extra tariefstijging met Prinsjesdag is de recente uitkomst van de door het CPB geraamde lonen en prijzen in hun Macro Economische Verkenning (MEV) 2023.

Dit CPB-document biedt achtergronden bij deze raming, zowel van het macro-economisch beeld als wel de overheidsbegroting en de koopkracht. Dit betekent dat er voor de huisartstarieven 2023 een nieuwe “Prestatie- en tariefbeschikking huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg 2023” van de NZa is. Met als nieuw kenmerk: TB/REG-23617-03. Het is aan de NZa geweest deze nieuwe berekening te maken en de uitkomst op 27 september op hun website te publiceren.

Het antwoord op de vraag van de HV-redactie is dus: ja, er komt nog een aanvullende tariefaanpassing.

Dat deze MEV-uitkomst (dus) ook consequenties gaat hebben voor de onderhandelingen met zorgverzekeraars bij contractering huisartsenzorg 2023, daarover gaat, mede door de tweede vraag van de redactie van ‘Huisarts Vandaag’ over ‘contracten’, mijn volgende blog.

Wordt vervolgd.

In deze rubriek verschenen eerder in chronologische volgorde:

21.07.2017: Vragen/antwoorden over het praktijkkostenonderzoek (maar hoe dan wél?)

23.11.2018: Financiële staat: vraag/antwoord

13.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (01) (macro gemiddelde kostenstijging, inkomens CBS)

16.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (02) (Tariefformule, normeringen, spelregels beloning)

17.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (03) (aandeel kosten ketenzorg/ANW, ‘subsititutie’)

18.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (04) (wat is toegevoegde waarde, blik op vertrouwen)

19.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (05) (risicoverevening, geld blijft op plank, afschaf ex-post)

20.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (06) (consequenties macrokorting, structureel, heralloceren)

23.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (07) (contracten 2019 niet conform HLA, borging HLA NZa?)

24.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (08) (tijd bij neveneffecten, adm. lasten, teruggeven)

27.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (09) (GGZ, POH-GGZ, Jeugdwet, extra werk ANW)

30.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (10) (HDS: begroting, inkomsten, kosten, productie)

31.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (11) (ANW-toekomst, 15/7, veilige werktijd, keten)

02.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (12) (ELV-bed, oorzaken tekort, wachten verpleeghuis)

03.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (13) (contouren nieuw stelsel, rol HA en MSZ daarin)

06.01.2020: Financiële staat: vraag/antwoord (14) (tip HA, kosten, inkomen, arbeidstijd onder vergrootglas)

 

Vragen of opmerkingen?