Net als in alle andere hoofdlijnenakkoorden, is ook in het “Onderhandelaarsakkoord medisch-specialistische zorg 2019 t/m 2022“ van 25 april 2018 de gewenste transformatie afgesproken van “de juiste zorg op de juiste plek”. Dit houdt ook voor tweedelijnszorg een transformatie in met als effecten: het voorkomen van duurdere zorg, het verplaatsen van zorg dichter bij de mensen thuis als dat kan, dan wel verder weg als dat moet en tot slot het vervangen van zorg door andere zorg met een betere kwaliteit. In het akkoord is ook afgesproken een per jaar dalende effectieve groei van het macrokader naar uiteindelijk 0,0% groei in het laatste jaar van het akkoord (2022). Maar gaat deze transitie voor de ziekenhuizen ook lukken? In een vierluik aandacht voor de wereld van de ziekenhuizen, met extra aandacht voor de organisatie, toegankelijkheid, samenwerking en bekostiging.

Vandaag: het aantal 24/7 (spoedzorg leverende) ziekenhuizen daalt: is dat wenselijk?

In de wet is bepaald dat elke burger de spoedzorg in Nederland binnen 45 minuten moet kunnen bereiken. Om te toetsen of die norm wordt gehaald laat het ministerie van Volksgezondheid jaarlijks een zogenaamde gevoeligheidsanalyse doen. Dit resulteert in een lijst met ziekenhuizen die niet dicht mogen, omdat een onaanvaardbaar aantal burgers anders volgens een modelberekening bij spoedgevallen niet meer binnen drie kwartier naar een afdeling spoedeisende hulp of acute verloskunde kan worden vervoerd. Dit probleem werd het afgelopen jaar nog extra actueel met het sluiten van het ziekenhuis in Lelystad. Na het omvallen van het IJsselmeerziekenhuis zijn ambulances vanuit Lelystad gemiddeld 51 minuten onderweg. Vanaf Urk doet de ziekenwagen er zelfs 63 minuten over voordat er een ziekenhuis is bereikt, zo blijkt uit recente cijfers van de GGD Flevoland. Kortom, de norm lijkt niet te worden gehaald. Aan een oplossing in de polder wordt gewerkt. Bij het faillissement van beide ziekenhuizen kwam ook naar voren dat primair wordt verwacht dat de marktpartijen met een alternatieve oplossing komen. De eindverantwoordelijke minister is (blijkbaar) niet de eerstaangewezen persoon te acteren. Ziekenhuizen zijn tegenwoordig onderverdeeld in universitaire ziekenhuizen (UMC), topklinische ziekenhuizen (STZ) en algemene ziekenhuizen (SAZ). De verschuivingen in de sector zijn indrukwekkend te noemen. In 1999 waren er nog 102 zelfstandige ziekenhuisorganisaties in ons land, die samen 137 locaties hadden. Daar zijn na een reeks faillissementen, fusies en overnames nog 63 van over met 105 locaties; een afname van bijna 40 procent. Daar staat tegenover dat het aantal buitenpoli’s waar alleen poliklinische zorg wordt gegeven juist sterk is gestegen. Ook het aantal zelfstandige behandelcentra en privéklinieken is sterk gestegen (blog). Dat is vooral gebeurd na de invoering van de Zorgverzekeringswet in 2006. Vanaf dat moment mochten particuliere klinieken ook verzekerde zorg leveren. Het aantal klinieken dat is aangesloten bij Zelfstandige Klinieken Nederland (ZKN) is gestegen van zo’n 15 in 2005 naar 146 in 2018. In totaal bieden de ZKN-leden op 358 locaties zorg. Daarnaast is er nog een fiks aantal privéklinieken die geen lid zijn van ZKN. Zij boden vorig jaar op 165 locaties medisch-specialistische zorg. Samen bieden de ZKN-klinieken en de overige particuliere klinieken op 533 locaties medisch-specialistische zorg die vroeger alleen in ziekenhuizen werd gegeven. Meerdere bronnen melden dat wordt toegewerkt naar nog maar 40 ziekenhuizen waar 24/7 spoedzorg (SEH) wordt geleverd. In 2010 waren er nog 105 spoedeisende hulpen, nu zijn dat er nog 70. Gewone medische zorg – diagnose, controles, veel voorkomende operaties – zal in elke regio blijven, dichtbij de burgers, zo is de verwachting. Nu de budgettaire groei beperkt is, ontstaat er tussen ziekenhuizen een nieuwe dynamiek waarbij de groei van de een ten koste gaat van die van de ander. Zo is het opvallend dat het aantal SAZ-bedden daalt, maar het aantal STZ-bedden stijgt. Bestuursvoorzitter ziekenhuis: “zo ligt het voor de hand dat topklinische ziekenhuizen de algemene ziekenhuizen gaan assimileren en elimineren. Dat maakt de zorg duurder, niet veiliger vanwege de complexere setting en zeker niet klantvriendelijker. En verzucht: Oplossingen moeten nu eenmaal passen in de huidige (financiële) machtsverhoudingen…” Ab Klink (zie verder): ”De grote ziekenhuizen roven de kleine leeg.” In het hoofdlijnenakkoord stellen zorgverzekeraars ruimte nodig te hebben om te kunnen sturen op volume en prijs. En wat wordt dan hun beleid richting inkoop van zorg bij respectievelijk ZKN, SAZ en STZ? In welke juiste verhouding met welke juiste zorg op welke juiste plek? Ofwel, wanneer bevindt zich “de juiste plek” in respectievelijk in een ZKN, SAZ en STZ of UMC? Verschuiving van zorg van SAZ naar STZ, gaat dat ook invloed hebben op wachttijden?

Treeknormen bij wachttijden van ziekenhuiszorg:

Eerste gesprek in het ziekenhuis

In 80% van de gevallen kunt u binnen 3 weken naar het ziekenhuis voor een eerste gesprek. De maximale wachttijd is 4 weken. Voor spoedeisende hulp kunt u direct naar het ziekenhuis.

Diagnose of indicatie

In 80% van de gevallen heeft u binnen 3 weken toegang tot zorg om tot een indicatie of diagnose te komen. De maximale wachttijd is 4 weken.

Polikliniek

In 80% van de gevallen kunt u binnen 4 weken naar het ziekenhuis voor een behandeling op de polikliniek waarvoor geen opname in het ziekenhuis nodig is. De maximale wachttijd is 6 weken.

Opname ziekenhuis

In 80% van de gevallen kunt u binnen 5 weken naar het ziekenhuis voor een behandeling waarvoor een opname in het ziekenhuis nodig is. De maximale wachttijd is 7 weken.

Met daaraan voorafgaande de vraag is verschuiving van SAZ naar STZ eigenlijk wel wenselijk? Citaat uit “Steekspel in ziekenhuisland”:”Ab Klink, nu directielid van zorgverzekeraar VGZ en van 2007 tot 2010 minister van Volksgezondheid, toonde zich recent bijzonder kritisch over de grote en almaar uitdijende topklinische ziekenhuizen en hun positionering op de ziekenhuismarkt. Deze zorgorganisaties willen zich net als de academische ziekenhuizen meer gaan specialiseren in de zogenaamd hoogcomplexe (oncologische) zorg, zoals het behandelen van maag-, darm- en leverkanker. Met instellingen die te weinig specialistische ingrepen doen, sluiten zorgverzekeraars als het even kan geen contract meer. Vandaar de strategie van de topklinische ziekenhuizen: groeien, groeien, groeien. Prima, aldus Klink, maar in het akkoord dat Rutte III met alle ziekenhuisorganisaties sloot, was ook de afspraak gemaakt dat de STZ-ziekenhuizen de (poliklinische) basiszorg zouden verschuiven naar de goedkoper en efficiënter werkende regionale ziekenhuizen, juist vanwege hun kortere lijnen met de eerstelijnszorg en de ouderenzorg. Dat deel van het plan dreigt te worden gesaboteerd, aldus Klink: „De grote ziekenhuizen roven de kleine leeg.”

Relevante vragen nu

Volgt er nog een publiek debat over de wenselijkheid van een verdere afname van het aantal plaatsen met 24/7 spoedopvang van 70 nu naar 40 ziekenhuizen straks? En de wenselijkheid van de groeiambities van de 26 STZ ten koste van de 31 SAZ? Blijft “gewone” tweedelijns medische zorg – diagnose, controles, veel voorkomende operaties – in elke regio beschikbaar, dichtbij de burgers?

Eerdere blogs gerelateerd aan medisch-specialistische zorg

25.02.2017: Blijven medisch specialisten buiten Wet normering topinkomens vallen?

14.04.2017: Goed nieuws?

18.08.2017: Prijsaanpak dure geneesmiddelen blijkt complexe zaak

15.01.2018: Substitutie

23.02.2018: Inzicht in prijs, dan pas uitzicht op een oplossing

26.04.2018: Maak bekostiging van ziekenhuiszorg 100% transparant (1)

27.04.2018: Regionalisering van zorg: wat willen burgers en zorgaanbieders?

29.04.2018: Akkoord medisch-specialistische zorg heeft ook voor huisarts consequenties

11.06.2018: Ouderenzorg thuis in 2018: een update

21.06.2018: Gevolgen van veranderingen in zorg richting 2040

01.07.2018: Onderhandelaarsakkoord huisartsenzorg 2019 t/m 2022: een analyse

10.07.2018: Maak bekostiging van ziekenhuiszorg 100% transparant (2)

20.08.2018: Het waardegericht kunnen inkopen is een illusie

02.10.2018: De uitwerking van de hoofdlijnenakkoorden start nu

15.10.2018: Nieuwe beloning medisch-specialistische zorg nog onduidelijk

25.10.2018: Gebrek aan openheid mede debet aan faillissement ziekenhuizen (1)

29.10.2018: Gebrek aan openheid mede debet aan faillissement ziekenhuizen (2)

31.10.2018: Gebrek aan openheid mede debet aan faillissement ziekenhuizen (3)

18.01.2019: Prijs weesgeneesmiddelen: van verontwaardiging naar aanpak

23.02.2019: De transitie van ziekenhuiszorg (1)