En toch zag ik ze wéér in het nieuwe jaar 2018: aanvraag/aanmeldformulieren DIS+V (A4: Diabeteszorg, Incontinentiezorg, Stomazorg en Voeding) en voor verbandmiddelen bij wondverzorging zelfs 2x een A4. En dat als agendapunt op een lokaal FTO (farmacotherapeutisch overleg tussen apotheker en huisarts) om te bespreken. Met als motivatie in de FTO-uitnodiging dat er landelijke aanbestedingen zijn van diverse zorgverzekeraars op het gebied van hulpmiddelen. Waarbij plaatselijke apotheken in 2018 “onderaannemers” zijn om op die wijze service te kunnen blijven bieden aan patiënten….

Wat was er nu afgesproken?

In januari 2016, en herbevestigd in april 2017, is afgesproken dat recepten van de huisarts waarop de indicatiecode is vermeld, niet kunnen worden afgewezen vanwege het ontbreken van een formulier. De NZa heeft dat ook in een brief aan KNMP en ZN onderschreven met melding dat indicatiecode op het recept volstaat. Elk recept van de huisarts heeft immers intrinsiek al een medische indicatie. Daarnaast bleek uit recent onderzoek dat zorgprofessionals 40% van hun werktijd aan administratie besteden. Die tijd gaat ten koste van aandacht voor de patiënt. Dat kan en moet nú anders, vonden (hoofdrol)spelers in de zorg, inclusief minister Bruins van Medische zorg. Zij hebben tijdens de eerste schrapconferentie op 18 november 2017 de eerste stappen daartoe gezet. Het daarbij horende schrap- en verbeterplan van (Ont)Regel de Zorg bevat 5 radicale stappen.

Mijn korte analyse

In het hoofdredactionele commentaar in Medisch Contact (MC), getiteld “Het administratieve moeras” is mijn korte analyse van het probleem letterlijk geciteerd: “Huisarts Anton Maes slaat daarbij in zijn reactie de spijker op zijn kop: ‘De kern van het probleem is het feit dat verzekeraars de administratie en afwikkeling van hun eigen zorgplicht steeds uitbesteden aan de zorgverleners. Ondertussen scoren ze zelf met de mededeling dat van elke euro zorggeld er 97 cent naar de zorg gaat. Wij moeten ook zelf passende tegenmaatregelen nemen”.  Aanleiding was het tranentrekkende relaas in MC van een huisarts om een geplaatste verblijfskatheter vergoed te krijgen.

Waarom doen verzekeraars dit?

Het winstpercentage in de sector zorg bedraagt 9,8%. Daarmee is de sector trouwens minder winstgevend dan het gemiddelde van alle sectoren (12%). In Nederland wordt 80 miljard aan zorg uitgegeven, waarbij dan 7 miljard nettowinst wordt gemaakt. Daarbij wordt de meeste winst (1,8 miljard) gevonden bij fabrikanten van medische apparatuur en hulpmiddelen. (Bron: Gupta Strategists, 2017). Kortom, mijn aanname is dat zorgverzekeraars denken dat met inkoop van hulpmiddelen voor de verzekeraar zelf in deze sector het meest te halen is.

Belangen

Inmiddels weten we dat veel inkoop van (ook!) hulpmiddelen via aanbestedingen gaan, in een prijsrace naar de bodem van de put. Verzekeraars hebben een zorgplicht. Bij hulpmiddelen gaat deze inkoop via groothandelaren en zorgmakelaars. Als voorlaatste stadium wordt de apotheek gebruikt (misbruikt?) als afhaalpunt voor internet/directe leveranciers. Want deze apothekers maken kosten om klanten door te sturen naar de genoemde groothandel, die vervolgens de winst pakt. De leveranciers kijken net als de verzekeraars naar inkoopprijs en kosten. Ofwel hun eigen belang. Een arts heeft hier niets mee te maken. De arts schrijft recept uit met indicatiecode, meer hoeft niet. De patiënt heeft in dit stelsel de verzekeraar uitgekozen die met een zorgplicht de afwikkeling moet regelen. En deze patiënt kan dus bij de eigen zorgverzekeraar navragen hoe de hulpmiddelen te verkrijgen.

Hoofdlijnakkoord

Feitelijk gaat het zetten van een indicatiecode op een recept mij al te ver. Een woord als incontinentiemateriaal zou al voldoende moeten zijn. Een huisarts is ervoor om incontinentie te behandelen, is er niet voor om in de zorghandel met door anderen bepaalde spelregels verstrikt te raken. In MC meldt de hoofdredacteur dat het “zelf passende tegenmaatregelen nemen” (uit mijn citaat) makkelijker gezegd is dan gedaan. Dat betwijfel ik. Wat nodig is, is lef. Het komende half jaar zitten alle partijen voor het sluiten van een akkoord weer met elkaar aan tafel. Zo moeilijk hoeft het dan toch niet te zijn een artikel op te nemen met de strekking dat de zorgplicht ook inhoudt dat bij de uitvoering daarvan ook voor eigen kosten alle administratieve plichten en controles behoren?

Taak huisarts blijft

De huisarts kan de hoofdbehandelaar van een probleem zijn. In geval van bv. wondbehandeling betekent dat dan dat op het recept moet staan welk verbandmiddel geïndiceerd is: bv. vetgaas, niet klevend gaas, hydrocolloid, hydrofiber, hydrogel, barrière creme/spray etc. En natuurlijk kan dit snel weer anders zijn, afhankelijk van de vorderingen en stadia van de wondgenezing. En bij het vervolg van deze behandeling, met mogelijk andere verbandmiddelen, moet ook dan (weer) uitsluitend een nieuw recept voldoende zijn.  Met de garantie door de zorgverzekeraar van een snelle aflevering. Zonder (administratieve) blokkade. Een procedure die na een hoofdlijnakkoord kan worden vastgelegd in de individuele contracten tussen aanbieder en verzekeraar.