Mijn blog over de financiële toekomst van de huisarts riep veel reacties op. In deze blog maak ik deze toekomst afhankelijk van economiefactoren. En van huisartsfactoren, waarbij de beroepsgroep met het opleiden van voldoende deskundige bestuurders zelf de veranderbereidheid en het verandervermogen voor een betere toekomst moet invullen. Een van de reacties op mijn blog meld ik hier in het kader.

We hebben aan de ene kant de NZa die de huisarts als beleid uitvoerende ambtenaar behandelt en deze graag helpt ieder jaar bij het kruisje te tekenen. En aan de andere kant de ACM die ons voorspiegelt dat indien de huisarts nu maar eindelijk eens begreep dat de markt deze zorgprofessional eindeloze mogelijkheden geeft en dat op deze wijze diens product en inkomen de hemel in kunnen groeien. Beide frames zijn onjuist en pervers. En het resultaat van hun combinatie is pervers in het kwadraat. En gaat steeds meer ten koste van de huisartsenzorg en allen die daar in werken. Op gegeven moment is de fysieke en mentale batterij leeg. En houdt alles op. De vraag is hoe ver we daar nog vandaan zijn.

Een stevige reactie, waar ik graag mijn mening naast zet.

NZa

Al in mijn vorig blogleven heb ik mij kritisch uitgelaten over de NZa (bv. een, twee, drie). In mijn kanttekeningen ten aanzien van het recente praktijkkostenonderzoek huisartsenzorg staan de meest actuele bezwaren (blog/blog). Het is goed te beseffen dat de gewraakte Tariefformule geldt voor de hele eerste lijn. En ook geldt voor alle vrije beroepsbeoefenaren in de eerste lijn het KPMG-adviesrapport als basis voor de inkomenscomponent. De combinatie van enerzijds de door de NZa gehanteerde arbeidsvoorwaarden uit de BBRA-schaal en de werktijdfactor en anderzijds de daadwerkelijke werktijd en de bekende MOVIR-gegevens, die combinatie is niet toekomstbestendig.  Verder zijn de financiële gegevens uit de beide kostenonderzoeken niet openbaar, wel de NZa invulling ervan. Een toezichthouder die zelf transparantie benoemt in geval van zorgverlening en prijs/prestatie presentatie (Wmg), laat hier (zelf) een steek vallen. In het kader van vaststelling van een tarief ketenzorg-niet gecontracteerd-, meldt de NZa dat in het kostenonderzoek zorggroepen moeite hebben om een kostentoerekening naar organisatie en hulpverlening vorm te geven en dat daarom deze gegevens niet bruikbaar zijn (brief, 13 juli 2017, pg. 10). Om vervolgens in de volgende alinea andere elementen uit het ketenzorgtarief (wel) te gebruiken. Zijn die aangeleverde gegevens en kostentoerekening dan ineens wel betrouwbaar?

NMa/ACM

De taakopvatting van de ACM kwam pas goed aan het licht in april 2010. Er volgde een harde confrontatie met de beroepsgroep. Citaat ‘de Dokter’ (februari 2016):”inval op 6 locaties van de LHV, ze gingen te werk alsof er een drugskartel werd opgerold, er werd een kopie gedraaid van alle ICT-bestanden van de vereniging, kasten werden opengetrokken, de inhoud van ordners werd pagina voor pagina bekeken en medewerkers werden in kamers geroepen om te worden gehoord. Het heeft dagen geduurd voordat de laatste ACM-ambtenaar van de verdieping was”. Er was bij de NMa vooraf een verdenking op vermeende belemmering bij wisselen van huisarts, een vermeende belemmering bij toetreding tot de markt en later nog een zegelverbreking. Uiteindelijk heeft de LHV op alle drie fronten gelijk gekregen, maar dat heeft wel …5,5 jaar geduurd. In die 5 jaar spendeerde de LHV “1 miljoen euro aan juridische procedures en advocaatkosten”(citaat).

In chronologie:

1998: start Mededingingswet, met tot 1 jan 2001 een gedoogbeleid door NMa

14.04.2010: Inval door NMa bij LHV

15.04.2010: Bewaker verbreekt verzegeling van de kamer waar NMa werkt: boete 51.000 euro

30.12.2011: ACM legt LHV een boete op 7,7 mln. euro + boetes voor 2 LHV-medewerkers

Juni 2012: rechter verlaagt boete van 52.000 euro naar 23.000, door LHV niet geaccepteerd

04.12.2012: Toezeggingsbesluit: garantie geen collectieve onderhandelingen LHV-bestuurders

jan. 2013: onafhankelijke externe cie.: geen boete voor LHV, ACM gaat niet akkoord

01.03.2013: start Instellingswet: NMa wordt ACM

03.02.2014: LHV stapt naar de rechter. Openbaar besluit.

03.06.2014: Rechter schrapt ACM-boete voor zegelverbreking

03.12.2014: ACM verlaagt de boete van 7,7 mln. naar 5,9 mln. + vrijspraak 2 medewerkers

19.09.2015: nieuwe ACM-uitgangspunten op toezicht op zorgaanbieders in eerste lijn

15.12.2015: ACM: Intrekking toezeggingsbesluit

17.12.2015: Rechter doet uitspraak: LHV heeft wet niet overtreden: boete van 5,9 mln. geschrapt

 

Welke morele en economische schade heeft de inval en het Toezeggingsbesluit opgeleverd? Voor de huisartsen? Voor hun zorg aan patiënten? En als ‘signaal’ naar andere zorgverleners? Wie gaf opdracht tot de inval? En waarom deze buitenproportionele boete? En waarom het verplicht laten ondertekenen van een Toezeggingsbesluit door huisartsbestuurders? Met verplichte cursussen over…mededinging. Met voor hen een persoonlijke aansprakelijkheidsstelling, wat direct tot faillissement met beëindiging van de praktijk zou leiden. De ACM heeft het organiseren en besturen van huisartsenzorg, naast de praktijkvoering, 5 jaar lang tot een hachelijke onderneming gemaakt. De verzekeraars mogen formeel niet de markt verdelen, maar informeel is het wel de uitkomst. Nou, dokter, “want die handelen in het belang van de patiënt”, zeggen de markttoezichthouders in koor. Het is deze grenzeloze naïviteit die de probleemoplossing zo moeilijk maakt. Is er excuus geweest van de toezichthouder? Zijn de juridische kosten verhaald?  En de omvang van de schade, is dat wel in geld uit te drukken? Inmiddels is er na 2016 (wel) een redelijke opstelling van deze toezichthouder. Toch is het niet gelukt met dank aan de politiek om de huisartsenzorg buiten de Mededingingswet te plaatsen. Ondanks alle inspanningen van beweging Het Roer Moet om.

Conclusie

Zo lang marktelementen aanwezig zijn in het zorgstelsel, zullen ook marktoezichthouders aanwezig zijn. Aan kwaliteit van zorg dragen zij niet bij, in tegenstelling tot wat ze zelf met ‘window dressing’ melden. Daar zijn in het kader van toezicht andere toezichthouders verantwoordelijk voor.  De opgedragen, en vaak niet altijd transparant uitgesproken, doelstelling voor ACM en NZa is kostenbeheersing: linksom, rechtsom of zo nodig er dwars doorheen. Waarbij het niet de doelstelling sec is, die weerstand oproept, maar de uitvoering. Er zijn inmiddels genoeg voorbeelden voorhanden.

(Nb: de quote in het eerste kader is van Hans van der Schaaf. Voor publicatie van deze quote in mijn blog heeft hij, inclusief de tenaamstelling, zijn fiat gegeven).