Het coördineren van acute zorg impliceert een domeinoverstijgende samenwerking van deelnemers van de keten van spoedzorg, zodat de burger met een acute zorgvraag de juiste zorg, op de juiste plek, door de juiste zorgverlener op het juiste moment ontvangt. Hieronder vallen een eenduidige urgentiebepaling, het bepalen van passende zorginzet, het in samenspraak met patiënt coördineren van zorginzet op basis van inzicht in regiocapaciteit en de hulp van zorgverleners bij bepalen van urgentie en inzet vervolgzorg.

Als het aan de minister ligt wordt deze zorgcoördinatie acute zorg per 2025 geregeld in een zogenaamd zorgcoördinatiecentrum (ZCC), met per ROAZ-regio één fysieke locatie van een ZCC. Dit staat beschreven in zijn Kamerbrief (12 mei 2023), mede gebaseerd op een adviesrapport vanuit het zorgveld (rapport “Advies Landelijke Inrichting Zorgcoördinatie, 14 maart 2023).

Over deze beide bijdragen al een blog geschreven:

12.04.2023: Over zorgcoördinatie bij acute zorg en nog te plegen interventies (bekostiging-HDS-HA)

23.05.2023: Zorgcoördinatie acute zorg is in 2025 regionaal geregeld (ZCV-ZCC in 11 ROAZ)

Déze blog gaat over de recente inbreng en het standpunt van huisartsen bij deze zorgcoördinatie acute zorg in een ZCC. Achtereenvolgens komen in onderstaande kaders aan het woord de beroepsorganisaties van huisartsen, een bijdrage van een huisartsenvoorzitter en directeur huisartsenpost en tot slot een artikel van een kaderhuisarts spoedzorg met belangrijke nevenfuncties.

De toen op 12 mei nog missionaire minister heeft aangekondigd dat hij voor het ontwikkelen van nieuwe normen voor zorgcoördinatie acute zorg een tijdpad met drie fases voor ogen heeft.

Allereerst wordt in Fase 1 (september 2023 – januari 2024) een werkgroep opgericht om verschillende varianten te ontwikkelen van normen voor toegankelijkheid (spreiding) en kwaliteit van acute (ziekenhuis)zorgvoorzieningen. Fase 2 (februari 2024 – juni 2024) gaat gelden als de toets op de impact en uitvoerbaarheid van ‘kansrijke varianten.’

In Fase 3 (rond de zomer van 2024) neemt de minister een besluit over de nieuwe normen voor toegankelijkheid en kwaliteit van acute (ziekenhuis)zorg op basis van de toets op de verschillende varianten, inclusief eventuele aanvullende (beleids)maatregelen.

Zoals aangekondigd zou zorgcoördinatie in een ZCC per 2025 operationeel moeten zijn.

Wat is het standpunt van huisartsen?

Aan vaste Kamercie. VWS: “Inbreng huisartsenorganisaties voor Commissiedebat eerstelijnszorg op 5 juli 2023”, brief InEen + LHV +NHG + VPH, 27 juni 2023

Citaten uit brief: “In zijn brief maakt de minister echter een aantal keuzes die forse consequenties hebben voor de huisartsenspoedzorg zoals die nu geleverd wordt door de huisartsenpost (HAP) en dat baart ons grote zorgen. De minister kiest voor één zorgcoördinatiecentrum per ROAZ-regio en dit ZCC wordt bij voorkeur een zelfstandige zorgaanbieder. Alle telefoontjes voor de HAP moeten via het ZCC lopen. De huisarts, en daarmee ook de huisartsenpost, is de poortwachter van ons zorgsysteem. 90-95% van de telefoontjes op de HAP betreft huisartsenzorg die monodisciplinair afgehandeld kan worden door de triagist, huisarts, physician assistant of verpleegkundig specialist van de HAP (via een telefonisch advies, consult, visite). Voor slechts 5-10% van de telefoontjes op de HAP is afstemming met andere zorgdomeinen nodig en daarvoor biedt multidisciplinaire triage zeker toegevoegde waarde. Door de triage van alle HAP-telefoontjes helemaal in te bedden in een nieuwe organisatie, het ZCC, zet je een knip in de huisartsenzorg. Wij kunnen ons niet voorstellen dat dit de bedoeling is van de minister, gezien de visie op de versterking van de eerstelijnszorg waar we in IZA-verband gezamenlijk aan werken maar ook gelet op het feit dat dit kan leiden tot verlies aan medewerkers die verder moeten reizen of juist hechten aan een herkenbare werkplek in ingebed is in de regio. In onze optiek moet de energie primair gericht worden op het realiseren van zorgcoördinatie voor die 5-10%, vanuit een samenwerkingsverband met alle aanbieders in een (sub)regio, die qua schaalgrootte recht doet aan de bestaande regionale context. Op deze schaal worden ook voor de zorg overdag de samenwerkingsafspraken gemaakt tussen huisartsenzorg, VVT en de GGZ. Juist bij zorgcoördinatie is onderlinge verbondenheid en het kennen van de regionale situatie van dichtbij cruciaal. Door te zorgen voor goede technische voorzieningen tussen de HAP en het ZCC, goede protocollen en samenwerkingsafspraken én vertrouwen in elkaar geef je een impuls aan zorgcoördinatie in den brede.”

Ofwel, houdt de triagering bij de huisartsenpost, als 90-95% van de telefoontjes op deze HAP ook daadwerkelijk huisartsenzorg betreft die daarbij ook nog monodisciplinair wordt afgehandeld.

Een soortgelijk geluid is in onderstaand kader te lezen van een bijdrage van een van de huisartsenposten.

Artikel: “De huisarts als poortwachter uitgekleed”, Zorgvisie, 5 juli 2023

Citaten: “De minister wil één zorgcoördinatievoorziening per Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ)-regio. Deze oplossing wordt niet door het veld gedragen, maar de minister is doof voor onze argumenten en maakt een grote fout als hij dit doorzet. Om deze reden slaan wij alarm. De huisartsenorganisaties pleiten voor een aanpak die aansluit op de al bestaande samenwerking in de regio’s. Niet omdat ze geen urgentie voelen, of buiten de gebaande paden kunnen denken, maar juist omdat het succes van de eerstelijnszorg en de poortwachtersfunctie van de huisarts gelegen is in de juiste schaalgrootte en kennis van het regionale zorg- en sociale netwerk.”

“Triage is bij acute zorgvragen in de huisartsenspoedzorg een belangrijk instrument. Door triage wordt ongeveer de helft van alle acute zorgvragen telefonisch afgehandeld. Het aantal consulten en visites is stabiel, of daalt zelfs.

Bijna 95 procent van alle hulpvragen wordt monodisciplinair, door de huisarts(enpost), afgehandeld. De minister wil nu dit systeem compleet op de schop gooien. Alle inkomende telefoontjes worden naar die ene zorgcoördinatievoorziening in de ROAZ-regio doorgeleid.

Dit kan een prima oplossing blijken te zijn voor de 5 procent hulpvragen die gecompliceerd zijn, maar is schadelijk voor de eenvoudige 95 procent.”

“Het is waar dat door coördinatie bij de 5 procent complexe zorgvraag een deel van de uitdagingen in de acute zorg voortvarend wordt aangepakt. Dit kan echter nu al vanuit de lokale regio’s waar de huisartsenspoedposten samenwerken binnen zorgnetwerken. Hetzij fysiek op een spoedplein, hetzij digitaal middels 24/7 consultatie. Kortom: de oplossingen liggen primair in de al bestaande regionale samenwerkingsverbanden. Door deze goed te ondersteunen en faciliteren, met de huisartsenzorg als spin in het web, is geen mega-operatie nodig die de poortwachtersfunctie van de huisarts en daarmee de toegankelijkheid van de zorg om zeep helpt.”

Ook een gegeven reactie onder het artikel is relevant: “Waarom dan alles in 1 grote organisatie onderbrengen met de nodige extra bureaucratie, ver weg van de patiënten? In onze regio van 200.000 inwoners doen we het anders: vanuit regionale netwerksamenwerking leveren we passende zorg met de menselijke maat.” 

 

Om te voorkomen dat het standpunt een vrijblijvend advies wordt, is het verstandig als huisartsen hun vertegenwoordigende HDS-bestuurders opdracht geven dit dan ook per 2025 te laten contracteren. Allereerst in het contract tussen HDS en de 2 preferente verzekeraars die zorgcoördinatie acute zorg met inkoop dienen te contracteren. Daarnaast in contracten tussen HDS en hun uitvoerende zorgverleners”

 

De derde bijdrage van een kaderhuisarts spoedzorg is het meest uitgebreid. Zij noemt in onderstaande kaders bij het huidige voorstel van de minister 8 bedreigingen voor de zorg en doet daarna 15 aanbevelingen. Zij geeft overigens in haar artikel ook een fraaie samenvatting van de Kamerbrief van de minister.

Artikel: “Coördinatie van acute zorg: Van tekentafel naar werkvloer”, Zorg & innovatie, 6 juli 2023, 8 bedreigingen

1.     Men vreest onderdeel te worden van een grotere organisatie waar men anoniemer is en de onderlinge loyaliteit verdwijnt.

2.     Bij elke discipline bestaat zorg dat er mogelijk meer werk met minder mankracht moet worden gedaan.

3.     Men ziet risico op verschuiving van taken, met name naar de eerste lijn,

4.     Men hoopt het eigen ICT/triage systeem te kunnen behouden en geen investering te hoeven doen in een ander systeem.

5.     Voorwaarde is goede inzage in patiëntengegevens middels één systeem. De koppeling van de verschillende informatiesystemen (ziekenhuis, MKA, huisarts) is nu nog zeer beperkt.

6.     Bij veel kleinere HAP’s zijn de triagisten onderdeel van de werkvloer, op de plek waar ook de fysieke patiëntencontacten zijn. Triage op afstand van de eigenlijke hap wordt ervaren als minder betrokken en minder afwisselend.

7.     Er bestaat huiver dat werkdruk hoger wordt als er geen goede uitstroom mogelijkheden zijn voor patiënten.

8.     Tenslotte leeft de angst voor langere reistijd voor woon-werkverkeer van personeel.

Vervolgens haar 15 aanbevelingen…

Artikel: “Coördinatie van acute zorg: Van tekentafel naar werkvloer”, Zorg & innovatie, 6 juli 2023, 15 aanbevelingen

1.     Betrek alle HAP’s, ziekenhuizen, langdurige-zorgaanbieders binnen een ROAZ in de opzet van het ZCC, werk niet top-down.

2.     Laat triagisten en huisartsen lokaal kleinschalig in teams werken met een koppeling naar een regionaal ZCC waar triagisten ook bij toerbeurt werken.

3.     Gebruik eenzelfde triage systeem, en leidt triagisten zowel op ZCC als HAP op met eenzelfde systeem, zodat met elkaars “taal spreekt”.

4.     Waak ervoor dat elke discipline taken blijft doen binnen diens eigen competenties. Maak zorgpaden waarin ieders taak en verantwoordelijkheid bij bepaalde aandoeningen beschreven staan. Doe dit lokaal.

5.     Zorg dat bij het ZCC de gegevens van patiënt via het Landelijk Schakel Punt (LSP) opvraagbaar zijn voor elke hulpverlener op het ZCC. Koppel dit bij voorkeur aan bestaande systemen.

6.     Maak de wetgeving zodanig dat het eenvoudiger is om noodzakelijke medische gegevens uit te wisselen bij acute situaties tussen verschillende disciplines.

7.     Laat op een ZCC-callcentrum bij voorkeur een MKA-triagist, een HAP-triagist, een regiehuisarts fysiek aanwezig zijn en bij voorkeur ook iemand vanuit ouderenzorg en GGZ.

8.     Laat triagisten de keuze of zij op een centrum acute zorg acute triage willen doen of diensten met telefonische triage, beiden na een passende opleiding.

9.     Maak van het ZCC een onafhankelijke zorgaanbieder, met budgetfinanciering voor beschikbaarheid, zodat zorg niet geleid wordt door marktwerking (meer volume eenvoudige patiënten in plaats van weinig complexe patiënten die per patiënt worden gefinancierd). Laat de marktwerking los bij acute zorg.

10.  Laat voldoende kleinschalige huisartsenposten, bij voorkeur op ziekenhuisterreinen, bestaan als de schaalgrootte dat toelaat, zodat personeel lokaal kan blijven werken. Kies dan voor beschikbaarheidsfinanciering. De ROAZ kan meedenken over de spreiding van posten al dan niet met ziekenhuis in een regio.

11.  Zorg direct bij start zorg van een zorgcoördinatiecentrum ook voor coördinatie op uitstroom en inzage van capaciteit in de langdurige zorg, de GGZ, het eerstelijnsverblijf en de revalidatiecentra.

12.  Zorg per regio voor observatiebedden bij een HAP/SEH om mensen max 24 uur te laten verblijven voor doorstroom naar verdere zorg. Laat hen niet terecht komen in een verkeerd bed.

13.  Betrek de acute geboortezorg in de afspraken over zorg coördinatie.

14.  Maak acute-zorgposten waar zowel SEH-zorg als acute huisartsenzorg geleverd wordt, in plaats van huisartsenposten die door patiënt worden gezien als “gewone huisartsenzorg die beschikbaar is op tijden dat het als consument uitkomt”.

15.  Laat bij deze acute-zorgposten ook basisartsen en werken in plaats van alleen verplicht dienstdoende huisartsen

Tot slot

Vertegenwoordigers van huisartsenzorg zullen in de door de minister opgerichte werkgroep een door de beroepsgroep gesteund standpunt moeten innemen. Wat dat standpunt is, is aan de beroepsgroep. Om te voorkomen dat het een vrijblijvend advies wordt, is het verstandig als huisartsen hun vertegenwoordigende HDS-bestuurders opdracht geven dit dan ook per 2025 te laten contracteren. Allereerst in het contract tussen HDS en de 2 preferente verzekeraars die zorgcoördinatie acute zorg met inkoop dienen te contracteren. Daarnaast in contracten tussen HDS en hun uitvoerende zorgverleners.

Huisartsen hebben bij benadering 6,6 miljoen zorgvragen acute zorg per jaar (bron), waarvan er 4 miljoen in ANW-tijd via huisartsenposten (bron). Van deze 4 miljoen worden er 50% afgehandeld met telefonische triage en advisering (bron). Deze ‘triage is zorgscheiding en daarmee een inschatting van de eventuele noodzaak en mate (intensiteit) van de nog te verrichten zorgverlening (bron).’ Daarbij kan telefonische advisering in datzelfde gesprek voor huisartsenzorg ook zorgverlening zijn.

Deze cijfers zeggen allereerst dat triage belangrijk is en daarom zo dicht mogelijk, net als nu, bij huisartspraktijken/huisartsenposten zelf wordt georganiseerd. Het aantal van 6,6 miljoen per jaar betekent daarnaast dat huisartsenzorg numeriek een grote rol speelt in acute zorg. Daarom is het logisch dat zij een belangrijke stem krijgen bij de invulling van alle aspecten (bv/bv/bv/bv) van toekomstige zorgcoördinatie.

Is dit van toepassing op de instroom, een ZCC kan meerwaarde bewijzen bij doorstroom en uitstroom met betrekking tot de 5-10% van de telefoontjes acute zorg waarbij afstemming met andere zorgdomeinen nodig is en waarbij ook multidisciplinaire triage (hier/hier/hier) daadwerkelijk toegevoegde waarde heeft (hier/hier/hier).

(Afbeelding onder de titel is afkomstig van het Acute Zorgnetwerk Noord Nederland)

Eerdere blogs over ANW-spoedzorg

19.08.2013: Waarde van samengaan HAP en SEH niet in financiële kaders inzichtelijk (fusie)

18.05.2017: De financiële staat bij het leveren van ANW-zorg (Artikel MedZ €€ ANW)

23.06.2017: Het lot van de ANW-spoedzorg van de huisarts ligt in eigen hand (eigen standpunt)

20.07.2017: Oplopende waarneemtarieven brengen oplossing ANW-probleem niet dichterbij

02.08.2017: Geef bekostiging ANW-spoedzorg een eigen kader (onderdeel kader acute zorg)

05.09.2017: ANW-spoedzorg: geen doorleverplicht en geen omzetplafond (werkdruk HAP)

13.09.2017: Wat is de impact van de NZa-rapport op de acute zorg? (marktscan en instroom HAP)

01.02.2018: Gelijke honorering ANW-zorg voor alle huisartsen (gelijke monniken, gelijke kappen)

02.05.2018: Voorstel voor een toekomstige ANW-zorg binnen een grootschalige HDS

14.06.2018: Ongelukkige uitspraak rechtbank bij conflict rond borgen ANW-huisartsenzorg

06.10.2018: Weinig urgentie getoond bij inrichting toekomstbestendige ANW-zorg (kwaliteitskader)

14.11.2018: De financiële staat van de huisartsenzorg (versie 27, pg. 6 en 7, item 12 ANW)

14.12.2018: Afspraken in de spoedzorgketen (manifest West-Friesland, huisarts – ziekenhuis)

13.01.2019: Incomplete gegevens devalueren monitor acute zorg (minus huisartsgegevens)

06.03.2019: Financiële toets bij zorgstandaard eerst zelf uitvoeren (budget zélf uitrekenen!)

05.04.2019: Nog steeds discussie in acute zorg over normen, richtlijnen, aanbevelingen (ZiN)

09.07.2019: Slechts deel huisartsenposten beloont huisarts voor extra werk ANW-werk in Wlz

02.08.2019: Inschrijftarief dagzorg huisarts heeft niets te maken met de ANW-zorg (NZa/LHV)

06.06.2019: Wlz-indicatie met behandeling en ANW-spoedzorg: des huisarts? (geen verplichting)

01.10.2019: Acute zorg door huisartsen in ANW-tijd: 10 niet uitstelbare spoedzaken (urgentie)

30.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (10) (HDS: begroting, inkomsten, kosten, productie)

31.12.2019: Financiële staat: vraag/antwoord (11) (ANW-toekomst, 15/7, veilige werktijd, keten)

22.07.2020: Nog drempels genoeg bij nieuwe inrichting en bekostiging spoedzorg (houtskoolschets)

13.03.2021: Eigen bijdrage na bezoek huisartsenpost is een politiek te wegen betalingsinstrument

02.06.2021: Betere onderhandelingspositie praktijkhouders nodig bij werk op HAP (randvwrden)

27.09.2021: Afstemming bij bekostiging acute zorg van zorgverleners onontkoombaar (HA-spec)

18.10.2021: De financiering van werk op de huisartsenpost tussen 17.00 en 18.00 uur (mismatch)

24.02.2022: ANW-spoedzorg op huisartsenpost zo niet meer toekomstbestendig (dysbalans/wet)

02.03.2022: Uitgangspunten herinrichting landschap acute zorg bekend…en nu? (pilots/VWS/NZa)

20.04.2022: Minister blijft vaag over noodzakelijk aantal spoedeisende hulp (SEH) (in IZA?)

28.11.2022: Binnenkort besluit huisartsen over ANW-actieplan (gezamenlijk verantwoordelijk in IZA)

04.01.2023: Leg nieuw ANW-uurtarief vast in contract (wél Wmg, NZa, begroting, niet IZA-afhankelijk)

12.04.2023: Over zorgcoördinatie bij acute zorg en nog te plegen interventies (bekostiging-HDS-HA)

23.05.2023: Zorgcoördinatie acute zorg is in 2025 regionaal geregeld (ZCV-ZCC in 11 ROAZ)

 

Vragen of opmerkingen?