Vandaag staat op het bordes de nieuwe minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, tevens de eerste vicepremier van kabinet Schoof, genaamd Fleur Agema. Mevrouw Agema wordt als bewindspersoon op het ministerie vergezeld door Vicky Maeijer (hier) als staatssecretaris Langdurige en Maatschappelijke Zorg en door Vincent Karremans (VVD) als staatssecretaris voor Jeugd, Preventie en Sport (hier). De drie bewindspersonen worden op het ministerie van VWS ondersteund door ruim 6100 fte medewerkers. Het ministerie heeft inmiddels 32 procent meer ambtenaren dan vijf jaar geleden (hier)
Wie is Fleur Agema?
Mevrouw Agema is sinds 30 november 2006 lid van de Tweede Kamer namens de Partij voor de Vrijheid (PVV), is de rechterhand van partijleider Wilders en is al die jaren voor de PVV de woordvoerder zorg geweest.
In 2015 verschijnt haar boek “Verzilveren. Excellente zorg voor minder geld”. Dit boek wordt geduid als een aanklacht tegen het kabinet (hier) “dat doet alsof de ouderenzorg er beter op wordt, terwijl deze door het regeringsbeleid juist in rap tempo verloedert”.
Na de Kamerverkiezingen 2023, waarbij zij 117.255 voorkeurstemmen kreeg, meldde zij in een interview (citaat, 3.43 e.v.): “Minister worden is mijn ambitie, mijn droom. Ik heb er ideeën over, ik heb er lang over nagedacht.”
Op de website van de PVV laat zij optekenen: “Ik ben de politiek ingegaan om misstanden aan de kaak te stellen en met nieuwe en betere plannen te komen. Ik wil een einde maken aan de verspilling van belastinggeld. Ik maak me sterk voor betere zorg voor chronisch zieken, ouderen en gehandicapten.”
Zij mag nu namens de PVV haar dromen en betere plannen waarmaken!
Omdat ook mevrouw Vicky Maeijer behoort tot de PVV (hier/hier) is de grootste regeringspartij sterk vertegenwoordigd in de top van het ministerie. Zowel het verkiezingsprogramma van de PVV, de vele “zorgadviezen” die de informateur kreeg, als de zorgparagraaf uit het hoofdlijnenakkoord van het kabinet Schoof zijn door mij al eerder benoemd en van commentaar voorzien.
27.11.2023: Zorgparagraaf grootste politieke partij juist nu onder vergrootglas (2. 5ml.kiezer/37zetels)
17.01.2024: Een brief aan de informateur (serie brieven aan Plasterk met vooral sectoradviezen)
18.05.2024: Zorgparagraaf hoofdlijnenakkoord toont juist weinig lef (program kabinet Wilders 1)
Wat straks na vandaag in het daadwerkelijke regeerakkoord komt te staan, is nog niet bekend.
De opvattingen van Fleur Agema
Mevrouw Agema schuwt het debat niet en heeft vergaande wensen over bv. betere ouderenzorg, over terugkeer van verzorgingshuizen, over betere salarissen voor zorgpersoneel (hier), over halvering van de bureaucratie en vermindering administratieve lasten, over behoud van streekziekenhuizen, over afschaf van herindicaties in de Wlz, over afschaf van het Eigen Risico, met sowieso het zorgmotto “beter én goedkoper” e.v.
In onderstaand kader spreekt zij zich uit met haar kijk op de wereld van de zorg. Lees en luister mee…
De opvattingen van Fleur Agema over de zorg
· PVV-website over verslavingszorg, 2008 (+ hier) · Interview met Jeroen Pauw, 2015 · Tijdschrift voor Ouderengeneeskunde, 2016 · Interview Actueelnieuws.org, 2023 · Interview de Telegraaf, 2023 (vanaf 3.43 minuut e.v.) |
Wat staat deze bewindslieden te wachten?
Het inwerken van de minister begint met kennisnemen van het Handboek voor bewindspersonen (hier) over voorzieningen voor bewindspersonen en de gang van zaken rondom de ministerraad. Dit is het zogenaamde “Blauwe boek”.
Daarnaast krijgt de minister het “Introductiedossier bewindspersonen ministerie van VWS” om snel wegwijs te worden op het ministerie (hier), met achtergrondinformatie, uitleg over de organisatie (het “organogram”) en een heus inwerkprogramma.
Beide documenten zijn van 2022, waarschijnlijk krijgen de nieuwe bewindspersonen een geactualiseerde versie (PS: hier versie 2024, 2 juli 2024).
Het derde dossier is kennisnemen van de actualiteit van de kerncijfers van de gezondheidszorg (hier), zoals vermeld in de VWS-monitor, mei 2024. Verbonden hiermee zijn de uitkomsten van de vele rapporten over de zorg (rapporten, 10 juni 2024), al dan niet door het ministerie zelf aangevraagd (hier).
Op de derde dinsdag in september (17 september a.s.) moet de minister de Rijksbegroting VWS 2025 presenteren. Deze begroting is veelal gebaseerd op het hoofdlijnenakkoord, inclusief de budgettaire bijlage (hier/hier), de doorlopende IZA-afspraken (blog), de Rijksbegroting VWS 2024 en het laatste Rijksjaarverslag VWS 2023. De verwachte netto zorguitgaven uit de VWS-begroting 2024, ter vergelijk, bedragen €97,8 miljard.
Prinsjesdag 2024 wordt komende september voor mevrouw Agema de eerste mogelijkheid zorgdromen en -plannen op te nemen in overheidsbeleid.
19.12.2023: Hoe macro-economische aspecten de spreekkamer binnendringen (TWMZ/ombuigingen)
03.06.2024: “De zorg voor morgen begint vandaag” (motto VTV-2024 i.c.m. regeerakkoord/preventie)
Een niet onbelangrijk aspect in de regelgeving van de zorg is de invloed, bij uitvoering van beleid, van zorgverzekeraars (hier) en zelfstandige bestuursorganen (ZBO-overzicht). Een ZBO-status gaat ten koste van de transparantie voor het parlement. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn immers verdeeld tussen minister en ZBO (hier). ZBO’s zijn zelfstandig, maar de minister is (wel) taakverantwoordelijk voor het beleid dat een ZBO uitvoert en voor het toezicht daarop. Bekende ZBO’s in de zorg waar de nieuwe bewindspersonen veel mee te maken krijgen, zijn: ACM, CAK, CIZ, NZa en het Zorginstituut.
De actuele agenda in de zorg
Een blik op de documentenpagina van het ministerie laat zien met welke agendapunten de bewindspersonen te maken krijgen. Een paar belangrijke agendapunten worden nu besproken.
*Voortgang Integraal Zorgakkoord (IZA)
Recent werden de resultaten van IZA gemeld bij de tussentijdse evaluatie (hier). Terwijl de IZA-ondertekenaars wel door willen gaan met de gemaakte afspraken (blog), liet recent mevrouw Agema zich kritisch uit over dit bestuurlijk zorgakkoord (Medisch Contact, 19 juni 2024).
**Ouderenzorg
Voor betere ouderenzorg is in de kabinetsplannen een structurele envelop beschikbaar van 600 miljoen euro, maar pas per 2027. Dit is echter een reparatie van een eerder ingeboekte bezuiniging per 2025 van het huidige demissionaire kabinet (Actiz, 18 april 2024 of toch niet: Actiz, 27 juni 2024). Problemen in de ouderenzorg zijn bekend: meer ouderen, dubbele vergrijzing, onvoldoende woonplekken, onvoldoende zorgplekken (artikel), in- en uitstroom van personeel die de vraag niet kan bijbenen (brief aan informateur, januari 2024). Mevrouw Agema zegt het hoofdlijnenakkoord nu uit te gaan werken met als inzet (zie brief onder) “een beschermd dak boven het hoofd van onze alleroudsten als ze kwetsbaar worden.”
***Preventie generiek
Er wordt door dit kabinet 300 miljoen euro bezuinigd op de publieke gezondheid. De gezondheidsdoelen voor 2040, afgesproken in het Preventieakkoord, zijn niet wettelijk verankerd. Mensen in een kwetsbare sociaaleconomische situatie hebben vaker met armoede, schulden, problemen rondom huisvesting, eenzaamheid en/of werkloosheid te maken. Deze omstandigheden maken dat zij een hoger risico op een slechtere (ervaren) gezondheid hebben. Dit betekent ook dat beleidsoplossingen veel vaker vooral in het sociaal domein en interdepartementaal gezocht moeten worden. Commerciële bedrijven hebben in de voedings-, alcohol- en tabaksindustrie alle ruimte gekregen burgers te beïnvloeden. Ongezonde producten leveren, als verdienmodel, is te lang en te vaak door de politiek goedgekeurd. Citaat (Zorgvisie, 24 juni 2024): “Met slimme marketingcampagnes stellen ze mensen in hun leefomgeving bloot aan een bombardement van prikkels die ongezond gedrag stimuleren. De bedrijven zijn er zelfs in geslaagd om overheidsregulering te framen als ‘betutteling’. En rechtse partijen nemen die taal over (hier).”
Vorig jaar stelde de PVV (Kamerbrief, 9 april 2024): “De leden van de PVV-fractie willen dat de maatschappelijke baten van behandelingen of preventie, zoals gezondheidseffecten, minder zorgkosten, minder arbeidsverzuim, hogere arbeidsparticipatie, nadrukkelijker moeten worden meegenomen in de zorgkosten”. Gaat deze PVV-wens leiden tot een noodzakelijke interdepartementale aanpak van preventie met als motto: “Health in All Policies”? In de beide sollicitatiebrieven (minister + staatssecretaris) is overigens niets over preventie te lezen.
Dat ‘de zorg voor morgen’ inderdaad vandaag moet beginnen (blog) wordt nog eens onderstreept door het recente rapport van 22 samenwerkende gezondheidsfondsen met de onheilspellende titel (rapport, juni 2024) : “Gezondheidsramp in Nederland op komst.”
Waar wachten we op?
****Preventie specifiek: de jeugd
Specifiek in dit kader richting het ministerie nog een pleidooi voor een integraal preventieplan over onze jeugd. Zorgelijk is allereerst de onderwijssituatie wat betreft het taal- en rekenniveau (hier/hier/hier), waardoor 2,5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder moeite hebben met lezen, schrijven en/of rekenen (hier) en daarnaast het steeds vaker thuiszitten van leerlingen zonder onderwijs op school (hier).
Maar ook zijn er zorgen op gebied van volksgezondheid en welzijn: gedaalde vaccinatiegraad onder de vaccinatiegraaddoelstelling van de WHO: 95% voor BMR en 90% voor de overige vaccinaties (hier/hier/hier).
Over het Integraal Zorgakkoord (Medisch Contact): “Het is veel te bureaucratisch. Er staan veel goede dingen in, zoals meer samenwerking en “meer tijd voor de patiënt” voor huisartsen, maar er is te weinig aandacht voor ‘de daadwerkelijke zorgbehoeften’ van patiënten en het werkplezier van zorgpersoneel”
vervolg preventie en jeugd: baby’s komen te vroeg in zittende houding (hier), maar 44% van de Nederlanders van 4 jaar en ouder voldoet aan de beweegrichtlijnen (info/info/info), toename van kinderen en jongeren met ernstig overgewicht (hier), meer vapende jongeren (blog), ondanks verbod op online gokken voor minderjarigen, gokt toch 1 op de 15 middelbare scholieren online voor geld (hier), het percentage kinderen tussen de 6 en 16 jaar dat geen zwemdiploma heeft, is tussen 2018 en 2022 verdubbeld (hier), toename van bijziendheid door schermgebruik (hier), 12.5% van de 13-jarige jongeren heeft tekenen van lawaaischade in het audiogram, waarschijnlijk door luistergedrag bij muziekspelers (hier), nog steeds krijgen elk jaar meer kinderen jeugdhulp (hier) en tot slot genoemd de mentale problemen bij jongeren (hier/hier) in combinatie met wachttijden voor hulp via de GGZ (hier).
Een goed plan van aanpak is meer dan noodzakelijk!
*****Artikel 13 Zorgverzekeringswet
Morgen al zal het wetsvoorstel “Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met het bevorderen van zorgcontractering” in de Tweede Kamer worden besproken (blog). Met vele waarschuwingen uit het zorgveld deze voorgestelde wijziging zo niet te accepteren.
Het hinderpaalcriterium wordt niet goed geregeld, het wetsvoorstel geeft zorgverzekeraars de mogelijkheid de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorgaanbieders te verlagen en de zorgplicht voor verzekeraars is nog steeds geen harde inkoopplicht met resultaatverplichting.
Wat is het standpunt morgen van de nieuwe minister? In het hoofdlijnenakkoord staat sowieso niets over aanpassingen van het zorgstelsel, dat zal niet voor niets zijn. Ministeriële voorwaarden stellende inbreng via Artikel 45 van de WMG is bij zorgplicht echter noodzakelijk, omdat hier ook de rol van handhaver én ZBO, de Nederlandse Zorgautoriteit, cruciaal is. Mag ik ter informatie, ook voor het belang van burgers, verwijzen naar diverse bijdragen van een echte insider (hier/hier/hier/hier/hier)?
De vraag ligt voor aan mevrouw Agema of zij de bestaande onbalans in machtspositie verzekeraar-zorgverlener, die met dit wetsvoorstel nog wordt vergroot, wel/niet accepteert én of zij de NZa binnen het contracteerproces opdracht geeft de resultaatverplichting bij inkoop via de WMG strenger te laten handhaven?
******Betere zorg voor minder geld: haalbaar?
Haar boektitel: “Verzilveren. Excellente zorg voor minder geld”. Wie kan daar nu op tegen zijn? Mijn wedervraag is wel hóe mevrouw Agema dit met wélke beleidskeuzes gaat realiseren? Verwachtingen scheppen en uitspreken is niet hetzelfde als verwachtingen waarmaken.
*******Uitkomst praktijkkostenonderzoek huisartsenzorg
Gisteren, 1 juli 2024, heeft de NZa de nieuwe tarieven huisartsenzorg 2025 gepubliceerd. Deze tarieven zijn berekend (hier) op basis van het kostprijsonderzoek (jaar 2022) en het eerdere onderzoek naar de normatieve arbeidscomponent voor de huisartspraktijkhouder (blog). Ook heeft de NZa aangegeven dat zij, met deze uitkomst, als toezichthouder heeft voldaan aan de opdracht van het CBb (uitspraak: 21 december 2023) de tarieven huisartsenzorg 2022 te onderzoeken op kostendekkendheid (blog/blog).
Huisartsen (LHV, VPH, DBH) hebben aangegeven niet akkoord te zijn nu met het gehanteerde bekostigingssysteem en de uitkomst van lagere tarieven (hier/hier/hier/hier). Meer werklast, deels door overheidsbeleid, in en buiten de basiszorg drukt al jaren de tarieven (blog).
Steeds weer bij invulling van bekostiging het hanteren van werkuren van een cao met 36 uur per week, terwijl het daadwerkelijk aantal uren hoger ligt (46 uur per week of meer), door de NZa geduid als “ondernemersrisico”, zijn tevens reden nu bezwaar aan te tekenen. De huisartsverenigingen doen met klem een beroep op de minister, bij ieders wens te komen tot een sterke eerste lijn (IZA!), deze nieuwe tarieven van tafel te halen en duurzame toekomstbestendigheid (huisvesting/personele inzet/overige praktijkkosten/eigen inzet) van de sector als uitgangspunt van bekostiging aan te houden.
*******Etc.
Tot slot
Vandaag start een nieuwe minister op het ministerie van VWS. In deze blog vooraf mijn eerste kijk op wat er te verwachten valt. Ik wens het drietal bewindspersonen sterkte en succes op weg naar betere zorg voor alle landgenoten (hier).
Tot slot staat in onderstaand kader de “motivatiebrief” van mevrouw Agema, een soort sollicitatiebrief, zoals deze ten behoeve van de hoorzitting op 26 juni 2024 (hier) met leden van de Tweede Kamer werd aangereikt aan formateur Richard van Zwol.
Den Haag, 19 juni 2024 Lieve collega’s, De afgelopen 6.300 dagen zat ik aan jullie kant van de tafel. Als fungerend voorzitter van de commissie VWS mocht ik al even opschuiven naar het midden en nu zit ik hier, aan de overkant. Ik ben onze kiezers, de informateurs, formateur, de partijleiders en in het bijzonder de mijne, bijzonder dankbaar voor de totstandkoming van de samenwerking waarbinnen ik Minister van VWS mag worden. Natuurlijk kreeg ik het even benauwd omdat jullie er nu achter gaan komen dat ik niet alles weet over de zorg, maar ik sterk me aan de gedachte dat ik wel het overzicht heb en de problemen goed ken. In 2015 beschreef ik mijn boek Verzilveren ruim 50 mantra’s waarmee in die tijd bijvoorbeeld verslechteringen van de zorg als verbeteringen werden gepresenteerd. Inmiddels is het des te urgenter de problemen waar onze zorg voor staat te benoemen en op te lossen. Dat is geen eenvoudige opgave. Zorg is mensenwerk. Van de kordate ambulanceverpleegkundige die uitrukt in een noodsituatie, de briljante chirurg die een levensreddende operatie uitvoert, de betrokken verpleegkundige aan het bed, de lieve thuishulp die helpt de steunkousen aan te trekken of de mantelzorger die zo goed en zo kwaad als het gaat er het beste van maakt, het is allemaal mensenwerk. De zorg is de roeping van mensen met een tomeloze inzet en schier eindeloos geduld en ondanks dat ze onder een steeds hogere druk komen te staan, zorgen ze ervoor dat we kort na een immense zorgcrisis nog altijd bij hen terechtkunnen met problemen met onze gezondheid, de grootste rijkdom van een mens. Onze 1,4 miljoen zorgmedewerkers zíjn de zorg. In alle sectoren in het land lopen de personeelstekorten op, maar in de zorg dreigen ze de komende jaren een catastrofale omvang te krijgen. Dan krijgen we te weinig huisartsen, tandartsen, spoedeisendehulpartsen, verpleeghuismedewerkers, wijkverpleegkundigen, apothekersassistenten en ga zo maar door, met alle gevolgen van dien. De prognose voor het jaar 2033 laat een duizelingwekkend tekort van bijna 200.000 zorgmedewerkers zien. We moeten het tij zien te keren. De politiek heeft de belangrijke taak ervoor te zorgen dat er voldoende zorgverleners zijn en dat ze hun werk goed kunnen doen. Het moet nu gebeuren! Als de hypothese klopt dat 1,4 miljoen zorgmedewerkers gemiddeld 40% van hun tijd kwijt zijn aan administratie, dan levert een halvering van de administratietijd naar 20% hypothetisch 460.000 extra collega’s op, zonder dat er iemand van buiten de zorg bij hoeft te komen. Het fors verminderen van de administratietijd wordt dan ook mijn heilig doel. De bewindspersonen vóór mij bereikten al goede dingen, zoals de Wet Wegiz die één miljoen zorguren moet uitsparen, nu moet de grote slag gemaakt worden. De komende periode kruipen we in de pen om het hoofdlijnenakkoord uit te werken, zoals de flinke verlaging van het eigen risico, het behouden van de streekziekenhuizen en een beschermd dak boven het hoofd van onze alleroudsten als ze kwetsbaar worden. Ik zal alles doen wat in mijn vermogen ligt om de zorg in de benen te houden. Het gaat daarbij niet om scoren, het gaat om winnen. Fleur Agema |
(Plaatje onder de titel is afkomstig van de Volkskrant, dd. 12 juni 2024)