Zorgcontractering is complex gemaakt omdat bij het streven naar gelijkgerichtheid (IZA, 2022) tussen onderhandelende partijen op de zorginkoopmarkt tegelijkertijd onvoldoende het begrip gelijkwaardigheid (HRMO, 2016) is meegenomen. Een goed onderhandelingsproces vraagt vooraf transparantie over de verschillende krachtenvelden op deze specifieke marktplaats binnen de Zorgverzekeringswet, almede vraagt het kennis over verdeling van de (financiële) risico’s tussen alle betrokkenen. En verder is bij gelijkwaardige onderhandelingsposities met heldere afspraken geen overheidssturing nodig met belastende administratieve handelingen (blog/blog).

Ook heeft de voorzieningenrechter recent bij wijkverpleging expliciet benoemd dat “reële tarieven” noodzakelijk zijn om te voldoen aan de afspraken die zijn gemaakt in het IZA (Citaat: “Is het aanbieden van een reëel tarief vereist? Voormelde vraag dient naar het oordeel van de voorzieningenrechter bevestigend te worden beantwoord”). Als bronvermelding in deze: hier ter toelichting + uitspraak zelf: (ECLI:NL: RBDHA: 2023:2685, 7 maart 2023).

Maar wat met ‘reële tarieven’ wordt bedoeld, is niet in het IZA-hoofdstuk over contractering beschreven. Dit maakt het proces om te komen tot een contract niet alleen onnodig ingewikkeld, maar leidt het (in)direct ook tot gerechtelijke procedures (hier + hier).

Jammer, want bij (wel) een gelijkwaardige positie kan het contract het fundament en misschien wel het (enige) instrument zijn om ten behoeve van gezonde praktijkvoering de onderhandelingspositie richting ‘reële tarieven’ te verbeteren.

Bovenstaande was de kern van mijn vorige blog met dezelfde titel (blog, 13 juni 2023).

Succesvol veranderen

Veranderen richting contractering naar passende zorg is pas succesvol (zie plaatje onder de titel) als er overeenkomst is over de toekomstvisie, het collectieve belang van veranderen, het plan van aanpak (5W1H), de voor transitie noodzakelijk in te zetten berekende middelen en de aanwezige en in te zetten verandercompetenties. Dit impliceert rechten (bv. het ‘reële tarief’) en plichten (bv. transparantie en kennisnemen van de krachtenvelden). Dit moet straks terug te lezen zijn in de aan de thematafel uitwerkte nieuwe versie van “Handvatten Passende Contractering en Informatieverstrekking.”

Vandaag deel II omdat ook de minister zich inmiddels heeft uitgesproken over toekomstige contracteringsafspraken. Met presentatie van zowel een Kamerbrief, als een spoorboek.

Wat staat er in deze ministeriële documenten over de IZA-voortgang m.b.t. contractering?

Kamerbrief VWS: Spoorboek contracteringsafspraken Integraal Zorgakkoord, 12 juni 2023

Citaten:

“Tijdens een bestuurlijk overleg over contractering in het voorjaar van 2023 hebben IZA-partijen gezamenlijk gereflecteerd op het afgelopen contracteerseizoen en is geconcludeerd dat de contractering en het contracteerproces beter moeten, zodat mensen een weloverwogen keuze voor een polis kunnen maken tijdens het overstapseizoen. In dit overleg is een stevige ambitie uitgesproken om samen te werken aan een nieuwe contracteercultuur en werkwijze en hierop in de komende periode samen stappen te zetten in lijn met de afspraken hierover in het IZA. Tevens is gesproken over de voortgang van de uitwerking van de IZA-afspraak om de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg te verlagen. Voorgesteld is om de contracteringsafspraken uit het IZA sterker aan elkaar te koppelen, zodat de IZA-partijen gedurende de komende jaren bij belangrijke mijlpalen en bij besluitvorming met elkaar het gesprek over de voortgang kunnen voeren.

Werkwijze spoorboek contractering: drieslag contracteringsafspraken:

In het IZA zijn in het belang van het verbeteren van de contractering in de volgende drieslag afspraken gemaakt:

(1) het contracteerproces te verbeteren. Dit betreft o.a. een verbeterplan van ZN met partijen voor verminderen van administratieve lasten, betere bereikbaarheid voor de zorginkoop en een verkenning met de ACM naar meer ruimte voor groepsgewijs onderhandelen voor kleine zorgaanbieders.

(2) de transparantie over de contractering naar de patiënt te verbeteren. Dit betreft o.a. een voorlichtingsprogramma over de gevolgen van niet-gecontracteerde zorg en stevige inzet om voortaan vanaf 12 november meer duidelijkheid te geven over het gecontracteerde aanbod (kwaliteit, welke aanbieders etc.)

 (3) over instrumenten om meer te sturen op contractering, teneinde beter te kunnen sturen op passende zorg. Dit betreft het verkennen van een offerteplicht voor niet-gecontracteerde zorg en het uitwerken van het verlagen van de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg.

Op alle drie de onderdelen (contracteerproces, transparantie, sturingsinstrumenten) zijn sinds het sluiten van het IZA de nodige uitwerkingsstappen gezet. Concreet is de planning om elk half jaar een expliciet overlegmoment te introduceren, waarbij IZA-partijen gezamenlijk de voortgang bespreken op de drie onderdelen. Deze voortgangsbesprekingen zijn daarbij gekoppeld aan beslismomenten van het wetgevingstraject van het wetsvoorstel Bevorderen Contracteren. ZN neemt het voortouw om binnen de afzonderlijke sectoren in gezamenlijkheid met partijen het proces rondom de contractering te verbeteren. Gericht op vermindering van administratieve lasten (vereenvoudigen van inkoopvoorwaarden) en een betere bereikbaarheid voor interactie over de inkoopprocessen, ook voor kleinere zorgaanbieders. Verbeterplan verbeteren contracteerproces voor 2025 opleveren.

De NZa organiseert voor de zomer een bestuurlijk overleg ten aanzien van de handreiking, die zij voornemens is om vast te stellen. In aanloop naar deze handreiking worden er sectortafels georganiseerd en is er een schriftelijke consultatieronde voor de brancheorganisaties.

Wetsvoorstel verlagen vergoeding niet-gecontracteerde zorg

Wetsvoorstel wordt in augustus voorgelegd aan de Ministerraad, daarna voor advies voorgelegd aan de Raad van state. Opstellen AMvB.

Wetsvoorstel wordt in januari (2024) aangeboden aan de Tweede Kamer. Daarna parlementaire behandeling. 1 juli vaststelling en publicatie van de wet en de AMvB. Daarna invoeringstermijn. Op 1 januari 2025 treedt de wet en de AMvB in werking.”

Zoals in bovenstaand kader te lezen: sectorale verbeterplannen, een nieuw handreiking voor contractering, het kader passende zorg, verkenning bij de ACM over onderhandelingen, het verbeteren van de transparantie, de zoektocht naar sturingsmogelijkheden en aanpassing van het hinderpaalcriterium (Artikel 13 + Artikel 13 + Artikel 13). Dit alles als IZA-agenda uit te werken in een strak (zie onder) tijdpad (Zorgvisie, 13 juni 2023).

13.11.2018: Vrijheid burger bij keuze zorgaanbieder is belangrijker dan contractstatus (drempel)

23.12.2022: Toezichthouder ACM scant zorgmarkt eenzijdig (alleen bracheorganisatie-zorgverleners)

02.01.2023: Beslommeringen op de zorgmarkt (3 deelmarkten: stand van zaken begin 2023)

17.03.2023: Over personele tekorten en het daardoor niet krijgen van zorg (2 mln. burgers!)

07.04.2023: Rapport “De basis op orde”, nu voortgang aan IZA-thematafel 1e lijn (RVS-IZA)

01.06.2023: Verander inzet Wtza: naar selectief alléén op specifieke indicatie (maatsch.verantwoord.)

 

Complex? Ja!

 

Als er voor toegang tot zorg voor de verplicht verzekerde en zorgafhankelijke burger geen passend alternatief binnen de Treeknorm beschikbaar is, dan moet de verzekerde ook bij niet-gecontracteerde zorg de kosten 100% vergoed krijgen”

Beschouwing

Het eerste probleempunt is al definiëring van passende zorg. Het klinkt eenvoudig, het “deïmplementeren van niet passende zorg”. Persoonsgerichte zorg is gedifferentieerd, gepersonaliseerd en specifiek. Wat goed is voor Jan van 21 jaar hoeft bij dezelfde aandoening niet goed te zijn voor Piet van 75 jaar (voorbeeld: de eerste klachtenepisode van lage rugpijn).

Voor impactvolle transformaties, waarbij verzekeraars, zorgverleners en burgers betrokken zijn, zijn “zowel regionale en wijkgerichte afspraken nodig als sector-, segment- en domein- overstijgende afspraken.” Dit vereist nogal wat aanpassingen her en der…

Niet voor niets sprak ik over een IZA-speeltuin voor organisatiedeskundigen c.q. consultants.

Ja, inderdaad minister, het leveren van passende zorg, moet “via de concretisering van de IZA afspraken, uiteindelijk ook neerslaan in de contracten tussen individuele zorgverzekeraars en individuele zorgaanbieders.” Gelijkgericht, maar ook gelijkwaardig, waarbij het contracteerproces inderdaad moet worden verbeterd. Maar waarom moet dat verbeterplan voor contractering door Zorgverzekeraars Nederland worden geschreven?

Normering over: meer transparantie, betere bereikbaarheid inkopers, vergroten inkoopcapaciteit, heldere uitleg tariefstelling over “reële tarieven”, beschikbare budgetten, tijdpad m.b.t. uitrol en schaalvergroting bij gewenste innovaties, criteria m.b.t. “sturing” (meer/beter/minder/anders/minder meer) etc., wáárom komen de gezamenlijke 5 toezichthouders, vanuit het principe van integraal toezicht, niet zelf met een normeringslijst over zorgplicht en “passende contractering”?

Tsja, en dan het slepende dossier om niet-gecontracteerd werken zo onaantrekkelijk mogelijk te maken. Citaat: “Niet-gecontracteerde zorgaanbieders doen er goed aan de ontwikkelingen op dat vlak goed in de gaten te houden, om vervelende verrassingen achteraf zoveel mogelijk te voorkomen.”

In een eerdere blog (blog, 11 oktober 2022) al uitgebreid ingegaan op deze materie. Een oplossing kan niet worden gevonden zonder deugdelijke analyse naar de redenen van het niet ondertekenen van een contract. Alleen maar zeggen dat “het duur is en dat de kosten van niet-gecontracteerde zorg niet worden verklaard door kenmerken van de cliënten of door andere resultaten van de zorgverlening” is niet voldoende.

De touwtjes wat betreft zorgplicht mogen op dit dossier strakker worden aangetrokken (hier).

14.12.2020: Zorgplicht zorgverzekeraar is primair een resultaatverplichting (NZa met plichten ZV)

29.03.2021: Handhaving inkoopplicht zorgverzekeraars moet na 15 jaar nog beginnen (NZa)

14.02.2022: Zorgplicht impliceert juiste inkoop van voldoende zorg (1) (tijdig, wet, ZV, rol IGJ, NZa)

16.02.2022: Zorgplicht impliceert juiste inkoop van voldoende zorg (2) (tijdig, wet, ZV, rol IGJ, NZa)

Kortom, als er voor toegang tot zorg voor de verplicht verzekerde en zorgafhankelijke burger geen passend alternatief binnen de Treeknorm beschikbaar is, dan moet de verzekerde ook bij niet-gecontracteerde zorg de kosten 100% vergoed krijgen. Vanwege de zorgplicht van de zorgverzekeraar is het dus cruciaal dat verzekerden met een naturapolis altijd toegang moeten hebben tot goede zorg en dat zonder extra kosten. 

Ik mag hopen dat  Stichting Handhaving Vrije Artsenkeuze, net als eerder, op scherp staat.

Tot slot

Uit de correspondentie van het ministerie blijkt dat er op drie niveaus wordt gewerkt om de IZA-agenda wat betreft contractering uit te werken. Allereerst op sectorniveau met professionals (1), op directieniveau van de beroepsverenigingen (2) en in het Bestuurlijk Overleg met de zorgbestuurders (3).

Aan het eind van deze blog een vraag mijnerzijds. Als uw zorgverlener bent en uw beroepsvereniging heeft het IZA ondertekend dan wel ondersteund, zijn er dan voldoende instructies, doelstellingen, ‘rommelruimteen piketpalen meegegeven aan uw vertegenwoordigers, uw directeur en uw bestuurders om dit belangrijke en jaarlijks terugkerende onderwerp van contractering naar tevredenheid een IZA-invulling te geven?

 

 

Vragen of opmerkingen?