Hoe vaak toasten we niet met een glas in de hand en zeggen de woorden “proost” of “op je gezondheid”? Nu is er niets op tegen om iemand het beste te gunnen en datgene te wensen wat het meest wordt gewaardeerd (hier). Maar met een alcoholhoudende drank in het glas heeft het toch iets paradoxaals. Want overdaad schaadt en het kantelpunt van schade ligt al snel bij gebruik van heel weinig alcohol.

In deze blog analyseer ik niet de geneugten en/of medische risico’s van alcohol, maar beschouw hier de uitwerking van de maatschappelijke opdracht tot het terugdringen van problematisch alcoholgebruik zoals in 2018 in het Nationaal Preventieakkoord (NPA) door het kabinet is vastgelegd. Worden de juiste stappen in de juiste richting gezet? Allereerst in het kader een overzicht.

Alcohol in NL

·      Gezondheidsraad (4 november 2015): “In Nederland bevat een standaardglas alcoholhoudende drank per definitie ongeveer 10 gram alcohol. Die hoeveelheid alcohol zit in ongeveer 250 milliliter bier (5% alcohol), 100 milliliter wijn (12% alcohol) en 35 milliliter sterke drank (35% alcohol). De commissie concludeert dat het overtuigend is aangetoond dat een hoog alcoholgebruik het risico op beroerte verhoogt en dat binge drinken (60 gram of meer per gelegenheid) het risico op coronaire hartziekten verhoogt. Daarnaast is een hoog alcoholgebruik geassocieerd met een hoger risico op borstkanker en darmkanker en is een hoge inname van bier en sterke drank geassocieerd met longkanker. Naast de beschreven chronische ziekten leidt alcoholgebruik ook tot een verhoogd risico op onder meer ongelukken, verslaving, psychosociale problematiek, levercirrose en hoofd- en halstumoren.”

·      Gezondheidsraad (4 november 2015): “In Nederland drinkt ongeveer 27 procent van de volwassen mannen en 49procent van de volwassen vrouwen geen alcohol. Achtentwintig procent van de mannen en 31 procent van de vrouwen drinkt gemiddeld niet meer dan 1 glas alcoholhoudende drank per dag en 45 procent van de mannen en 20 procent van de vrouwen drinkt gemiddeld meer dan 1 glas alcohol per dag. Van de mannen drinkt 14 procent minstens één keer per week meer dan zes glazen alcohol op een dag. Van de vrouwen drinkt 7 procent minstens één keer per week meer dan vier glazen per dag.”

·      Gezondheidsraad (4 november 2015): “Richtlijn: Drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan één glas per dag. Toelichting In de richtlijnen uit 2006 luidde de aanbeveling om bij gebruik van alcoholische drank de inname te beperken tot een glas (vrouwen) of twee glazen (mannen). De huidige gegevens geven aanleiding de richtlijn voor mannen naar beneden bij te stellen.”

·      Uit het Nationaal Preventieakkoord (NPA, 23 november 2018): “De Rijksoverheid en partijen uit het Nationaal Preventieakkoord hebben de volgende doelen voor 2040: jongeren en zwangere vrouwen drinken geen alcohol meer en het aantal volwassen Nederlanders dat te veel drinkt daalt naar maximaal 5% (is nu 8,8%). Maatregelen uit het NPA tegen problematisch alcoholgebruik zijnbijvoorbeeld dat scholen en universiteiten zetten zich in om het alcoholgebruik onder jongeren en studenten terug te dringen, dat de koppeling tussen sport en alcohol moet veranderen. Amateursportclubs sluiten bijvoorbeeld geen nieuwe contracten meer met drankfabrikanten voor alcoholreclame langs sportvelden. In 2022 heeft 70% van de verloskundigen een training gevolgd om alcoholgebruik bespreekbaar te maken bij zwangere vrouwen. Ook medewerkers en vrijwilligers die alcohol schenken in sportkantines moeten uiterlijk in 2025 een cursus doen. Zodat ze zich kunnen houden aan de leeftijdsgrens voor alcoholverkoop. En dat ze weten hoe ze om moeten gaan met dronken mensen. In 2040 bieden sportkantines geen happy hours of meters bier meer aan.”

·      Resultaat 2021 (Bron: NOS, 11 maart 2022 en CBS, 11 maart 2022): 7 procent van de 18-plussers consumeerde overmatig alcohol, iets minder dan in 2018 en 2019. Het percentage zware drinkers (8 procent) was in 2021 vrijwel gelijk aan voorgaande jaren.” AM: respectievelijk 1 miljoen (7%) en 1,1 miljoen (8%) volwassenen (CBS)

·      Maatschappelijke kosten (RIVM, 21 januari 2019): “Als alle kosten en baten van alcohol worden opgeteld, waren de kosten in 2013 ongeveer 2,3 tot 4,2 miljard euro. Kosten kunnen bijvoorbeeld ontstaan door een lagere arbeidsproductiviteit, door inzet van politie en justitie, en door verkeersongevallen. De baten van alcoholgebruik zijn bijvoorbeeld de accijnsinkomsten voor de overheid. Als we ook private kosten meenemen in de berekening, zoals de kosten van voortijdige sterfte en verlies aan kwaliteit van leven, dan waren de kosten in 2013 4,2 tot 6,1 miljard euro.”

·      Uit (Kamerbrief, 4 maart 2022): “Voor de leefstijlthema’s roken, problematisch alcoholgebruik en overgewicht intensiveer en versnel ik bestaande initiatieven en ontplooien we nieuwe activiteiten. Accijns op tabak en frisdrank gaan omhoog, waarbij ook het laagste accijnstarief op bier wordt verhoogd zodat bier nooit goedkoper is dan fris. Lokale en regionale samenwerking van de aanpak van preventie krijgt verder vorm, met afspraken over concrete doelen en resultaten.”

 

 

De vraag die hier blijft hangen, wie in dit land eigenlijk het preventiebeleid uitzet? Is dat de politiek c.q. het kabinet of zijn dat de producenten en de handelaren? Is het magere resultaat dat het “percentage zware drinkers (8 procent) in 2021 vrijwel gelijk is gebleven aan voorgaande jaren” daar niet het rechtstreekse gevolg van? Maar als ongezond gedrag verantwoordelijk is voor bijna 20 procent van de ziektelast, zullen ook producenten en handelaren van ongezonde producten moeten worden aangesproken.

Beschouwing

Ook bij het tegengaan van problematisch alcoholgebruik (NHG M10) is het inzicht gedaald (hier) dat er méér aandacht moet komen voor de woon- en leefomgeving, gezinssituatie, armoede, schulden, mentale gezondheid en de gezondheidsvaardigheden die mensen hebben. We gaan het zien of dit kabinet er daadwerkelijk in slaagt om sociaaleconomische gezondheidsverschillen te verkleinen.

21.12.2021: Verkleinen gezondheidsverschillen: kabinet Rutte IV aan zet (volgens coalitieakkoord)

Per 1 juli 2021 geldt de nieuwe Alcoholwet, die de Drank- en Horecawet heeft vervangen en deze wet draagt wel bij aan actieve preventie. Het doel is vooral het drankgebruik onder jongeren te laten afnemen, maar het effect zal toch vooral afhangen in hoeverre de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit gaat toezien op de wet in de detailhandel en de gemeente deze wet controleert in de horeca.

Een bijzondere passage staat er in het regeerakkoord (pg. 29) ten aanzien van het alcoholbeleid (citaat): “We staan mengformules toe door het reguleren van “blurring” in winkelgebieden op een verantwoorde manier, waarbij we streng toezien op alcoholmisbruik.” Het spreekt voor zich dat dit punt in strijd is met elk serieus te nemen preventiebeleid. Want voor specifiek alcoholpreventiebeleid wordt ingezet op voorlichtingscampagnes met reclameverbod, accijnsverhoging en juist een beperking van de beschikbaarheid. Als de alcoholconsumptie in winkelgebieden wordt toegestaan komen er potentieel juist 100.000 verstrekkingspuntenbij…

Tijdens het vorige kabinet Rutte III is begin 2018 de alcoholtafel opgezet waarbij maatschappelijke organisaties een gezamenlijk deelakkoord problematisch alcoholgebruik zouden opstellen, als onderdeel van het Nationaal Preventieakkoord. Het is opvallend dat in Nederland de alcoholindustrie mag meepraten over het alcoholpreventiebeleid, waarbij het onderwerp accijnsverhoging taboe is (Follow The Money, 21 maart 2022).

Daar waar de doelstelling van de NPA is het problematisch alcoholgebruik terug te dringen, zien we daarbij aan de alcoholtafel, zo is te lezen, 31 organisaties met opvallend veel vertegenwoordigers van de alcoholindustrie. Zoals de Stichting Verantwoorde Alcoholconsumptie (STIVA) als de belangrijkste lobbyclub van de alcoholindustrie, de Nederlandse Brouwers, de Vereniging Drankenhandel Nederland en de voorzitter van de belangenvereniging van zelfstandige slijters, de Koninklijke SlijtersUnie (KSU).

Citaten uit recente artikel van Follow The Money (FTM)

Aan het einde van de onderhandelingen kwam STIVA zelfs met een dreigement: als er tijdens de looptijd van het preventieakkoord tot 2040 een accijnsverhoging komt, vervalt daarmee automatisch de steun van de alcoholsector aan het preventieakkoord, zo liet STIVA de andere deelnemers eind augustus weten…”

“Een van de factoren was dat de alcoholindustrie zwaar tegenstander was van accijnsverhoging. Ook verzetten alcoholproducenten en -verkopers zich tegen inperking van alcoholreclame. Ze vreesden omzetdaling. En de belangen van die industrie zijn groot. In de horeca wordt naar schatting 5,5 miljard euro per jaar besteed aan alcohol en aan consumptieve bestedingen ging in 2019 nog eens 3,9 miljard euro om…”

“Een andere factor waarom effectieve maatregelen impopulair zijn, is dat drinken in Nederland heel gewoon is. Nederlanders drinken 112 dagen per jaar alcohol en worden daarin wereldwijd alleen verslagen door Frankrijk en Nieuw-Zeeland. Ook de politiek vindt alcoholgebruik heel normaal…”

“Over blurring is aan de alcoholtafel veelvuldig gesproken. De tegenstellingen waren groot, maar uiteindelijk spraken alle deelnemers zich uit voor een verbod. De voetnoot over het blurringverbod verdween echter twee dagen voor de ondertekening uit het preventieakkoord, onder druk van de regeringspartijen. Het was voor Koninklijke Horeca Nederland (KHN) reden om onder voorbehoud te tekenen. Als de invoering van blurring schadelijke gevolgen zou hebben voor de horeca, zou KHN zijn steun aan het akkoord intrekken…”

Het hoofd van het Expertisecentrum Alcohol en Drugspreventie van het Trimbos-instituut reageert op het functioneren van de alcoholtafel (citaat bij FTM): “vindt het ‘ontluisterend’ wat ze daar meemaakte. Wat ik zag was een ongelijk speelveld. Wij zijn onderzoekers en hebben geen mensen in dienst om te lobbyen. We waren er niet op voorbereid dat de situatie aan de alcoholtafel heel politiek was. Het werd duidelijk dat het spel niet alleen op het bord werd gespeeld. We hadden dan een meeting met de alcoholtafel en troffen de industrie aan bij de lift. Die had al vooroverleg gevoerd met elkaar.”

De vraag die hier blijft hangen, wie in dit land eigenlijk het preventiebeleid uitzet? Is dat de politiek c.q. het kabinet of zijn dat de producenten en de handelaren? Is het magere resultaat dat het “percentage zware drinkers (8 procent) in 2021 vrijwel gelijk is gebleven aan voorgaande jaren” daar niet het rechtstreekse gevolg van? Maar als ongezond gedrag verantwoordelijk is voor bijna 20 procent van de ziektelast, zullen ook producenten en handelaren van ongezonde producten moeten worden aangesproken (blog). Dezelfde weerstand bij producenten en industrie zien we overigens ook bij gewenste transities in voedingsindustrie (hier/hier/hier) en bij tabaksfabrikanten (hier/hier/hier).

Een andere vraag is of de aan dit kabinet deelnemende politieke partijen het beleidspunt “blurring” wel in hun verkiezingsprogramma hadden staan? Met kennis vooraf dat er (citaat MDL-arts in FTM-artikel) “momenteel jaarlijks bijna 2000 mensen sterven aan de gevolgen van alcohol, en bij nog eens 7500 overlijdens is alcohol een factor. Daarnaast speelt bij 26.000 ziekenhuisopnames per jaar alcohol een rol (einde citaat)?”

Alcoholgebruik: eigen keuze en verantwoordelijkheid?

In deze blog wordt een tekst geciteerd die Roxanne van Iperen (Vrij Nederland, 16 november 2019) schreef over consumentactivisme bij klimaatverandering, maar m.i. ook toepasbaar bij de opzet van preventietafels.  

Citaat: “De mantra ‘betrek de industrie bij verandering’ is zo normaal geworden, dat weinigen inzien dat die aanpak in sommige situaties neerkomt op het gijzelen van de publieke zaak.

Het beschamen van mensen op grond van hun koopgedrag getuigt bovendien van een misplaatste morele superioriteit, die onrecht en ongelijkheid eerder vergroot dan verkleint. Terwijl burgers onderling de pijlen op elkaar richten, versterken de meest schadelijke industrieën jaarlijks hun macht en leunen overheden (AM: ook bij preventietafels?) steeds meer op de trend van individuele verantwoordelijkheid.”

Deze laatste zin is precies de reden de belasting op ongezonde producten niet te heffen bij de consument, maar bij de producent. Een accijnsverhoging met een bonus/malus karakter (blog, 9 maart 2022), met hier als doel een beperking van gezondheidsrisico’s door alcohol. Wat hierbij nodig is, is politieke moed en lef.

Tot slot

Het slot van deze blog is vrijwel identiek aan het blogslot over obesitas (hier). Als mensen een aangenamer leven leiden, hebben ze een extra reden om dat met een gezonde leefstijl ook lang vol te houden. Waarbij gezondheid correleert met een mate van bestaanszekerheid (blog/blog). Zonder voldoende motivatie wordt het voor de zorgverlener moeilijk richtlijnen bij problematisch alcoholgebruik (hier/hier/hier/hier/hier/hier/hier/hier) te volgen en zonder doorzettingsmacht aan de alcoholtafel en veranderingsgezindheid bij kabinet en beleidsmakers wordt het moeilijk ten behoeve van alcoholpreventiebeleid tegelijk in te zetten op maatregelen en wetgeving in zowel het medische als het sociale domein.

De individuele burger met problematisch alcoholgebruik, is, met een op deze persoon en eigen context/leefomgeving afgestemd individueel plan van aanpak, het best te helpen vanuit zowel het medisch als het sociaal domein. Het blijft bij verslavingszorg maatwerk, waarbij elke burger, zo meldde eerder het adviesorgaan van de politiek, een “eerlijke kans op een gezond leven” (RVS, 7 april 2021) verdient. Zodat de betrokken burger ook langs de zorgweg de best mogelijke gezondheid wordt gewenst.

 

Eerdere aan preventiebeleid gerelateerde blogs

07.02.2018: Wie gaat uitvoering van het Nationaal Preventieakkoord betalen? (invoeren BOP)

21.06.2018: Gevolgen van veranderingen in zorg richting 2040 (RIVM Toekomst Verkenning)

21.10.2018: Werken aan de agenda van de vooruitgang (zorgstelsel, burgerparticipatie, preventie)

10.11.2018: Alleen met interventies zijn problemen in achterstandswijken oplosbaar

26.11.2018: Nationaal Preventieakkoord: na bijstelling ambities versneld invoeren (urgentie)

09.07.2020: Preventie: een moeizame tocht van wieg tot graf (school, werk, thuis, ook sociaal)

25.08.2020: Rookgordijn (marketing tabaksindustrie + lobbycratie bij VVD stagneren SMR-beleid)

17.12.2020: Tabaksfabrikanten: belastingontwijking én onrechtmatige vergoedingen (preventie)

10.04.2021: Aanpak preventie: benut het hele actieplan (multicausaal, integraal, vele wetten)

14.07.2021: Zet bij preventiemaatregelen leefomgeving op eerste plaats (belang stikstof, klimaat)

28.07.2021: Trukendoos Philip Morris nog niet uitgeput (schadelijke e-sigaret vermarkten)

17.08.2021: Preventiebeleid cardiometabole ziekten vraagt nieuwe invulling (GLI, bredere opzet, €€)

21.12.2021: Verkleinen gezondheidsverschillen: kabinet Rutte IV aan zet (volgens coalitieakkoord)

07.03.2022: Passende preventieve zorg en maatschappelijke waarden: inhoud (1) (gezant)

09.03.2022: Passende preventieve zorg en maatschappelijke waarden: bekostiging (2) (RVS)

17.03.2022: Reflectie op speerpunten zorgkoers kabinet Rutte IV (3) (preventie = speerpunt 11)

22.03.2022: Obesitas: leefstijlaanpak, GLI+(?), operatie óf gewoon scherpere wetgeving?

 

 

 

Vragen of opmerkingen?