Bijna wekelijks lees ik berichten over het feit dat Nederland in de nabije toekomst de zorgkosten niet meer kan betalen. In vergelijking met andere landen is de kwaliteit van zorg goed, maar (te) duur. Er zijn echter ook andere geluiden. De zorguitgaven zouden een steeds groter beslag leggen op ons bruto nationaal product. Hierdoor blijft er minder geld over voor andere publieke sectoren, zoals onderwijs en sociale zekerheid. Ook komt de koopkracht van de burger onder druk te staan. Zonder ingrijpen komen toegankelijkheid, betaalbaarheid en doelmatigheid in het geding. Op dit moment zijn de gemiddelde zorgkosten per volwassene 5.721 euro per jaar. Daarbij is ingecalculeerd het gemiddelde bedrag van 381 euro zorgtoeslag. In werkelijkheid krijgen 5 miljoen mensen samen een bedrag van 5 miljard aan zorgtoeslag.

Over welke zorg hebben we het dan…

Tabel 11 Financiering bruto BKZ-uitgaven (bedragen x € 1 miljard)1
    2018
Zvw     48,5
w.v. eigen betalingen     (3,3)
Wlz     21,8
w.v. eigen betalingen     (1,9)
Overheid (Arbeidsmarkt/Caribisch Nederland)       0,5
Overheid (gemeentefonds/Wmo en Jeugdwet)       6,9
Bruto BKZ-uitgaven stand VWS-ontwerpbegroting 2018     77,7
1 Door afrondingsverschillen kan de som van de delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS

Zorgeconoom Wim Groot zegt dat de zorgkosten in Nederland hoog zijn als gevolg van de hoge uitgaven aan langdurige zorg en aan de GGZ en niet het gevolg zijn van te hoge uitgaven in de curatieve zorg: “zelfs zonder de extra 2,1 miljard voor verpleeghuizen zijn de uitgaven aan ouderenzorg in ons land veel hoger dan in de ons omringende landen”.

Verzekeraars

Op 19 april 2018 meldt Ab Klink in de Volkskrant dat in de zorg veel bespaard kan worden zonder dat de kwaliteit daalt. Zowel door de ziekenhuizen als door huisartsen kan efficiënter en patiëntvriendelijker worden gewerkt, aldus Klink. VGZ verwacht dat de uitgaven voor de zorgverzekering tot 2021 met 4% (1,6 miljard euro) kunnen dalen. Maar ook al in 2012 stelde Klink, bij Booz & Company, dat met kwaliteitsbeleid 4-8 miljard euro in de curatieve sector bespaard kon worden. Het resultaat: in 2012 waren curatieve kosten 36 miljard, nu in 2018 zijn deze kosten 48,5 miljard (zie tabel boven). Ook zijn medebestuurder van VGZ, Tom Kliphuis, mocht, wederom in de Volkskrant, melden dat er op de lange termijn 20-25% “lucht” zit in de zorg (11.11.2017). Echter verzekeraars sturen puur op geld, de financiële afspraken zijn leidend. Ze wentelen vervolgens de financiële risico’s van de oplopende zorg af op zorgaanbieders. Dat gebeurt in de ACO (blog), dat gebeurt met de ziekenhuizen (blog) en dat gebeurt in de contracten met zorgplafonds en doorleverplicht (blog/blog/blog/blog/blog/blog). Fatsoen, dat moet je doen! Maar om te willen weten wat er gebeurt op de zorgmarkt, moet je wel daadwerkelijk geïnteresseerd zijn in een ieders gedrag. Het Centraal Planbureau gaat overigens tot 2021 uit van een kostenstijging van 22 procent.

Betaalbare zorg

Recent verscheen het boek “Betaalbare zorg” (ISBN 9789012401616). Daarin staat dat de impliciete rantsoenering van volume via budgettering momenteel de centrale strategie is om zorg betaalbaar te houden. Waarbij deze rantsoenering een bij de beroepsgroep impopulaire manier is om hen medeverantwoordelijk te maken voor kostenbeheersing. Dat is een nette vertaling van de aanbieder te laten betalen bij een teveel aan zorgvragen. Zorgaanbieders “verdelen de eventuele schaarste en doen dat mede op basis van beroepsethiek of specifieke kennis wat er precies nodig is”. Het boek meldt tevens dat 5-10% van de zorguitgaven rechtstreeks toe te wijzen zijn aan een ongezonde leefwijze. Dat was voor mij ook eerder de reden de nota hiervan niet primair te leggen bij de gebruiker of premiebetaler, maar bij de producent (blog/blog). Tot slot nog een paar citaten uit het boek: “iedereen is voor doelmatigheid, maar de steun verdwijnt als sneeuw voor de zon, als meer doelmatigheid negatieve repercussies heeft voor de eigen positie”. En “De paradox is dat vermoedelijk niemand de noodzaak van betaalbare zorg zal bestrijden, maar dat ook niemand ‘thuis geeft’ als het bevorderen van de betaalbaarheid neerkomt op het nemen van maatregelen die de eigen groei beperken, de werkgelegenheid van de eigen mensen treft of die betekenen dat een instelling moet inkrimpen. Dit onderstreept waarom dit onderwerp niet kan zonder dat de overheid werk maakt van zekere budgettaire grenzen die ze stelt aan de groei van zorguitgaven” (blog)

Alle partijen zijn dan ook aan zet…

In de strijd om beheersing van zorgkosten valt mij allereerst op dat het kabinet Rutte III al meteen heeft gesteld dat het zorgstelsel zelf niet zal worden aangepast. Daar begrijp ik niets van. Wij kunnen toe met minder dan 24 zorgverzekeraars binnen 9 concerns van zorgverzekeraars, we hoeven geen 58 polissen voor het basispakket, stop met de kortingen via 64.000 collectiviteiten (67% van de bevolking), of verlaag op zijn minst het wettelijk vastgelegde kortingspercentage bij een collectiviteit van 10%. Wat is het nut in een solidair systeem van een vrijwillig eigen risico in ruil voor premiekorting, waar 2 miljoen mensen op hebben ingezet? Het kabinet is voornemens om de eigen bijdragen in de Wlz en Wmo te verlagen. Volgens Wim Groot (brief Rondetafelgesprek 16 april 2018) is dat vooral een cadeautje voor de zorggebruikers met een hoog inkomen. En kan het bedrag waarover de inkomensafhankelijke bijdrage in de Zvw wordt berekend niet iets omhoog, bv. naar 60.000 euro per jaar? En ja, de hoogte van het Eigen Risico moet (juist wel) gerelateerd blijven aan de totaaluitgaven van het zorgstelsel. Ook is inperking van het basispakket (blijkbaar) geen optie. Als daadwerkelijk de 77,7 miljard teveel is, moet iedereen een bijdrage gaan leveren. Nu buitelen consultants, beleidsmakers, ambtenaren, Harvard-hoogleraren, voorzitters van Raden van Bestuur van zorgverzekeraars over elkaar heen in hun drang te bewijzen dat, voor kostenbeheersing, toch vooral de zorgaanbieders doelmatiger moeten gaan werken, hun werk anders moeten gaan organiseren, meer EHealth moeten gaan inzetten. Etc. Stop daarmee, het gras gaat niet harder groeien door jarenlang aan de sprieten te trekken. Nee, het frame van kostenmatiging ligt niet exclusief bij de zorgaanbieders.

Wat dan wel?

Vanuit de spreekkamer is bekend dat als je problemen wilt aanpakken, je niet naar een ander moet wijzen voor een oplossing van je eigen probleem, maar ook zelf de koe bij horens moet vatten. Omdat in het zorgstelsel heel veel actoren (zorginkopers, zorgvragers, zorgaanbieders, toezichthouders en ministeries) zijn, zijn zij ook allen verplicht zich af te vragen wat een eigen bijdrage zou kunnen zijn aan kostenbeheersing. Niet interessant is wat een ander doet, maar wat je zelf doet. De opdracht is dan wat je zelf bij kunt dragen aan het leveren van, het krijgen van, het inkopen van, het toezicht houden op, zinnige zuinige gepaste zorg. En laat het grote publiek weten, bv. in de Volkskrant, wat je antwoord is…

Centrale regie bij overheid

Mijn voorstel houdt een paradigmashift in op de visie op kostenbeheersing. Heel goed begrijp ik dat als iedereen verantwoordelijk is, het vaak zo werkt dat niemand zich verantwoordelijk voelt. Onder centrale regie is er desalniettemin belangrijk werk te doen door zorgaanbieders, ministeries, 7 toezichthouders, 9 concerns van zorgverzekeraars, 31 zorgkantoren en de VNG namens 380 gemeenten. Patiënten kennen 282 patiëntorganisaties, waarbij de federatie op kan treden namens 170 van hen. Het is tijd om te veranderen in de kijk op kostenbeheersing. En daar ook daadwerkelijk naar te handelen.