Het is logisch dat als er op basis van wetenschappelijke literatuur meer inzicht komt in de manier hoe het coronavirus zich verspreidt, de landen ook moeten kijken of de genomen maatregelen nadien moeten worden aangepast. Met een aantal doden van wereldwijd 557.543 (10 juli 2020) en het ontbreken van werkende medicijnen en/of vaccin, is voorkómen van verspreiding nu de belangrijkste opdracht. Dat ‘andere’ inzicht is gisteren goed verwoord door invloedrijk en onafhankelijk viroloog Jaap Goudsmit. Op zijn website neemt hij de lezer mee in de veranderende inzichten van de verspreiding van het coronavirus per (grote) druppel en/of (kleine) aerosol. En welke consequenties dat heeft voor beleid, zeker na de komende zomer. De vaststelling dat ook mensen zonder symptomen het virus kunnen verspreiden, is weliswaar niet nieuw, maar wel belangrijk. Zeker als het aantal virussen in de mondkeelholte doorslaggevend is voor de mate van verspreiding. Zo kan uit het niets een virusdrager een superverspreider worden.

Met de opkomst van kennis dat aerosolen bij kunnen dragen aan verspreiding komen twee maatregelen in een ander daglicht te staan. Allereerst de gehouden afstand van 1,5 meter en ten tweede het belang van ventilatie in gebouwen en openbare ruimten waar meerdere mensen bij elkaar komen. Met alle maatregelen wordt beoogd een tweede golf van coronabesmettingen en bijkomende last de ziekte COVID-19 te voorkomen. Het is aan het OMT te adviseren en aan het kabinet wel of niet te acteren. Maar wel met de hoop dat wetenschappers zoals Jaap Goudsmit vooraf open en transparant kunnen discussiëren en publiceren en dat vrij van politiek of belangen.

 Citaten uit het artikel Jaap Goudsmit, 9 juli 2020. Met als titel:

Kun je met minder afstand toe en door meer creativiteit toch de tweede golf voorkomen en daarmee de economie draaiende houden?

·      Half april begon er wetenschappelijk bewijs binnen te druppelen dat overdracht van dit nieuwe coronavirus via de lucht veel belangrijker was of begon te worden dan we dachten.

·      Een analyse toont aan dat het verplicht dragen van mondkapjes zodra je buiten de persoonlijke levenssfeer komt, de maatregel was die de meeste invloed had op hoe de epidemie verliep in dat land of die stad.

·      De WHO houdt aan dat een afstand houden van een meter genoeg is om het virus buiten de deur te houden naast handen wassen en niet naar overvolle zalen gaan.

·      Het standpunt dat afstand houden helemaal geen zin heeft is moeilijk vol te houden omdat zeker ook contact infecties en infecties door grote druppels plaats vinden

·      In dit RIVM-rapport wordt bij voorbaat toegegeven dat het bewijs dat je in ongeventileerde ruimten via aerosolen besmet kan worden, zich ophoopt.

·      Gezien het feit dat veel mensen steeds minder afstand bewaren en veel van de protocollen door de horeca of sportscholen zelf worden gemaakt, lijkt het verstandig veel nadruk te leggen op handhygiëne en mondkapjes verplicht te stellen in openbare ruimtes, maar dan moet er wel gehandhaafd.

·      Het RIVM-artikel van Jack Schijven markeert een omslag in denken bij de Nederlandse experts die de regering adviseren, immers als je rekening houdt met virus overdracht via de lucht dan heeft 1,5 meter afstand houden weinig zin, immers het virus wordt over een duidelijk grotere afstand verspreid.

·      Vraag: belangrijk of 80% van de besmettingen via aerosolen gebeurt of bijvoorbeeld maar 20%? Als het eerste het geval is heeft de 1,5 meter regel weinig zin of effect, als het tweede geval waar is, heeft die maatregel veel meer zin.

·      Niezen bleek het meeste infectiegevaar op te leveren.

·      De kans om iemand te besmetten was onder de 1% als je maar weinig (< 10 5/mL) virus in je speeksel of slijm had. Dit is belangrijk omdat dit zich vertaalt in het moment van besmettelijkheid.

·      Er is wel grote variatie, onafhankelijk of mensen ziekteverschijnselen hebben of niet, in hoeveelheid virus die ze uitscheiden. Voor de Nederlandse situatie liep dat uiteen van 10 2 tot 10 11 RNA-kopieën/mL. Uit de studie van het RIVM blijkt dat de kans om iemand anders te besmetten via de lucht groter wordt naarmate je meer virus in je neus-keelholte hebt. 20% van alle besmette individuen heeft meer dan 10 7 RNA-kopieën/mL in hun keel en 5% meer dan 10 8, deze personen hebben meeste kans om het virus te verspreiden en dan vooral in een ongeventileerde ruimte of een plaats waar veel gepraat of geschreeuwd of gezongen wordt. En veel hoesten en niezen vergroot de kans om anderen te besmetten nog meer.

·      Vraag: hoe groot het aantal besmettingen is dat wordt veroorzaakt door mensen zonder enig teken van infectie? Uit een overzicht uit Juni 2020 van vrijwel alle studies die beschikbaar waren dat dat percentage heel hoog is: 40-45% van alle infecties en dat die mensen ongeveer 14 dagen besmettelijk waren.

·      Het kan rustig gesteld dat de huidige technologie en logistiek niet goed genoeg is om effectief mensen zelf te kunnen vertellen of ze op enig moment besmettelijk zijn.

·      Vraag: Hoe moeten we die mensen opsporen die een gevaar voor hun omgeving zijn, met andere woorden, diegenen met meer dan 10 7 virus RNA-kopieën/mL in de neus-keelholte?

·      Vraag: zou 1 meter afstand ook voldoende zijn? We weten opvallend weinig van wat er gebeurt als een besmet persoon praat tegen een ander persoon op gehoorsafstand, zeg op een halve meter. Een recente studie uit Hongkong suggereert dat de grote druppels, waarvoor de anderhalve meter is ontworpen, alleen maar belangrijk zijn voor de virus overdracht binnen een straal van 0,2 m als je praat en 0,5 m als je hoest. Dat zou betekenen dat we rustig terug kunnen naar een meter, wat de WHO ook suggereert. Zeker buiten. Deze studie geeft ook aan dat in veel gevallen de overdracht via de lucht het belangrijkste is, en vooral als je verder dan 0,3 m van elkaar staat. Dan heeft afstand houden minder zin, maar wat zouden we dan moeten doen? Mondkapjes daar waar kan, in concerten en alle gebeurtenissen waarbij het gehoor niet hoeft te praten of te schreeuwen, in het bijzonder binnen. En misschien zelfs bij situaties buiten waar om welke reden dan ook verse lucht aanvoer miniem is.

·      “Superspreading events”, zo weten we nu, zijn cruciaal om een golf van infecties te veroorzaken, die moeilijk in de hand te houden is. Zo’n gebeurtenis moet dus ten koste van alles worden vermeden. En dat begint bij de persoon die niks merkt van de infectie en veel virus bij zich draagt in de neus-keelholte (> 10 7 RNA-kopieën/ml slijm of speeksel). Als zo’n persoon bij zijn spreken veel speeksel gebruikt en daarmee veel virus in de lucht brengt, is deze super replicator een zogeheten ‘super shedder’ geworden. Die zijn het gevaarlijkst voor anderen.

·      Zolang je niet aan de keukentafel kunt testen hoeveel virus in je slijm of speeksel zit, voordat je naar een gezellige plek gaat of een concert of toneelvoorstelling, is afstand houden bij die gelegenheid een goed idee, maar 1,5 meter is dan misschien wel te veel gevraagd. Bij alle gelegenheden waar niet gepraat hoeft te worden maar geluisterd of gekeken is een mondkapje aangewezen. En dat zou dan wel gehandhaafd moeten worden door middel van sancties bijvoorbeeld. Geen enkele afstand houden lijkt mij geen goed idee vanuit volksgezondheidsoverwegingen.

·      Als er na de zomer 2020 niets gebeurt en de vakantieperiode over is dan stel ik voor om van 1,5 meter over te gaan op een meter. Ik geef toe een heel gedoe om alle stikkers te veranderen. Vaker bij uitgaan een mondkapje mee en overal waar kan opzetten. Deze maatregel zal moeten blijven bestaan totdat thuis testen van virus mogelijk wordt. Alle binnenruimten zouden moeten worden voorzien van voldoende ventilatie wellicht met luchtfiltratie en luchtdesinfectie. Recirculatie van de binnenlucht is sterk af te raden. Dit allemaal om de kans te verkleinen dat een supershedder een superspreader wordt die voor een superspreading event zorgt dat de epidemie steeds weer doet opladen.

 NB:

-citaten zijn met toestemming van de auteur en met bronvermelding geplaatst

-10 7 RNA-kopieën/ml, dat wil zeggen 10 tot de macht 7. Dus: 10x10x10x10x10x10x10 RNA-kopieën per milliliter

 

Eerdere blogs over COVID-19

19.03.2020: De impact van COVID-19 is amper te overzien (01) (de consequenties volksgezondheid)

23.03.2020: De impact van COVID-19 is amper te overzien (02) (gevolgen economie en geld printen)

26.03.2020: De impact van COVID-19 is amper te overzien (03) (over sociale en mentale gevolgen)

28.03.2020: De impact van COVID-19 is amper te overzien (04) (met testbeleid naar 3 groepen)

30.03.2020: De impact van COVID-19 is amper te overzien (05) (met uitstelzorg, aanpak en compensatie)

02.04.2020: De impact van COVID-19 is amper te overzien (06) (beleidsmaatregelen o.b.v. kennisbundeling)

04.04.2020: Verhoogde urgentie aanpak tekorten geneesmiddelen (altijd al, zeker nu in coronatijd)

07.04.2020: Contractafspraken: andere context, ander contract? (andere afspraken in COVID-19 tijd?)

10.04.2020: Tekort beschermingsmateriaal voor zorgverlener én patiënt een treurig feit

19.04.2020: Het bron- en contactonderzoek bij COVID-19 kan ook zonder app (BCO zelf uitvoeren)

22.04.2020: Het bron- en contactonderzoek bij COVID-19 heeft last van het afwentelvirus (GGD)

24.04.2020: Verhoogde testcapaciteit COVID-19 wordt niet volledig benut (de beschermende COVID-keten)

05.05.2020: Van het nieuwe abnormaal naar het normale normaal (maatregelen heropenen economie)

09.05.2020: Conclusie: voor elke burger goed neusmondmasker voorradig (anders schijnveiligheid)

12.05.2020: Een financiële kluwen: lenteherberekening en catastroferegeling (compensatie 21 ZV’s)

16.05.2020: Economie en volksgezondheid zijn onlosmakelijk verbonden (maatregelen economie + zorg)

20.05.2020: Extra taken (blijkbaar) voor huisartsen in coronatijd (bij testen mantelzorgers en toedienen LMWH)

01.06.2020: 0800-1202 (het nieuwe testbeleid voor elke burger met coronaklachten, 3 mnd. na 1e patiënt)

08.06.2020: Na WHO-advies: frequent gebruik mondmaskers het nieuwe normaal? (ruime indicatie)

22.06.2020: Regelen onafhankelijke evaluatie eigen coronabeleid is (ook) taak overheid (en nodig)