Al jaren is er aandacht voor incidenten (hier), soms met dodelijke afloop, waarbij personen met verward/onbegrepen gedrag (Trimbos) betrokken zijn (hier + hier). Ook merkt de politie(k) dat er een toename is van het aantal meldingen van overlast door personen met verward/onbegrepen gedrag. De politie registreert deze meldingen met de zogeheten E33-code, inmiddels meer dan 140.000 per jaar. Is er ook een strafbaar feit gepleegd, dan volgt er geen generieke E33-melding, maar wordt de statistische weergave gekoppeld aan het strafbaar feit.

Vanwege deze toename, ondanks ingezet beleid, in combinatie met het feit dat de politie veel tijd en manvrouwkracht kwijt is aan juist zorg voor deze personen met verward/onbegrepen gedrag, is door de vaste commissie voor Justitie & Veiligheid van de Tweede Kamer eerder besloten tot een parlementaire verkenning.

Dit rapport “Parlementaire verkenning Verward/onbegrepen gedrag en veiligheid” verscheen op 4 juli 2024.

Het doel van deze verkenning was duidelijk: hulpverlening bij gevallen zonder direct veiligheidsgevaar dient zoveel mogelijk te worden opgepakt door andere instanties dan de politie. Zodat deze groep burgers de zorg krijgt die nodig is. En 400-600 FTE politie-inzet zich voortaan alsnog kan richten op hun eigen taak: veiligheid.

Deze blog wordt geschreven omdat enerzijds de analyse van het geschetste probleem veel overeenkomsten vertoont met de aanpak van complexe generalistische en integrale zorg. Anderzijds wordt geconstateerd dat bijna 1 jaar later na het verschijnen van het rapport er te weinig vorderingen zijn gemaakt (Kamerbrief, 23 mei 2025 + FD, 26 februari 2025 +  Volkskrant, 28 mei 2025). De problematiek van verward/onbegrepen gedrag was al eerder, 7 jaar geleden(!), onderwerp in mijn blogs:

02.01.2018: Ook bij verwarde personen is persoonsgerichte zorg nodig (wijk en 6 dimensies)

31.05.2018: Grip op verwardheid vraagt om grip op uitvoering van zorg (niet altijd GGZ…)

Kortom, (blijkbaar) een complex probleem. Een ruime Kamermeerderheid vindt recent dat het huidige, nu demissionaire, meer moet doen met de 20 aanbevelingen die voortkwamen uit de parlementaire verkenning van juli 2024.

Verder…

Het gaat om méér mensen dan de groep van ‘1500’ waarover meldingen bij de politie met een veiligheidsrisico binnenkomen. Denk daarbij aan de groep burgers die zichzelf verwaarlozen, soms overlast veroorzaken of door hun kwetsbaarheid juist zelf het risico lopen om slachtoffer te worden van een misdrijf. De schattingen van die groep lopen uiteen van 10 duizend tot 30 duizend personen.

Meldingen over onbegrepen gedrag komen ook binnen bij woningbouwcorporaties, maatschappelijke opvang en het landelijk meldpunt (0800-1205). Verder, welke zorgverlener wordt er op de eigen werkvloer niet geconfronteerd met burgers met ‘verward/onbegrepen’ gedrag? Met de uitdaging dan uit te zoeken wat er aan de hand is. Of nog dichterbij: in de eigen leefgemeenschap, gezin of …bij jezelf?

*Probleemanalyse

Met een auto- en hetero-anamnese, bijvoorbeeld met het in de (ouderen)zorg gebruikte SFMPC-model (Somatisch, Functioneel, Maatschappelijk, Psychisch en Communicatief) of de SCEGS-methode in de huisartsenzorg, kan men in de eerste lijn ook al meer informatie krijgen over verschillende deelgebieden, inclusief voorgeschiedenis, die samen een probleembeschrijving geven over de situatie van cliënt, diens context en sociaal netwerk. Een anamnese die hopelijk informatie geeft over de hulpvraag: wat heb je nodig (Trouw, 2019)?

Alvorens te komen tot persoonsgerichte zorg met een individueel zorgplan kan het inhuren van externe specifieke expertise nodig zijn. Net als in de reguliere zorg. Waarbij de GGZ een te lange wachtlijst heeft (blog) en soms een te hoge drempel voor instroom na verwijzing (MC, 2021).

Maar ja, kenmerk voor de toename van zorgelijk gedrag zijn ook maatschappelijke ontwikkelingen. Dit zegt een straatarts in 2024…

Citaat huisarts en straat Michelle van Tongerloo (blog, 16 december 2024)

Als straatarts ben je een kanarie in de kolenmijn. Maatschappelijke ontwikkelingen ontvouwen zich live voor me. Toen ik begon als straatarts zag ik met name mensen zonder geldige verblijfspapieren op mijn spreekuur, maar dat is in de loop van de jaren radicaal veranderd. Eerst kwamen daar de arbeidsmigranten bij die een belangrijk deel van onze economie draaiende houden. Voor hen is er geen sociaal vangnet als ze hun baan en huis kwijtraken. Maar ook zie ik steeds vaker Rotterdammers die dakloos en onverzekerd rondlopen. In het begin waren dat mensen met gedrags- en verslavingsproblemen die geen plek meer vinden in de ggz. Nu zie ik steeds meer gewone mensen met wie eigenlijk vrij weinig aan de hand is en die veelal ook jong zijn, maar door een paar problemen opeens dakloos zijn geraakt. Steeds vaker zie ik tijdens mijn spreekuur Nederlandse daklozen, mensen die het economisch niet meer kunnen bolwerken. Nu de bed-bad-broodregeling verdwijnt, wordt het alsmaar erger. Het stapelt zich op. Het kernprobleem is dat het onze overheid niet lukt om bestaanszekerheid te garanderen.

In hetzelfde jaar schrijft een bekende onderzoeksjournalist (Bas Haan) een boek en doet een paar stevige uitspraken (Interview Rijnmond, 3 november 2024)…

  • “En dit is dan het topje van de ijsberg. Zo zijn er honderden verhalen, van mensen die helemaal aan hun lot werden overgelaten.”
  • “De zorg voor complex psychiatrisch patiënten is in de afgelopen decennia door achtereenvolgende kabinetten verschraald, versnipperd en verbureaucratiseerd”. 
  • “Politiek betekent een diarree aan jargon en pilots, terwijl de olifant in de kamer wordt gemeden: verantwoordelijkheid nemen in plaats van verknipte zorg toestaan. Ze weten niet eens hoeveel bedden er zijn in Nederland voor de GGZ.”
  • “In het hoofdlijnenakkoord (16.05.2024) komt het begrip ‘verwarde persoon’ wel voor, maar onder het kopje ‘veiligheid’. Dat hoort onder ‘gezondheidszorg’. Een van de meest schokkende cijfers is dat 85 procent van de mensen die door de politie zijn doodgeschoten, psychische problemen had. Geen mensen die delicten hadden gepleegd.”
  • “Verwarde mensen zijn in de meeste gevallen geen criminelen maar verwaarloosde patiënten. Het trieste is dat er pas wat gebeurt als je een misdrijf pleegt. Dan gaan alle deuren open.”

Onderzoeksjournalist Bas Haan, boek “Dodelijke zorg” (23 september 2024)

Met deze bundel verhalen hoop ik deze groep patiënten een stem te geven die ze zelden krijgen, maar wel verdienen. Want uiteindelijk gaat het om hen, om mensen die je ouder of kind kunnen zijn. Om de kwetsbaarste mensen die geen hulp krijgen, soms jarenlang, en uiteindelijk ten onder gaan of zelf dader worden en slachtoffers maken, in een systeem van dodelijke zorg.”

Onderzoeksjournalist Bas Haan onderzocht voor de Serie ‘De verwaarloosde psychiatrisch patiënt’ in NRC het zorgbeleid voor complex psychiatrisch patiënten en stelde vast dat het beleid vaak faalt. In onthullend concrete casussen, die ieder op een ander aspect van het ggz-beleid inzoomen, wordt duidelijk dat het geen incidenten betreft maar dat het structureel misgaat. De kwetsbaarste mensen, die de zorg het hardst nodig hebben, vallen telkens tussen wal en schip.

Dodelijke zorg bevat niet alleen deze casussen, maar ook de analyse van de samenhang van die verhalen en het onderliggende structurele probleem. Hij laat zien hoe het komt dat in het rijke Nederland de geestelijke gezondheidszorg zodanig tekortschiet dat de kwetsbaarste patiënten geen hulp krijgen, met grote – soms dodelijke – gevolgen voor henzelf of anderen. Dit boek vertelt het verhaal vanuit diegenen die weggezet worden als ‘overlastgever’, ‘verward persoon’ of zelfs als ‘moordenaar’, maar die in de eerste plaats verwaarloosde psychiatrisch patiënten zijn. Het geeft mensen die je naaste familie hadden kunnen zijn een stem, en laat zien dat ze slachtoffer zijn van een systeemfalen.

Het goede nieuws is allereerst dat we noch al het gedrag hoeven te begrijpen, noch verplicht hoeven te classificeren als normaal of abnormaal. Daarnaast de vaststelling dat niet alle mentale klachten vragen om GGZ. Het is inmiddels wel duidelijk dat welzijnswerk, bestaanszekerheid, schuldhulpverlening, een woning, leefgeld, werk/arbeid, zeg maar “het sociale domein” vaker het domein is waar de passende zorg van IZA/AZWA gegeven moet worden (Medisch Contact, 14 november 2024). Nu nog de aanpak en uitvoering.

De parlementaire verkenning onderscheidt (pg.68 t/m 81) voor probleemaanpak vier ‘overlastprofielen’…

 

Elk profiel met een eigen aanpak. Ook dit overzicht is herkenbaar in de reguliere zorg. Bij een burger die op het spreekuur komt is sprake van vrijwillige zorg. Bij de groep van ‘verward/onbegrepen’ gedrag die ‘overlast’ geeft, worden de termen “bemoeizorg” en “onvrijwillige zorg” vaker genoemd. Elke client heeft weliswaar recht op zelfbeschikking en autonomie, maar elke burger heeft (ook) recht op een zo veilig mogelijke maatschappij. Een ervaren psychiater geeft een inkijk in de problematiek van deze bemoeizorg…

Niels Mulder, psychiater, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie en hoogleraar Openbare Geestelijke Gezondheidszorg bij het Erasmus MC in Rotterdam, (Rijnmond, 29 maart 2025)

Ik ben erbij betrokken en ik zie hele goede dingen gebeuren. Meestal gaat een sociaalpsychiatrisch verpleegkundige mee en die kan goed inschatten wat er aan de hand is: somber op de bank, een verslaving of schulden. Dan kan je ook echt tot een oplossing komen. Wij spreken in de GGZ van ‘mensen met onbegrepen gedrag’, omdat we ‘verwarde mensen’ stigmatiserend vinden. Het is ook een containerbegrip geworden. De politie meldt een sterke stijging, maar zij stoppen er van alles in: mensen met psychische klachten, maar ook dementie of dronken over straat zwalken.” Hij zet daarom vraagtekens bij de sterke stijging.

Ik werk bij de crisisdienst in Rotterdam en daar zien we die stijging niet. Dan gaat het om mensen die binnen 24 uur psychiatrische hulp nodig hebben, in veel gevallen suïcidaal zijn.” 

Een tweede indicatie zijn de personen die met dwang worden opgenomen omdat ze een gevaar voor zichzelf of een ander zijn. Mulder: “Daar zien we een lichte stijging, maar niet in de orde van de politiecijfers over ‘verwarde personen’.”

Maar, zegt hij, dat wil niet zeggen dat er geen groot probleem is. “Dat is er wel degelijk. Veel mensen vallen tussen wal en schip, willen geen hulp en dat zie je ook niet in de cijfers terug. Bovendien doen veel ggz-teams steeds minder aan ‘bemoeizorg’“, zegt hij. 

Mulder doelt hiermee op het ongevraagd hulp aanbieden aan mensen met grote psychiatrische problemen, die zelf niet om hulp vragen. “De ggz-teams missen de ervaring om het goed aan te pakken.

Het zal je verbazen hoeveel mensen geen hulp willen en zeggen dat alles prima gaat. ‘Donder op’ is hun eerste reactie, als de deur opengaat.” De kunst is om dan niet meteen te zeggen: er wordt over u geklaagd, u hebt een probleem. Want dat gaan ze gelijk ontkennen. Je moet een gesprek aangaan, proberen contact te maken.”

In de praktijk betekent het: meerdere huisbezoeken. “De tweede keer zijn ze dan nog boos, ‘ben je daar nou alweer, er is toch niets aan de hand’. Praat dan over wat er goed gaat, luister naar ze en gaandeweg krijg je een beeld van de problematiek. Je moet ook iets te bieden hebben: huisvesting, soms willen mensen bepaalde medicatie, een oplossing voor de schulden.

Als hulpverlener moet je dus een lange adem hebben. “Veel mensen zijn achterdochtig, vertrouwen het systeem niet. Soms komt dit door slechte ervaringen met de hulpverlening, maar het kan ook te maken hebben met de psychiatrische aandoening dat iemand bijvoorbeeld argwanend is“, weet hij. 

Mulder vervolgt: “Ik merk in de praktijk, en dat blijkt ook uit onderzoek, dat een vriendelijke, empathische en volhardende houding werkt. In driekwart van de gevallen waarbij de hulpverlener investeert in bemoeizorg en in het opbouwen van contact, lukt dat ook.”

De huidige ggz-teams kunnen hier niet op inzetten, zegt Mulder. “Na twee of drie keer voor een gesloten deur haken ze af. Deze bemoeizorg wordt namelijk ook niet betaald door de zorgverzekeraar. Vroeger werd er wel vier of vijf keer geprobeerd, net zolang tot er contact was.” 

Vroeger, dat was de tijd dat Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) nog landelijk was geregeld. “Dat is niet meer zo, het accent in politiek Den Haag is minder op deze groep binnen de geestelijke gezondheidszorg komen te liggen. Iedere gemeente moet bemoeizorg zelf regelen, met wisselende capaciteit en kennis tot gevolg.”

De essentie is volgens Mulder dit: “Het gaat om langdurige zorg en expertise, waarbij de GGZ en de gemeente samen de bemoeizorg vormgeven. Het gaat om openbare geestelijke gezondheidszorg die weer een wettelijke verplichting wordt, met bemoeizorg voor mensen met ernstige psychiatrische problemen die wél wordt vergoed door de zorgverzekeraars. Je zult niet alle incidenten kunnen voorkomen, maar wel een deel.”

*Probleemaanpak

De genoemde parlementaire verkenning betreft een rapport van 53 pagina’s met aansluitend aanvullende informatie, met een uitwerking van de 20 aanbevelingen (totaal: 327 pagina’s!). Het is duidelijk dat de huidige aanpak met betrekking tot onbegrepen gedrag minder gefragmenteerd moet worden, er een overkoepelende wetgevingsagenda moet zijn, er meer opvangplekken wenselijk zijn, met vroegsignalering van problematiek via wijkzorg werken aan grip op je leven, autonomie en sociale verbondenheid. Met zo nodig bemoeizorg, al dan niet met een observatiemachtiging als tijdelijke maatregel (etc., zie samenvatting: pg.3 t/m 7)

Dit betekent niet alleen (interesse naar) een gedragsanalyse van de cliënt, maar ook aanpak van het hele, nu nog als een doolhof functionerend, zorg-opvang-systeem.

Daar zijn meerdere wetten (Zvw, Wlz, Wmo, Wzd, Wfz, Wpg, WvGGZ, WSW, Participatiewet, Wet aanpak woonoverlast, Wams, WGS, WIA en Wajong) en meerdere ministeries bij betrokken (BZK, SZW, JenV, VWSen VRO).

Vanuit de preventie is het begrip “Health in All Policies” al bekend (hier) en ook bij IZA (2022) vallen al vaak de woorden interdepartementaal en domeinoverstijgend samenwerken (hier). Denk bij dit onderwerp bijvoorbeeld aan uitvoering van een combinatie van forensische zorg, specialistische GGZ, verslavingszorg, gehandicapten zorg en beschermd wonen. De GGZ is onderdeel van alle 5 stelselwetten!

Tot slot

Sinds kort heeft NL een nieuwe demissionair minister van VWS (Danielle Jansen, Skipr, 15 juni 2025 + hier). Bij haar aantreden in de Tweede Kamer (2023) zei zij bij gezondheid veel waarde te hechten aan bestaanszekerheid (Zorgvisie, 15 juni 2025).

Welnu, dat komt goed uit, want in de Kamerbrief (BZK, 23 mei 2025) zegt minister Uitermark (citaat): “Het bieden van bestaanszekerheid is een eerste en vaak een belangrijke factor in het dichterbij brengen van een oplossing. Hierbij gaat het niet alleen om inkomen, maar ook huisvesting, schuldenproblematiek en werk. Het verbreden en beter verbinden van alle betrokken partners op Rijks- en op lokaal/regionaal niveau moet eraan bijdragen dat we beter dan voorheen, de nadruk kunnen leggen op preventie. In de bijlage gaan we in op huisvesting, het Nationaal Programma Armoede en Schulden en de re-integratieaanpak Individuele Plaatsing en Steun (einde citaat).”

Toen het document van de parlementaire verkenning in de vaste Kamercommissie werd besproken, was Bauke Koekoek een van de uitgenodigde experts (VK, 7 oktober 2019) zijn visie op het probleem van onbegrepen gedrag te geven. Bauke is auteur van het boek “De kwestie verwarde personen” (2019), tevens crisisdienstverpleegkundige en lector Onbegrepen gedrag, Zorg en Samenleving aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de Politieacademie.  Als slot van deze blog, zijn eerste bijdrage bij de opening van het debat…

Bijdrage Bauke Koekoek, ongecorrigeerd stenogram, verslag RTG 156 2023-2024 van 30 mei 2024, pg. 278/279 (publicatie met zijn toestemming) …

 

“Het bieden van bestaanszekerheid is een eerste en vaak een belangrijke factor in het dichterbij brengen van een oplossing. Hierbij gaat het niet alleen om inkomen, maar ook huisvesting, schuldenproblematiek en werk”

Vragen of opmerkingen?